Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Almelo, 8 de Febrero de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 8 de Febrero de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Almelo

RECHTBANK ALMELO

Sector civiel recht

zaaknummers: 112382 / HA ZA 10-647 en 119437 HA ZA 11-275

datum vonnis: 8 februari 2012 (mgl)

Vonnis van de rechtbank Almelo, meervoudige kamer voor burgerlijke zaken, in de gevoegde zaken van:

Mr. J.A.D.M. Daniëls en mr. J.T. Stekelenburg, beiden handelend in hun hoedanigheid van curator in de faillissementen van de besloten vennootschappen:

- Weyl Beef Products B.V.,

- Weyl Holding B.V.,

- Holding Defa B.V.,

- Defa Pensioen B.V.,

- Weyl Rusland Holding B.V.,

- Weyl Vastgoed Holding B.V.,

- Weyl Vastgoed B.V.,

- Weyl Export Holding B.V.,

- Angler Meat B.V.,

- Watusi Meat B.V.,

- Sarabi Meat B.V.,

- Sahiwal Meat B.V.,

- Ongole Meat B.V.,

- Muturu Meat B.V.,

- Limonero Meat B.V.,

- Jersey Meat B.V.,

- Herens Meat B.V.,

- Boran Meat B.V.,

- Highland Meat B.V.,

- N’Dama Meat B.V.,

- Khillari Meat B.V.,

- Haleda beheer B.V. en

- Memaq B.V.,

gevestigd te Enschede,

eisers,

verder gezamenlijk aan te duiden als de curator,

advocaat: mr. G. Beekman te Almelo,

tegen

  1. [gedaagde sub 1],

    wonende te [woonplaats],

    verder te noemen [gedaagde sub 1],

    advocaat: mr. J.G.M. Stassen te Enschede,

  2. [gedaagde sub 2],

    wonende te [woonplaats],

    verder te noemen [gedaagde sub 2],

    advocaat: mr. J.A. Holsbrink te Enschede,

  3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    Harmax Participaties B.V.,

    gevestigd te Hengelo, verder te noemen Harmax,

    Advocaat: mr. J.A. Holsbrink te Enschede,

    gedaagden,

    en van:

    de naamloze vennootschap

    Fortis Bank N.V.,

    gevestigd te Brussel (België),

    eiseres,

    verder te noemen Fortis,

    advocaat: mr. H.M. de Mol Van Otterloo te Amsterdam,

    tegen

    [gedaagde sub 1],

    wonende te [woonplaats],

    gedaagde,

    verder te noemen [gedaagde sub 1],

    advocaat: mr. J.G.M. Stassen te Enschede,

    en tegen

    Mr. J.A.D.M. Daniëls en mr. J.T. Stekelenburg, beiden handelend in hun hoedanigheid van curator in de faillissementen van de hiervoor opgesomde besloten vennootschappen

    Weyl Beef Products B.V. tot en met Memaq B.V., gevestigd te Enschede,

    toegelaten als tussenkomende partij krachtens vonnis van de rechtbank Amsterdam d.d.

    16 maart 2011 onder nummer 467543 / HA ZA 10-2659,

    verder gezamenlijk aan te duiden als de curator,

    advocaat: mr. G. Beekman te Almelo.

  4. De procesgang

    1.1. In zaaknummer 112382 / HA ZA 10-647 heeft de curator op 16 juni 2010 [gedaagde sub 1] en [gedaagde sub 2] gedagvaard voor deze rechtbank. Ieder van hen heeft voor antwoord geconcludeerd. Na repliek, tevens wijziging van de eis, hebben gedaagden gedupliceerd, waarna vonnis is gevraagd.

    1.2. In zaaknummer 119437 HA ZA 11-275 heeft Fortis op 29 juli 2010 [gedaagde sub 1] gedagvaard voor de rechtbank in Amsterdam. [Gedaagde sub 1] heeft geconcludeerd voor antwoord. Nadat de rechtbank bij tussenvonnis van 8 december 2010 een comparitie van partijen had bevolen, heeft de curator een incidentele conclusie tot tussenkomst en verwijzing genomen. Bij incidenteel vonnis van 16 maart 2011 heeft de rechtbank in Amsterdam de gevraagde tussenkomst van de curator toegestaan, de zaak verwezen naar de rechtbank in Almelo en vastgesteld, dat de zaak van rechtswege is gevoegd met voormelde in Almelo aanhangige zaak onder nummer 112382 / HA ZA 10-647.

    1.3. Na deze verwijzing en voeging heeft Fortis in zaaknummer 119437 / HA ZA 11-275 gerepliceerd, waarna [gedaagde sub 1] en de curator ieder hebben gedupliceerd. Op 10 januari 2012 hebben partijen hun standpunten doen bepleiten, waarna de rechtbank vonnis heeft bepaald op 6 maart 2012. De rechtbank doet heden uitspraak.

  5. De vorderingen

    in zaaknummer 112382 / HA ZA 10-647

    2.1. De curator vordert, na eiswijziging, om voor recht te verklaren dat:

    (1) [gedaagde sub 1] zijn taken ten behoeve van de gefailleerde vennootschappen kennelijk onbehoorlijk, althans onbehoorlijk ex de artikelen 2:248 leden 1 en 2 juncto 2:10 BW heeft vervuld, en deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van de faillissementen van de besloten vennootschappen waarvan eisers curatoren zijn, en/of tekort is geschoten in de vervulling van zijn taken jegens de rechtspersoon in de zin van artikel

    2:9 BW en/of aansprakelijk is wegens misleidende voorstelling omdat de jaarrekening onjuiste resultaten liet zien ex artikel 2:249 BW en/of aansprakelijk is uit hoofde van onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW jegens de (schuldeisers van de) failliete vennootschappen;

    (2) [gedaagde sub 2] en Harmax hun taken ten behoeve van de failliete vennootschappen als feitelijk beleidsbepaler kennelijk onbehoorlijk, althans onbehoorlijk ex de artikelen 2:248 lid 7 juncto leden 1 en 2 juncto 2:10 BW hebben vervuld, en deze onbehoorlijke taakvervulling een belangrijke oorzaak is van de faillissementen van de besloten vennootschappen waarvan eisers curatoren zijn, en/of [gedaagde sub 2] als werknemer is tekort geschoten in de uitoefening van zijn taken waarvan hem een ernstig verwijt is te maken in de zin van artikel 7:661 BW en/of aansprakelijk is uit hoofde van onrechtmatige daad ex artikel 6:162 BW jegens de (schuldeisers van de) failliete vennootschappen;

    en gedaagden, primair hoofdelijk, des dat de één betalende de ander zal zijn bevrijd, subsidiair ieder voor zich afzonderlijk, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, te veroordelen:

    tot betaling van het tekort in de faillissementen zoals dat zal blijken bij verificatie, vermeerderd met de boedelvorderingen, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, althans tot vergoeding van de door [gedaagde sub 1] en/of [gedaagde sub 2] en Harmax veroorzaakte schade waarvoor zij aansprakelijk zijn, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;

    en met, primair, hoofdelijke veroordeling van gedaagden, subsidiair veroordeling van iedere gedaagde voor zich afzonderlijk, in de kosten van dit geding, daaronder uitdrukkelijk begrepen de kosten van de gelegde conservatoire (derden)beslagen,

    zomede met veroordeling van gedaagden in de wettelijke rente over de uit te spreken kostenveroordeling, indien en voor zover betaling van de proceskostenveroordeling niet binnen twee dagen na betekening van het in deze te wijzen vonnis heeft plaatsgevonden.

    in zaaknummer 119437 / HA ZA 11-275:

    2.2. Fortis vordert dat de rechtbank bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, [gedaagde sub 1] veroordeelt tot betaling aan Fortis van € 27.600.000,-, te vermeerderen met de wettelijke rente, (telkens) vanaf de respectieve dag der aanbieding van de cheques aan ABN AMRO Bank N.V., althans de dag der dagvaarding tot de dag der algehele voldoening, met veroordeling van [gedaagde sub 1] in de proceskosten, waaronder begrepen de kosten van de gelegde beslagen.

  6. De feiten

    3.1. De volgende feiten kunnen als vaststaand worden aangenomen.

    in zaaknummer 112382 / HA ZA 10-647:

    3.2. Op 20 mei 2010 heeft de rechtbank in staat van faillissement verklaard de besloten vennootschappen, met aanstelling van eisers als curatoren:

    - Weyl Beef Products B.V. (verder ook aan te duiden als WBP),

    - Weyl Holding B.V. en

    - Holding Defa B.V.

    Op 1 juni 2010 heeft de rechtbank, eveneens met aanstelling van eisers als curatoren, in staat van faillissement verklaard de besloten vennootschappen Defa pensioen B.V. tot en met Memaq B.V., zoals opgesomd in het hoofd van dit vonnis. Al deze vennootschappen vormden met WBP, Weyl Holding B.V. en Holding Defa B.V., een fiscale eenheid.

    3.3. WBP dreef een in Enschede gevestigde onderneming, gespecialiseerd in het slachten en verwerken van rundvlees. [Gedaagde sub 1] was bestuurder van WBP, van Weyl Holding B.V. en van Holding Defa B.V. [Gedaagde sub 2] was als financieel directeur in dienst van WBP. Via deze B.V.’s werden de overige hiervoor genoemde gefailleerde vennootschappen aangestuurd. Harmax Participaties B.V. is een participatiemaatschappij, waarvan de aandelen toebehoren aan [gedaagde sub 2].

    in zaaknummer 119437 / HA ZA 11-275 :

    3.4. WBP deed veel zaken met veehandel [betrokkene sub 1], verder aan te duiden als de Veehandel, gevestigd in Vlimmen in België, met als enig bestuurder [betrokkene sub 2]. De Veehandel richtte zich op (onder meer) het opkopen van runderen bij boeren in België en Noord-Frankrijk en de doorverkoop daarvan aan andere partijen, waaronder WBP.

    3.5. Fortis heeft reeds vele jaren een bankrelatie met de Veehandel. Voor haar dagelijkse geldzaken maakte de Veehandel gebruik van de vestiging van Fortis in Oostmalle in België. WBP betaalde de Veehandel sinds jaar en dag door middel van cheques, zoals in de veehandel ook gebruikelijk is. Deze cheques werden namens WBP ondertekend door haar bestuurder [gedaagde sub 1]. De cheques, die de Veehandel van WBP ontving, werden door de Veehandel rechtsgeldig geëndosseerd. Het endossement, dat wil zeggen het ondertekenen van de achterzijde van de cheques, en het inleveren van de geëndosseerde cheques bij Fortis in Oostmalle, geschiedde namens de bestuurder van de Veehandel, [betrokkene sub 2], door [betrokkene sub 3]. De Veehandel ontving vervolgens van Fortis de met de cheques corresponderende bedragen.

    3.6. Fortis bood de aldus ontvangen cheques vervolgens aan bij ABN AMRO. Van die door Fortis aan ABN AMRO aangeboden cheques heeft ABN AMRO 48 cheques ter waarde van in totaal € 27.600.000,- geweigerd op grond, dat door WBP onvoldoende fondsen beschikbaar waren gesteld ter dekking van die cheques. Deze 48 ongedekte cheques zijn uitgeschreven in de periode van 26 april 2010 tot 12 mei 2010. Fortis heeft de cheques in haar bezit en is vorderingsgerechtigd onder die cheques.

  7. De standpunten van partijen

    in zaaknummer 119437 / HA ZA 11-275 :

    De curator:

    4.1. De curator heeft, in aanvulling op de hiervoor onder 3.2. en 3.3. weergegeven vaststaande feiten, bij dagvaarding het volgende gesteld. De administratie van de gefailleerde vennootschappen kwam niet overeen met de werkelijke financiële stand van zaken van de ondernemingen. De debiteurenposities en de voorraden werden hoger weergegeven dan zij in werkelijkheid waren, terwijl de crediteurenpositie lager werd voorgesteld dan in werkelijkheid het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT