Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Rotterdam, 21 de Diciembre de 2011

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak21 de Diciembre de 2011
Uitgevende instantie:Rechtbank Rotterdam

vonnis

RECHTBANK ROTTERDAM

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 376104 / HA ZA 11-891

Vonnis van 21 december 2011

in de zaak van

[eiser],

wonende te [woonplaats],

eiser,

advocaat mr. R.W.J.M. te Pas,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

NRC MEDIA B.V.,

gevestigd te Rotterdam,

gedaagde,

advocaat mr. J.G. van Olst.

Partijen zullen hierna [eiser] en NRC genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - dagvaarding van 25 maart 2011 met producties

    - conclusie van antwoord met producties

    - tussenvonnis van 29 juni 2011

    - proces-verbaal van comparitie van 24 oktober 2011

    - ter comparitie overgelegde aantekeningen van zowel mr. Hammerstein als mr. Van Olst.

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. De feiten

    2.1. [eiser] is ondernemer. Hij geniet landelijke bekendheid, onder meer omdat hij voorzitter is geweest van de toenmalige politieke partij LPF. Voorts komt hij voor op de jaarlijkse lijst van vermogende Nederlanders die wordt gepubliceerd door het tijdschrift Quote (de Quote-500).

    2.2. NRC is uitgever van onder meer het dagblad NRC Handelsblad (hierna: de krant).

    2.3. In de krant van 4 maart 2011 heeft NRC een artikel gepubliceerd met de volgende inhoud:

    “Ex-directeur moet € 3,2 mln betalen aan corporatie

    Ex-directeur [persoon 1] van de Amsterdamse woningcorporatie Lieven de Key moet zijn voormalig werkgever een schadevergoeding van ruim 3,2 miljoen euro betalen. Dit heeft de rechtbank in Amsterdam gisteren bepaald. [persoon 1] dient ook zijn ontslagvergoeding terug te betalen. De rechter achtte [persoon 1] schuldig aan “opzettelijke misleiding”.

    Woningstichting De Key ontsloeg zijn directeur vorig jaar mei op staande voet, samen met een andere bestuurder, [persoon 2], nadat binnen het bedrijf een omvangrijke fraudezaak aan het licht was gekomen.

    De malversatie gaat terug tot 2005, toen [persoon 1] en [persoon 2] grond hadden aangekocht in Zeewolde. Tegen de raad van commissarissen van De Key zeiden de twee bestuurders dat ze de percelen rechtstreeks van enkele boeren hadden overgenomen, voor 26 miljoen euro in totaal. In werkelijkheid was er een lucratieve tussenhandel bedacht. Hierbij waren vastgoedhandelaar [eiser] (voorheen financier en voorzitter van [bedrijf 1]) en [persoon 3], oud-topman van projectontwikkelaar AM betrokken. [persoon 3] werkte in Zeewolde samen met grondhandelaar [persoon 4]. Tussenhandel komt wel vaker voor, maar dan is een courtage van 1 tot 2 procent gebruikelijk.

    [eiser] en [persoon 3] bleken pas achteraf de echte kopers van de grond in Zeewolde te zijn. Ze verkochten de percelen meteen door aan De Principaal, een dochteronderneming van De Key, waar [persoon 2] de scepter zwaaide. Hiervoor ontvingen [eiser] en [persoon 3] met medeweten van [persoon 1], een premie van 3,2 miljoen euro. [persoon 2] en [persoon 3] kenden elkaar goed; [persoon 2] had eveneens gewerkt bij AM, in de tijd dat [persoon 3] er directeur was.

    In de boeken van De Key werden naderhand twee verliesposten opgenomen voor de grond in Zeewolde: afboekingen op de waarde van ongeveer 30 miljoen euro.

    Onduidelijk is op welke wijze [persoon 1] en [persoon 2] profiteerden van de transactie, maar naar wordt aangenomen deelden zij in ‘de winst’. De rechtbank in Amsterdam achtte gisteren in elk geval bewezen dat [persoon 1] zijn toenmalige werkgever “opzettelijk heeft misleid”. Over de zaak tegen [persoon 2] doet de rechter later uitspraak.

    De Key is niet de enige woningcorporatie om de regio Amsterdam waar de afgelopen jaren onregelmatigheden aan het licht kwamen. Eerder deed de corporatie SGBB in Hoofddorp aangifte wegens interne malversaties. Woningcorporatie Rochdale eiste vorige maand 6 miljoen euro terug van voormalig bestuursvoorzitter [persoon 5] wegens vermeende fraude.”

    Het hier weergegeven artikel (hierna: het artikel) verscheen op pagina 3 van het Economie-katern van de krant.

    2.4. De in het artikel vermelde betrokkenheid van [eiser] bij de onderhavige vastgoedtransactie was feitelijk onjuist: [eiser] was in werkelijkheid niet bij die transactie betrokken en evenmin wordt zijn naam genoemd in het vonnis van de rechtbank Amsterdam dat in het artikel wordt aangehaald. Voorafgaande aan publicatie van het artikel heeft de desbetreffende journalist [eiser] niet om een reactie gevraagd.

    2.5. Het in het artikel genoemde vonnis van de Amsterdamse rechtbank was een dag voor publicatie van het artikel in geanonimiseerde vorm gepubliceerd op de website van de rechterlijke macht www.rechtspraak.nl.

    2.6. Bij brief van 7 maart 2011 van mr. Hammerstein heeft [eiser] NRC onder meer verzocht de onrechtmatigheid van het artikel te erkennen en “op een prominente plaats in uw krant d.w.z. op de voorpagina” een rectificatie te plaatsen.

    2.7. Vervolgens is overleg tussen partijen ontstaan. In dat kader heeft NRC per mail van 14 maart 2011 (18:03 uur) aan mr. Hammerstein het volgende laten weten:

    “Gegeven de feiten zullen wij de berichtgeving van eerder deze maand over [eiser] rechtzetten. Ik overleg graag met u in welke vorm we dat zullen doen. Ook hoor ik graag van u of [eiser] gebruik wil maken van het aanbod voor een gesprek met NRC Handelsblad.”

    2.8. Op 15 maart 2011 (15:30 uur) heeft [eiser] een kort-geding-dagvaarding aan NRC laten betekenen. Nadien hebben partijen nog overleg gevoerd over de tekst van een rectificatie, maar zij zijn het daarover niet eens geworden.

    2.9. Op 16 maart 2011 heeft NRC in de krant een bericht gepubliceerd onder de kop (in rode letter) “Correcties & Aanvullingen” met de volgende tekst:

    “[eiser] en Lieven de Key

    In de krant van 4 maart 2011 is in een stuk over een ex-directeur van de Amsterdamse Woningstichting Lieven de Key de indruk gewekt dat vastgoedhandelaar [eiser] betrokken zou zijn geweest bij een kwestieuze grondtransactie in 2005. Dat is onjuist. [eiser] was niet betrokken bij deze grondtransactie en heeft derhalve ook geen geld betaald aan de betrokken ex-directeur van corporatie Lieven de Key.”

    Dit bericht stond op de voorpagina van het Economie-katern, rechts onderaan.

    2.10. [eiser] heeft vervolgens het aanhangig gemaakte kort geding ingetrokken.

  3. Het geschil

    3.1. [eiser] vordert, samengevat:

    i. een verklaring voor recht dat NRC met de in 2.3 bedoelde publicatie onrechtmatig jegens [eiser] heeft gehandeld en gehouden is de door [eiser] geleden schade te vergoeden;

    ii. NRC te veroordelen tot betaling van een schadevergoeding...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT