Kort geding van Rechtbank 's-Hertogenbosch, Voorzieningenrechter, 12 de Julio de 2011

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak12 de Julio de 2011
Uitgevende instantie:Voorzieningenrechter

vonnis

RECHTBANK 'S-HERTOGENBOSCH

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 229158 / KG ZA 11-251

Vonnis in kort geding van 12 juli 2011

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

DEN OUDEN GROEP B.V.,

gevestigd te Schijndel,

eiseres in hoofdzaak,

verweerster in tussenkomst,

advocaat mr. P.F.C. Heemskerk te Utrecht,

tegen

  1. de publiekrechtelijke rechtspersoon

    GEMEENTE OSS,

    zetelend te Oss,

  2. de publiekrechtelijke rechtspersoon

    GEMEENTE UDEN,

    zetelend te Uden,

  3. de publiekrechtelijke rechtspersoon

    GEMEENTE VEGHEL,

    zetelend te Veghel,

  4. de publiekrechtelijke rechtspersoon

    GEMEENTE BERNHEZE,

    zetelend te Heesch,

  5. de publiekrechtelijke rechtspersoon

    GEMEENTE SINT-OEDENRODE,

    zetelend te Sint-Oedenrode,

    gedaagden in hoofdzaak,

    verweersters in tussenkomst,

    advocaat mr. S.C. Brackmann te Rotterdam,

    in welke zaak heeft verzocht te mogen tussenkomen dan wel zich te mogen voegen aan de zijde van gedaagden:

    de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    ATTERO ZUID B.V.,

    gevestigd te Haelen, gemeente Leudal,

    tussengekomen partij,

    advocaat mr. M.M. Fimerius te Rotterdam.

    Partijen zullen hierna Den Ouden, de gemeenten en Attero Zuid genoemd worden.

  6. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - de aan ieder van de gemeenten uitgebrachte dagvaarding met de producties 1 tot en met 25,

    - de incidentele conclusie houdende een verzoek tot tussenkomst/voeging met productie 1, waarbij Attero Zuid primair heeft verzocht in dit kort geding te mogen tussenkomen en subsidiair heeft verzocht zich te mogen voegen aan de zijde van de gemeenten,

    - de bij brief d.d. 30 mei 2011 door Den Ouden nagezonden producties 26 tot en met 29,

    - de brief van de gemeenten d.d. 30 mei 2011,

    - de brief van Den Ouden d.d. 31 mei 2011,

    - de bij brief d.d. 1 juni 2011 door de gemeenten toegezonden producties 1 tot en met 4,

    - de bij brief d.d. 1 juni 2011 door Attero Zuid toegezonden producties 2 tot en met 7,

    - de bij brief d.d. 16 juni 2011 door Den Ouden nagezonden producties 30 en 31,

    - de bij brief d.d. 21 juni 2011 door Attero Zuid toegezonden producties 8 en 9,

    - de bij brief d.d. 23 juni 2011 door Den Ouden nagezonden productie 32,

    - de bij brief d.d. 24 juni 2011 door de gemeenten toegezonden productie 5,

    - de mondelinge behandeling op 28 juni 2011.

    1.2. Nadat Den Ouden en de gemeenten ter zitting te kennen hadden gegeven geen bezwaren te hebben tegen inwilliging van het verzoek van Attero Zuid tot tussenkomst, heeft de voorzieningenrechter Attero Zuid toegestaan tussen te komen.

    1.3. Alle partijen hebben vervolgens hun standpunten nader toegelicht aan de hand van pleitnota’s en producties.

    1.4. Ten slotte is vonnis bepaald.

  7. De relevante vaststaande feiten

    2.1. Begin maart 2010 hebben de gemeenten de aankondiging gepubliceerd voor de aanbesteding van de opdracht voor het verwerken van groenafval en GFT (productie 1 van Den Ouden). De gemeenten zijn daarbij op basis van een intergemeentelijke samenwerkingsovereenkomst vertegenwoordigd door de gemeente Oss.

    2.2. Het betreft een niet-openbare procedure waarop het Besluit aanbestedingsregels voor overheidsopdrachten (Bao) en de Europese Richtlijn 2004/18/EG van toepassing zijn. De procedure bestaat uit twee fasen, namelijk fase 1, waarin de inschrijvers worden geselecteerd, en fase 2 waarin de aanbieding wordt ingediend en de beste aanbieding wordt geselecteerd. Tot de zeven geselecteerde bedrijven behoren Attero Zuid en Den Ouden.

    2.3. De opdracht is nader omschreven in het bestek d.d. 26 juli 2010 (productie 4 van Den Ouden). Hieruit blijkt onder meer dat de gemeenten tot 7 mei 2012 een contract hebben voor de verwerking van groenafval en GFT en een Europese aanbestedingsprocedure zijn gestart om na die datum voor de periode van twaalf jaar de verwerking te garanderen.

    2.4. Blijkens paragraaf 2.2. van het bestek bestaan de te verlenen diensten uit:

    “a. het transport van groenafval vanaf overslagpunten naar de locatie(s) van be- en eindverwerking;

    1. de ontvangst van GFT op één of meerdere afvaloverdrachtlocatie(s) GFT en transport naar be- en eindverwerking;

    2. de verwerking van Houtfractie met een bepaald minimaal energetisch rendement tot duurzame energie in een door inschrijver te exploiteren BMEC;

    3. de duurzame verwerking van GFT en Overige organische fractie;”

    2.5. In paragraaf 2.2.3. is de verwerking van houtfractie als volgt beschreven:

    “De aanbestedende dienst verwacht van inschrijver dat deze met ingang van 7 mei 2012 zorgdraagt voor verwerking van houtfractie. De houtfractie dient te worden verwerkt in een installatie die erop is gericht duurzame energie te produceren die zoveel mogelijk nuttig toegepast wordt.

    De aanbestedende dienst stelt de volgende minimale eisen omtrent de verwerking van de houtfractie;

    - (…);

    - een zo hoog mogelijk energetisch rendement (minimaal 25% nuttig toegepaste energie);

    - de complete houtfractie van de 5 deelnemende gemeenten wordt daadwerkelijk in de aangeboden BMEC

    verwerkt;

    - verwerking vindt plaats conform geldende wet- en regelgeving alsmede het beleid en de minimumstandaard

    zoals geformuleerd in het vigerend Landelijk AfvalbeheerPlan (LAP);

    - (…).”

    2.6. Ten aanzien van de gunning is in het bestek onder paragraaf 3.8. het volgende bepaald:

    “Na beoordeling van de inschrijvingen zal aan de inschrijvers eerst schriftelijk en per e-mail het voornemen tot gunning bekend worden gemaakt.

    De afgewezen inschrijvers en de begunstigde inschrijver(s) zullen gelijktijdig van het gunningvoornemen (als zijnde het voorlopige gunningsbesluit) in kennis worden gesteld.

    De aanbestedende dienst zal in beginsel gedurende 20 dagen na verzending van het gunningvoornemen per e-mail geen uitvoering geven aan die beslissing en niet tot ondertekening van de overeenkomst overgaan teneinde inschrijvers gedurende die termijn gelegenheid te bieden een kort geding aanhangig te maken tegen het gunningbesluit door het laten betekenen van de dagvaarding op het adres van de aanbestedende dienst. De termijn van 20 dagen is een vervaltermijn. Indien geen van de inschrijvers gebruik maakt van de gelegenheid een kort geding aanhangig te maken, staat het gunningsbesluit automatisch vast.”

    2.7. Blijkens bijlage 1.1. bij het bestek gaat het in deze aanbestedingsopdracht om de navolgende hoeveelheden ton per jaar aan groenafval, overige organische fractie en GFT:

    - GFT: 15.614

    - Overig organisch: 21.512

    - Houtfractie: 14.396

    - Totaal: 51.522.

    2.8. Bijlage 2.5. bij het bestek geeft een overzicht van de aan te leveren informatie voor wat betreft de verwerking van houtfractie:

    “De inschrijver dient ter verificatie van hetgeen gesteld in hoofdstuk 2 van het bestek en appendix 3 van de Modelovereenkomst als [Annex 6.1] een voldoende uitgebreide beschrijving te geven van de eindverwerking van de houtfractie, met daarin ten minste opgenomen:

    - (…);

    - Onderbouwing en berekening van het energetisch rendement van de installatie, waarbij dit minimaal 25%

    moet zijn op basis van de berekening, zoals in bijlage 3.3 van dit bestek opgenomen – tevens als [Annex 6.2] te leveren. De bewijslast hiervoor ligt bij de inschrijver;

    - (…)”

    2.9. Bijlage 3.3. bij het bestek geeft een beschrijving van het energetisch rendement uit verwerking van houtfractie:

    “De berekening van het netto energetisch rendement van de verwerkingsinstallatie waarin het afval wordt verwerkt dient te worden uitgevoerd conform een methode afgeleid van de SDE regeling van 2008 van 28 februari 2008 (nr. WJZ 802463).

    De te hanteren methode luidt als volgt:

    R = (A + B) / (C x D)

    R Netto energetisch rendement van de BMEC waarin het aangeboden afval zal worden verwerkt, %

    A Het door de installatie te verwachten op te wekken en aan het net of aan een andere afnemer te leveren elektriciteit of gas, in GJ / jaar. Hierbij wordt het eigen gebruik van de installatie niet gerekend

    B De verwachte hoeveelheid door de BMEC op te wekken en nuttig aan te wenden warmte (dit is de warmte die daadwerkelijk wordt afgenomen door een derde partij) x 0,66 in GJ / jaar

    C De massa van de in de BMEC te verwerken houtfractie en overige brandstoffen in Ton / jaar

    D De calorische waarde van de te verwerken houtfractie en overige brandstoffen in GJ / ton

    (…)

    Inschrijver dient bij de inschrijving een bewijs te voegen dat het opgegeven netto energetisch rendement is gerealiseerd of een verklaring dat dit rendement bij gunning zal worden gerealiseerd. Indien het een nieuwe verwerkingsinstallatie betreft, dient de garantiewaarde van de leverancier te worden opgegeven.”

    2.10. In paragraaf 5.2. van het bestek staat onder meer vermeld:

    “Om de beoordeling van de gunningcriteria uit te voeren dient de inschrijver bij inschrijving het inschrijvingsformulier ten behoeve van gunning zoals bijgesloten in bijlage 3.1 in te vullen. Dit formulier wordt bijgesloten als [Annex 10]. Het inschrijvingsformulier en de overige te overleggen gunningsbijlagen maken integraal onderdeel uit van de inschrijving.

    Een inschrijver die één of meer van de onderdelen niet beantwoordt of gevraagde documenten niet of niet tijdig kan verstrekken, wordt uitgesloten van deelneming. Op het geven van verkeerde of onjuiste informatie volgt uitsluiting van de aanbestedingsprocedure en c.q. gunning, of ontbinding van de overeenkomst.”

    2.11. De gemeenten hebben bij schrijven van hun adviseur Royal Haskoning Nederland B.V. (hierna: Royal Haskoning) van 22 oktober 2010 de inschrijving van Den Ouden geverifieerd en met name een aantal vraagpunten ten aanzien van de biomassa energie centrale (in de stukken ook BMEC genoemd) aan de orde gesteld (productie 2 van de gemeenten). De gemeenten hebben in een brief van 29 oktober 2010 een reactie van Den Ouden ontvangen (productie 3 van de gemeenten).

    2.12. Den Ouden heeft in haar inschrijving de centrale van Houtindustrie Schijndel Onroerend Goed B.V. aangeboden als verwerkingscentrale voor de houtfractie.

    2.13. De gemeenten hebben op 23 november 2010 het voorlopig gunningsbesluit genomen. Op 24...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT