Kort geding van Rechtbank Arnhem, Voorzieningenrechter, 19 de Abril de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak19 de Abril de 2012
Uitgevende instantie:Voorzieningenrechter

vonnis

RECHTBANK ARNHEM

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 227478 / KG ZA 12-147

Vonnis in kort geding van 19 april 2012

in de zaak van

[eisers]

eisers,

advocaat mr. D.H. Woelinga te Amsterdam,

tegen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

PHANOS NEDERRIJN B.V.,

gevestigd te Houten,

gedaagde,

advocaat mr. B.J.M. van Meer te Arnhem.

Partijen zullen hierna de woonbootbewoners en Phanos genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - de dagvaarding

    - de mondelinge behandeling

    - de pleitnota van de woonbootbewoners

    - de pleitnota van Phanos.

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. De feiten

    2.1. Phanos is sinds 2006 eigenaar van de [haven] en daaromheen gelegen gronden in het gebied [naam gebied] te Arnhem.

    2.2. Vanaf 1978 hebben de woonbootbewoners en ook anderen met woonboten ligplaatsen ingenomen in de [haven].

    2.3. De woonbootbewoners zijn bij vonnis van 5 oktober 2011 van de rechtbank Arnhem – kort gezegd – veroordeeld om binnen 14 dagen na betekening van het vonnis hun ligplaats in de [haven] en de daaromheen gelegen gronden te ontruimen en ontruimd te houden, inhoudende dat de ligplaats en de daaromheen gelegen gronden leeg en ontruimd met al het hunne en al de hunnen, in oorspronkelijke staat hersteld is en de ligplaats en de daaromheen gelegen gronden ontruimd en verlaten wordt gehouden, zulks op straffe van een dwangsom en met machtiging voor Phanos om de ontruiming en de herstelwerkzaamheden desgewenst zelf te doen bewerkstelligen op kosten van de woonbootbewoners, al dan niet met behulp van de deurwaarder en de sterke arm van politie en justitie. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

    2.4. In het vonnis van 5 oktober 2011 is onder meer overwogen:

    ‘4.1. De gedaagden voeren ten verwere aan dat Phanos niet hen maar de gemeente in rechte had behoren aan te spreken, dat sprake is van een niet door Phanos opgezegde stilzwijgende bruikleenovereenkomst om niet en dat Phanos onvoldoende belang heeft bij ontruiming.

    4.2. Het eerstbedoelde verweer kan niet slagen. De door de gemeente verleende ligplaatsvergunningen leveren geen beperking op van het eigendomsrecht van Phanos. Nu Phanos de vrije beschikking over haar eigendom wenst te verkrijgen spreekt zij terecht degenen aan die volgens haar inbreuk op dat recht maken.

    4.3. Of er met betrekking tot de ligplaatsen van de woonboten in de [haven] sprake is van stilzwijgende bruikleenovereenkomsten om niet, kan in het midden blijven omdat voor zover het bestaan van zodanige overeenkomsten al moet worden aangenomen, de brief van 29 december 2009 van Phanos aan gedaagden, waarin Phanos onder meer schrijft dat zij over haar eigendom wenst te kunnen beschikken, als een opzegging heeft te gelden.

    4.4. Voor afweging van de belangen van degenen die de eigendom van een ander zonder recht of titel gebruiken en de belangen van de eigenaar is geen plaats. Anders dan gedaagden menen weegt het woonbelang van de bewoners in de onderhavige zaak niet zwaarder dan het eigenaarbelang van Phanos. De verwijzing naar het arrest van het Amsterdamse hof van 8 november 2007 kan gedaagde niet helpen omdat het in de in dat arrest aan de orde zijnde zaak, anders dan in de onderhavige, om een huurovereenkomst gaat. Indien gedaagden voorts beogen aan te voeren dat Phanos haar bevoegdheid om ontruiming te vorderen misbruikt, is van belang dat Phanos onvoldoende...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT