Voorlopige voorziening van Rechtbank Haarlem, 3 de Noviembre de 2010

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 3 de Noviembre de 2010
Uitgevende instantie:Rechtbank Haarlem

vonnis

RECHTBANK HAARLEM

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 173904 / KG ZA 10-497

Vonnis in kort geding van 3 november 2010

in de zaak van

[eiser],

wonende te Assendelft,

eiser,

advocaat mr. M.M. Vloedbeld te Zaandam,

tegen

[gedaagde],

wonende te Krommenie,

gedaagde,

advocaat mr. P.H. Visser te Wormerveer.

Partijen zullen hierna de man en de vrouw genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - de dagvaarding

    - de mondelinge behandeling

    - de vermindering van eis

    - de pleitnota van de man

    - de pleitnota van de vrouw

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. De feiten

    2.1. Partijen zijn gehuwd geweest. Bij beschikking van deze rechtbank d.d. 31 mei 2005 (hierna: de eerste beschikking) is tussen partijen de echtscheiding uitgesproken, welke beschikking op 9 september 2005 is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. In deze beschikking heeft de rechtbank de kinderalimentatie voor zoon Thom (hierna: de zoon) bepaald op EUR 135,-- per maand en de partneralimentatie voor de vrouw op EUR 1.150,--. In deze beschikking is tevens opgenomen dat vorenstaande bedragen jaarlijks van rechtswege worden gewijzigd met het wettelijk vast te stellen indexeringspercentage.

    2.2. De eerste beschikking is bekrachtigd bij beschikking van 11 mei 2006 van het gerechtshof te Amsterdam (hierna: de tweede beschikking).

    2.3. Bij exploot van 5 maart 2007 heeft de vrouw loonbeslag ten laste van de man doen leggen onder diens werkgever, Forbo Flooring Systems B.V. te Assendelft (hierna: Forbo), in verband met gerezen betalingsachterstanden van de man in de periode 2005-2007 inzake de alimentatievorderingen van de vrouw op grond van de eerste (en tweede) beschikking.

    2.4. In april 2009 heeft de man een verzoekschrift tot nihilstelling van de partner- en kinderalimentatie ingediend. Deze rechtbank heeft dat verzoek op 8 december 2009 afgewezen. De man is hiervan in hoger beroep gekomen. Bij beschikking van 3 augustus 2010 (hierna: de derde beschikking) heeft het gerechtshof te Amsterdam de beschikking waarvan beroep vernietigd en met dienovereenkomstige wijziging van de eerste beschikking de partneralimentatie voor de vrouw bepaald op EUR 475,-- met dien verstande dat, voor zover de man over de periode vanaf 31 mei 2005 tot de beschikkingsdatum van de derde beschikking meer heeft betaald en/of op hem is verhaald, de uitkering tot die datum wordt bepaald op hetgeen door de man is betaald en/of op hem is verhaald. De kinderalimentatie is ongewijzigd gebleven.

    2.5. Over de maand augustus 2010 is een bedrag van EUR 1.319,91 ingehouden op het loon van de man.

    2.6. Bij schrijven van 25 augustus 2010 heeft de raadsman van de vrouw Forbo geïnformeerd over de gewijzigde partneralimentatie naar aanleiding van de derde beschikking. Daarbij is aan Forbo medegedeeld dat de totale inhouding ten behoeve van de alimentaties met ingang van augustus 2010 EUR 680,64 per maand (de partneralimentatie ad EUR 530,--, inclusief indexering, plus de kinderalimentatie ad EUR 150,64, inclusief...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT