Hoger beroep van Council of State (Netherlands), Groningen, 4 de Febrero de 2011

Datum uitspraak 4 de Febrero de 2011
Uitgevende instantie:Groningen

201011249/1/V2.

Datum uitspraak: 4 februari 2011

RAAD VAN STATE

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[vreemdeling] (hierna: de vreemdeling),

appellant,

tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Groningen, van 15 november 2010 in zaak nr. 10/32007 in het geding tussen:

de vreemdeling

en

de minister voor Immigratie en Asiel (hierna: de minister).

1. Procesverloop

Bij besluit van 13 september 2010 heeft de minister van Justitie een aanvraag van de vreemdeling om hem een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd te verlenen afgewezen. Dit besluit is aangehecht.

Bij uitspraak van 15 november 2010, verzonden op 16 november 2010, heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft de vreemdeling bij brief, bij de Raad van State binnengekomen op 23 november 2010, hoger beroep ingesteld. Deze brief is aangehecht.

De minister heeft een verweerschrift ingediend.

De vreemdeling heeft een nader stuk ingediend.

De Afdeling heeft de zaak op 22 december 2010 ter zitting behandeld, waar de vreemdeling, vertegenwoordigd door mr. K.J. Meijer, advocaat te Sint Annaparochie, en de minister, vertegenwoordigd door mr. G.M.H. Hoogvliet, advocaat te Den Haag, zijn verschenen.

2. Overwegingen

2.1. In de overwegingen wordt onder de minister tevens verstaan de minister van Justitie.

2.2. Uit de jurisprudentie van de Afdeling (zie onder meer de uitspraak van 6 maart 2008 in zaak nr. 200706839/1; www.raadvanstate.nl) vloeit voort dat, indien na een eerder afwijzend besluit een besluit van gelijke strekking wordt genomen, door het instellen van beroep tegen het laatste besluit niet kan worden bereikt dat de bestuursrechter dat besluit toetst, als ware het een eerste afwijzing. Dit uitgangspunt geldt niet alleen voor besluiten genomen naar aanleiding van een nieuwe aanvraag, maar ook voor besluiten op een verzoek om terug te komen van een al dan niet op aanvraag genomen besluit (zie onder meer de uitspraak van de Afdeling van 4 mei 2005 in zaak nr. 200406320/1; www.raadvanstate.nl). Slechts indien en voor zover in de bestuurlijke fase nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden zijn aangevoerd, dan wel uit het aldus aangevoerde kan worden afgeleid dat zich een relevante wijziging van het recht heeft voorgedaan, kunnen dat besluit, de motivering ervan en de wijze waarop het tot stand is gekomen door de bestuursrechter worden getoetst.

2.2.1. De vreemdeling heeft eerder, op 23 oktober 2008, een aanvraag ingediend om verlening van een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. Die aanvraag is bij besluit van 27 november 2009 afgewezen.

Op 5 augustus 2010 heeft de vreemdeling opnieuw zodanige aanvraag ingediend. Die aanvraag is bij besluit van 13 september 2010 afgewezen. Het besluit van 13 september 2010 is van gelijke strekking als dat van 27 november 2009, zodat op het tegen het besluit van 13 september 2010 ingestelde beroep voormeld beoordelingskader van toepassing is.

2.3. Hetgeen de vreemdeling als grieven I en III heeft aangevoerd en aan artikel 85, eerste en tweede lid, van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: de Vw 2000) voldoet, kan niet tot vernietiging van de aangevallen uitspraak leiden. Omdat het aldus aangevoerde geen vragen opwerpt die in het belang van de rechtseenheid, de rechtsontwikkeling of de rechtsbescherming in algemene zin beantwoording behoeven, wordt, gelet op artikel 91, tweede lid, van de Vw 2000, met dat oordeel volstaan.

2.4. De vreemdeling heeft aan zijn aanvraag van 5 augustus 2010 ten grondslag gelegd dat zich in Irak, meer in het bijzonder de provincie Bagdad, de uitzonderlijke situatie voordoet, bedoeld in artikel 15, aanhef en onder c, van richtlijn 2004/83/EG van de Raad van de Europese Unie van 29 april 2004 inzake minimumnormen voor de erkenning van onderdanen van derde landen en staatlozen als vluchtelingen of als personen die anderszins internationale bescherming behoeven, en de inhoud van de verleende bescherming (hierna: de richtlijn).

2.5. In grief II klaagt de vreemdeling dat, samengevat weergegeven, de rechtbank ten onrechte heeft overwogen dat hij geen nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden heeft aangevoerd. Volgens de vreemdeling heeft de rechtbank niet onderkend dat de "Note on the Continued Applicability of the April 2009 UNHCR Eligibility Guidelines for Assessing the International Protection Needs of Iraqi Asylum-Seekers" van de United Nations High Commissioner for Refugees (hierna: de UNHCR) van juli 2010 (hierna: de UNHCR-notitie), een nieuw gebleken feit of veranderde omstandigheid is.

2.5.1. Uit hetgeen de Afdeling eerder heeft overwogen (uitspraak van 25 juni 2009 in zaak nr. 200900815/1/V2, www.raadvanstate.nl) volgt dat in verband met artikel 15, aanhef en onder c, van de richtlijn, van nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden sprake is, als de vreemdeling aantoont dat de algemene veiligheidssituatie in voor zijn aanspraken op die bepaling relevante zin is gewijzigd ten opzichte van het eerdere afwijzende besluit.

2.5.2. Door te overwegen dat de vreemdeling zijn beroep op de verslechterde veiligheidssituatie in Irak in de procedure tegen het besluit van 27 november 2009 had kunnen en derhalve had moeten aanvoeren, heeft de rechtbank niet onderkend dat de UNHCR-notitie van daarna dateert. Nu uit de UNHCR-notitie voorts blijkt dat de algemene veiligheidssituatie in Bagdad in voor artikel 15, aanhef en onder c, van de richtlijn relevante zin is gewijzigd ten opzichte van het besluit van 27 november 2009, heeft de rechtbank ten onrechte overwogen dat geen sprake is van nieuw gebleken feiten of veranderde omstandigheden.

Grief II slaagt.

2.6. Het hoger beroep is gegrond. De aangevallen uitspraak dient te worden vernietigd...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT