Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 23 de Marzo de 2010

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak23 de Marzo de 2010
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM

DERDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER

ARREST

in de zaak van:

[N],

wonend te [woonplaats],

APPELLANTE IN PRINCIPAAL BEROEP,

GEÏNTIMEERDE IN INCIDENTEEL BEROEP,

advocaat: mr. S.A. van der Sluis, te Amsterdam,

t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

GROND-STUK B.V.,

gevestigd te Baarn,

GEÏNTIMEERDE IN PRINCIPAAL BEROEP,

APPELLANTE IN INCIDENTEEL BEROEP,

advocaat: mr. P.N. van Regteren Altena, te Amsterdam.

  1. Het geding in hoger beroep

    De partijen worden hierna (ook) [N] en Grond-Stuk genoemd.

    1.1 Bij dagvaarding van 19 maart 2008 is [N] in hoger beroep gekomen van het vonnis van de ¬rechtbank te Amsterdam van 27 februari 2008, in deze zaak onder zaak-/rolnum¬mer 366952 / HA ZA 07-991 gewezen tussen haar als eiseres in conventie, verweerster in reconventie en Grond-Stuk als gedaagde in conventie, eiseres in reconventie.

    1.2 Bij memorie van grieven heeft [N] zeven grieven tegen het bestreden vonnis aangevoerd, producties in het geding gebracht, bewijs aangeboden en geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en opnieuw rechtdoende haar vorderingen alsnog, uitvoerbaar bij voorraad, zal toewijzen, met veroordeling van Grond-Stuk in de kosten van beide instanties.

    1.3 Bij memorie van antwoord heeft Grond-Stuk de grieven bestreden en harerzijds twee incidentele grieven tegen eerdergenoemd vonnis aangevoerd, producties in het geding gebracht en bewijs aangeboden. Grond-Stuk heeft geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal bekrachtigen met uitzondering van het in conventie gegeven verbod om de grosse (zie 3.1.9) verder ten uitvoer te leggen en de compensatie van de kosten in conventie en dat het hof in zoverre het vonnis zal vernietigen en opnieuw rechtdoende alsnog, uitvoerbaar bij voorraad, de desbetreffende vordering van [N] zal afwijzen, met veroordeling van [N] in de proceskosten van beide instanties met inbegrip van die in conventie.

    1.4 Vervolgens heeft [N] bij memorie van antwoord in het incidenteel appel de incidentele grieven bestreden, bewijs aangeboden en geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis in zoverre zal bekrachtigen, met veroordeling van Grond-Stuk in de kosten van beide instanties.

    1.5 Partijen hebben de zaak op 16 december 2008 schriftelijk doen bepleiten.

    1.6 Ten slotte is arrest gevraagd.

  2. Feiten

    2.1 De rechtbank heeft in het bestreden vonnis onder 2.1 tot en met 2.13 een aantal feiten als in deze zaak vaststaand aange¬merkt. In grief 1 maakt [N] bezwaar tegen hetgeen de rechtbank onder 2.4 als vaststaand feit heeft aangemerkt. Deze grief komt hierna, bij de behandeling van de overige grieven, aan de orde. Omtrent de vaststelling van de overige feiten bestaat geen geschil, zodat deze ook het hof tot uitgangspunt dienen.

  3. Beoordeling

    3.1 Het gaat in deze zaak, kort samengevat, om het volgende.

    3.1.1 Grond-Stuk is sinds 1 januari 2004 eigenaar van het bungalow- en vakantiepark [vakantiepark] in [plaatsnaam], gemeente [gemeentenaam] (hierna: [vakantiepark]). Het bungalowpark [naam bungalowpark] maakt deel uit van [vakantiepark].

    3.1.2 De grond waarop bungalowpark [naam bungalowpark] is gelegen, is op 31 december 1977 in erfpacht uitgegeven. Op de uitgifte in erfpacht zijn van toepassing verklaard de bij notariële akte van 24 juni 1977 vastgestelde algemene bepalingen (hierna: AB). In de AB is, voor zover hier van belang, het volgende bepaald:

    “Artikel 8.

    (…)

  4. Het is niet toegestaan:

    (…)

    b. behoudens schriftelijke ontheffing van de grondeigenaar in de bungalow of daarbuiten dieren te houden of aan deze onderdak te verschaffen;

    (…)

    Artikel 19.

  5. Bij elke niet-nakoming van één der verplichtingen hem terzake van de erfpacht opgelegd, verbeurt de erfpachter ten behoeve van de grondeigenaar een boete gelijk aan het tienvoud van het bedrag van de canon, zoals deze geldt in het jaar waarin de niet-nakoming plaats heeft (…).

    Deze boete moet binnen één maand na een daartoe strekkende aanmaning worden voldaan aan de grondeigenaar.”

    3.1.3 [N] bewoont sinds 1985, samen met haar partner [Y], een aan haar toebehorende bungalow in bungalowpark [naam bungalowpark], welke bungalow is gelegen op een aan haar in erfpacht toebehorend perceel aan het adres [straatnaam] [huisnummer] te [plaatsnaam] (kadastraal bekend [kadastrale aanduiding]) (hierna: de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT