Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 27 de Julio de 2011
Datum uitspraak | 27 de Julio de 2011 |
Uitgevende instantie: | Centrale Raad van Beroep |
10/4524 ZW
Centrale Raad van Beroep
Meervoudige kamer
U I T S P R A A K
op het hoger beroep van:
[Appellante], wonende te [woonplaats], België (hierna: appellante)
tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 13 juli 2010, 09/4539 (hierna: aangevallen uitspraak),
in het geding tussen:
appellante
en:
de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (hierna: Uwv).
Datum uitspraak: 27 juli 2011
-
PROCESVERLOOP
Namens appellante heeft K.J. Korteweg, destijds advocaat te Amsterdam, hoger beroep ingesteld.
Het Uwv heeft een verweerschrift ingezonden met daarbij gevoegd een rapportage van bezwaarverzekeringsarts T.J.W. Jansen van 15 september 2010.
Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 juni 2011. Appellante is verschenen, bijgestaan door mr. E.R. Hagenaars. Het Uwv heeft zich ter zitting laten vertegenwoordigen door F.P.L. Smeets.
-
OVERWEGINGEN
1.1. Het Uwv heeft aan appellante met ingang van 12 september 2005 een uitkering ingevolge de Ziektewet (ZW) toegekend.
1.2. In de periode van 28 maart 2006 tot en met 17 juli 2006 heeft appellante een uitkering ingevolge de Wet arbeid en zorg (WAZO) ontvangen. Bij besluit van 25 november 2008 heeft het Uwv aan appellante per 18 juli 2006 een uitkering ingevolge de ZW toegekend. In de periode van 15 juni 2007 tot en met 4 oktober 2007 heeft appellante wederom een uitkering op grond van de WAZO ontvangen.
1.3. Met twee besluiten van 27 augustus 2008 heeft het Uwv de aan appellante over de periode van 18 juni 2007 tot en met 24 juni 2007 onverschuldigd betaalde ziekengelduitkering ten bedrage van € 346,15 respectievelijk de over de periode van
7 april 2008 tot en met 17 augustus 2008 onverschuldigd betaalde ziekengelduitkering ten bedrage van € 4.635,92 van haar teruggevorderd. Voorts heeft het Uwv bij besluit van 8 oktober 2008 de onverschuldigd betaalde ziekengelduitkering ten bedrage van € 16.789,78 over de periode van 18 juli 2006 tot en met 24 juni 2007 van haar teruggevorderd. Tegen de drie besluiten is namens appellante bezwaar gemaakt.
Bij drie afzonderlijke besluiten van 26 augustus 2009 (hierna: de bestreden besluiten) heeft het Uwv het door appellante gemaakte bezwaar tegen de besluiten ongegrond verklaard.
-
Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen de bestreden besluiten ongegrond verklaard. Daarbij heeft de rechtbank overwogen dat het Uwv op grond van artikel 33 van de ZW gehouden is om hetgeen onverschuldigd betaald is terug te...
-
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT