Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 28 de Enero de 2011

Datum uitspraak28 de Enero de 2011
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

10/4406 WAO

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

[Appellante], wonende te [woonplaats] (hierna: appellante),

tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 21 juli 2010, 09/3144 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

appellante

en

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).

Datum uitspraak: 28 januari 2011

  1. PROCESVERLOOP

    Mr. M.A. van der Made, advocaat te Gorinchem, heeft namens appellante hoger beroep ingesteld en het Uwv heeft verweer uitgebracht.

    Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 17 december 2010. Appellante is verschenen, bijgestaan door mr. Van der Made, en voor het Uwv is verschenen mr. R.M.H. Rokebrand.

  2. OVERWEGINGEN

    1. Appellante was sedert september 1980 voltijds werkzaam als administratief medewerkster bij de Belastingdienst toen zij in juni 1983 bij een auto-ongeval betrokken raakte. Vervolgens heeft zij zich met psychische klachten ziek gemeld en heeft het Uwv aan haar reeds in verband daarmee per 13 juni 1984 naar een mate van arbeidsongeschiktheid van 80% of meer WAO-uitkering toegekend.

    2. Bij besluit op bezwaar van 6 februari 2007 heeft het Uwv gehandhaafd het besluit van 21 juni 2006 om die WAO-uitkering per 22 augustus 2006 in te trekken onder overweging dat er geen sprake meer is van ziekte of gebrek, zulks in navolging van de door hem als deskundige ingeschakelde psychiater mr. drs. J. Groenendijk, die appellante heeft onderzocht en van haar bevindingen op 20 december 2006 rapport heeft uitgebracht (geen psychiatrische stoornis aanwezig, dus op dat gebied geen beperkingen aan te geven). Bij uitspraak van 30 mei 2008 heeft de rechtbank Amsterdam het bezwaar van appellante tegen dat besluit ongegrond verklaard. Tegen die uitspraak heeft appellante hoger beroep ingesteld. Bij uitspraak van 21 mei 2010 heeft de Raad die rechtbank-uitspraak bevestigd.

      3.1. Per 3 januari 2008 heeft appellante zich “vanuit de WW” ziek gemeld met fysieke en psychische klachten onder aantekening dat mogelijk de Wet Amber van toepassing is. Bij besluit van 20 januari 2009 heeft het Uwv na verzekeringsgeneeskundig onderzoek vastgesteld dat de arbeidsongeschiktheid van appellante voortkomt uit dezelfde oorzaak als destijds (ter zake waarvan aan haar per 13 juni 1984 WAO-uitkering is toegekend) en dat zij weliswaar arbeidsongeschikt is geworden binnen vijf jaren nadat die uitkering per 22 augustus 2006 is beëindigd, maar...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT