Voorlopige voorziening van Rechtbank Utrecht, Voorzieningenrechter, 6 de Diciembre de 2011

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 6 de Diciembre de 2011
Uitgevende instantie:Voorzieningenrechter

RECHTBANK UTRECHT

Sector bestuursrecht

zaaknummer: SBR 11/3546

uitspraak van de voorzieningenrechter op het verzoek om voorlopige voorziening van

de stichting Stichting Dorpsplatform Kamerik, gevestigd te Kamerik, verzoekster

(gemachtigden: K. de Wit en C.F. Mees-Snepvangers),

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Woerden, verweerder

(gemachtigde: A.H. Chaudron).

Procesverloop

Bij besluit van 13 september 2011 heeft verweerder aan het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden (hierna: vergunninghouder) een vergunning ingevolge de Wet algemene bepalingen van omgevingsrecht (Wabo) verleend voor de aanleg van twee bruggen en een damwand met onderleider nabij het perceel Van Teylingenweg 148 te Kamerik (hierna: het perceel). Verzoekster heeft hiertegen bezwaar gemaakt. Voorts heeft verzoekster de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 22 november 2011. Verzoekster en verweerder hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden. Vergunninghouder heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. R.S.P. Plaizier, M. Marchek en ing. R. Kastelein.

Overwegingen

  1. De voorzieningenrechter ziet zich ambtshalve en gelet op het verweer van verweerder voor de vraag gesteld of verzoekster als belanghebbende in de zin van artikel 1:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) kan worden aangemerkt.

  2. Ingevolge artikel 1:2, eerste lid , van de Awb wordt onder belanghebbende verstaan: degene wiens belang rechtstreeks bij het besluit is betrokken. Ingevolge het derde lid van dit artikel worden ten aanzien van rechtspersonen als hun belangen mede beschouwd de algemene en collectieve belangen die zij krachtens hun doelstellingen en blijkens hun feitelijke werkzaamheden in het bijzonder behartigen.

  3. Ingevolge artikel 2 van haar statuten heeft verzoekster ten doel het verbeteren en in stand houden van een kwalitatief goed woon- en leefklimaat in Kamerik, met postcode 3471, zoals deze kern is aangegeven op het bij deze statuten horende kaartje.

    Ingevolge artikel 3 van haar statuten tracht verzoekster haar doel onder meer te verwezenlijken door:

    a. het bevorderen van een goede communicatie tussen het gemeentebestuur, de bij Kamerik betrokken gemeentelijke diensten, de bij Kamerik betrokken maatschappelijke organisaties en de bewoners van Kamerik.

    b. het vergroten van de betrokkenheid van de bewoners bij de inrichting en het beheer van de dorpskern en het vergroten van hun invloed daarop, onder meer door middel van uit bewoners van de dorpskern bestaande werkgroepen, overeenkomstig het daarvoor opgestelde reglement;

    c. het dragen van gezamenlijke verantwoordelijkheid van bewoners, gemeentebestuur, bij de bij Kamerik betrokken gemeentelijke diensten en bij Kamerik betrokken maatschappelijke organisaties;

    d. het stimuleren van een snelle en integrale aanpak van knelpunten in de dorpskern door onder meer afstemming en samenwerking;

    e. het organiseren van activiteiten in welke vorm dan ook en uitsluitend ten behoeve van de leefbaarheid van Kamerik.

  4. Het bestreden besluit ziet op de aanleg van twee bruggen en een damwand met onderleider nabij het perceel Van Teylingenweg 148 te Kamerik. De voorzieningenrechter stelt vast dat dit perceel binnen het statutaire werkgebied van verzoekster valt. De feitelijke werkzaamheden van verzoekster bestaan, zoals namens haar ter zitting is toegelicht, uit het voeren van overleg met en informeren van bestuursorganen en inwoners over ontwikkelingen binnen het werkgebied. Daartoe houdt zij onder meer (tezamen met de wethouder en inwoners) schouwen van het werkgebied en heeft zij een driemaandelijks overleg met de wethouder. De voorzieningenrechter is gezien de hiervoor weergegeven doelstelling van verzoekster en haar feitelijke werkzaamheden, voorlopig van oordeel dat verzoekster door het bestreden besluit rechtstreeks wordt getroffen in een belang dat zij in het bijzonder behartigt. Verzoekster kan dan ook vooralsnog worden aangemerkt als belanghebbende in de zin van artikel 1:2, eerste en derde lid, van de Awb.

  5. De voorzieningenrechter is voorts van oordeel dat verzoekster spoedeisend belang heeft bij het treffen van een voorlopige voorziening. Ter zitting heeft de gemachtigde van verweerder medegedeeld dat de hoorzitting in bezwaar niet eerder dan medio januari 2012 zal plaatsvinden. Nu de gemachtigde van vergunninghouder te kennen heeft gegeven dat de werkzaamheden ter uitvoering van de vergunning in week 2 van 2012 – en dus voordat een beslissing op bezwaar wordt genomen – zullen aanvangen, is daarmee het spoedeisend belang van verzoekster gegeven.

  6. Voor het treffen van een voorlopige voorziening in dit stadium (de bezwaarfase) is in beginsel alleen dan aanleiding wanneer het bestreden besluit zodanig gebrekkig is dat het in de heroverweging naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet of niet volledig in stand zal kunnen blijven. Voor zover deze toetsing meebrengt dat een oordeel wordt gegeven over het geschil in een eventuele bodemprocedure, heeft dit oordeel een voorlopig karakter en bindt dit de rechtbank niet bij haar beslissing in die procedure. Als een vergunninghouder van een vergunning gebruik maakt als deze nog geen formele rechtskracht heeft, dan gebeurt dat op eigen risico, ook als een verzoek tot schorsing van die vergunning is afgewezen.

  7. Op 8 juni 2011 heeft vergunninghouder een aanvraag om een omgevingsvergunning ingediend door het plaatsen van twee bruggen en een damwand op het perceel. Brug A wordt gerealiseerd om een nieuw gemaal te bereiken, gelegen binnen de gemeente Nieuwkoop.

    Brug B wordt gerealiseerd om de doorgaande weg (de Van Teylingenweg) te behouden, nadat de watergang de “Nieuwe Maalvliet” is gegraven. De damwang met onderleider wordt gerealiseerd, teneinde een kruising tussen de Kamerikse Wetering en de Nieuwe Maalvliet mogelijk te maken.

  8. Bij besluit van 13 september 2011 heeft verweerder aan...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT