Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 25 de Abril de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak25 de Abril de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Sector Civiel recht

Uitspraak : 25 april 2012

Zaaknummer : 200.099.200/01

Rekestnrs. rechtbank : FA RK 10-2274 en FA RK 11-1701

[verzoeker],

wonende te [adres],

verzoeker, tevens incidenteel verweerder, in hoger beroep,

hierna te noemen: de vader,

advocaat mr. T. van den Bout te [adres]

tegen

[verweerster]

wonende te [adres]

verweerster, tevens incidenteel verzoekster in hoger beroep,

hierna te noemen: de moeder,

advocaat mr. M.K. Menthon Bake te ‘s-Gravenhage.

Als belanghebbende is aangemerkt:

de Stichting Bureau Jeugdzorg Haaglanden,

gevestigd te [adres]

kantoorhoudende te [geboorteplaats].

locatie Den Haag Zuid/Rijswijk.

Op grond van het bepaalde in artikel 810 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is in de procedure gekend:

de raad voor de kinderbescherming,

regio Haaglanden en Zuid-Holland Noord,

locatie Den Haag,

hierna te noemen: de raad.

PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

De vader is op 20 december 2011 in hoger beroep gekomen van een beschikking van 27 oktober 2011 van de rechtbank ‘s-Gravenhage.

De moeder heeft op 13 februari 2012 een verweerschrift tevens houdende incidenteel appel ingediend.

De vader heeft op 12 maart 2012 een verweerschrift op het incidenteel appel ingediend.

Bij het hof zijn voorts de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de vader:

- op 25 januari 2012 een brief van 24 januari 2012 met bijlagen;

- op 10 februari 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

- op 13 februari 2012 faxbericht van diezelfde datum met bijlagen;

- op 12 maart 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

- op 15 maart 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

van de zijde van de moeder:

- op 5 maart 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

- op 9 maart 2012 een brief van diezelfde datum; - op 14 maart 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen;

van de zijde van de raad:

- op 10 januari 2012 een brief van 6 januari 2012 met bijlagen;

van de zijde van Jeugdzorg:

- op 14 februari 2012 een faxbericht van diezelfde datum met bijlagen.

- op 13 maart 2012 een brief van diezelfde datum met bijlagen.

Van de zijde van de raad is bij het hof op 23 februari 2012 een brief van diezelfde datum ingekomen, waarbij is meegedeeld dat de raad ter terechtzitting zal verschijnen.

De zaak is op 15 maart 2012 mondeling behandeld.

Ter zitting waren aanwezig:

- de vader, bijgestaan door zijn advocaat;

- de moeder, bijgestaan door haar advocaat;

- [belanghebbende] namens Jeugdzorg;

- [belanghebbende] namens de raad.

Voorts is aan de zijde van de moeder verschenen: mevrouw K, Campman, tolk in de Engelse taal.

De beide advocaten hebben ter zitting pleitnotities overgelegd.

PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN

Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de bestreden beschikking.

Bij die beschikking heeft de rechtbank:

- bepaald dat voortaan alleen aan de moeder het gezag zal toekomen over [de minderjarige], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (hierna: de minderjarige);

- bepaald dat de minderjarige de hoofdverblijfplaats heeft bij de vrouw;

- met ingang van 1 januari 2012 een omgangsregeling vastgesteld waarbij de minderjarige bij de vader verblijft; een keer per veertien dagen van donderdag na de kinderopvang/uit school dan wel vanaf 17.30 uur als de minderjarige niet naar de kinderopvang gaat, tot maandag naar de kinderopvang/school, waarbij de vader haalt en brengt, alsmede de helft van de schoolvakanties en feestdagen, waarvan niet langer dan twee weken aaneengesloten en heeft deze bepaling uitvoerbaar bij voorraad bepaald;

- bepaald dat de ouder bij wie de minderjarige verblijft in incidentele gevallen mag bepalen het kind niet naar de kinderopvang te laten gaan;

- bepaald dat de moeder gehouden is om, indien zij met de minderjarige naar de Verenigde Staten van Amerika is, de minderjarige uiterlijk om 13.30 uur op de einddatum van elke zodanige periode – indien dat een dag is waarop de minderjarige bij de vader zal zijn ingevolge de omgangsregeling – af te geven aan de man, zulks met straffe van een door de moeder aan de vader te verbeuren onmiddellijk opeisbare dwangsom van € 100.000,- per reis, tot een maximum van € 1.500.000,- en heeft deze bepaling uitvoerbaar bij voorraad verklaard;

- bepaald dat de moeder minimaal een week voor zij met de minderjarige naar de Verenigde Staten van Amerika vertrekt controleerbare ticketinformatie dient te verschaffen aan de vader en heeft deze bepaling uitvoerbaar bij voorraad verklaard;

- toestemming aan de vader verleend, welke de toestemming van de moeder vervangt, om de minderjarige in te schrijven op de basisschool te en heeft deze bepaling uitvoerbaar bij voorraad verklaard;

- bepaald dat:

o de moeder de helft van de kosten van de kinderopvang/BSO aan de vader zal betalen, inclusief kostenverhogingen als deze schriftelijk door de vader worden onderbouwd;

o de moeder de achterstallige betalingen over 2011 ter hoogte van € 417,87 vóór 1 december 2011 aan de vader zal betalen;

o partijen nacalculaties in kinderopvangtoeslag bij helfte zullen verdelen (terugbetalingen door dan wel nabetalingen aan de belastingdienst) alsmede dat de moeder de navordering ten bedrage van € 559,- vóór 1 december 2011 aan de vader zal betalen;

en heeft deze bepaling uitvoerbaar bij voorraad verklaard.

Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daar in hoger beroep geen grief tegen is gericht.

BEOORDELING VAN HET HOGER BEROEP

  1. In geschil zijn het gezag ten aanzien van de minderjarige, de hoofdverblijfplaats van de minderjarige en de toedeling van de zorg- en toedelingstaken.

  2. De vader verzoekt het hof de bestreden beschikking, voor zover daarvan hoger beroep is ingesteld, te vernietigen, zulks met bekrachtiging van de beslissingen van de rechtbank in de beschikking a quo, en opnieuw beschikkende, voor zover wettelijk toelaatbaar bij voorraad;

    1. te bepalen dat voortaan alleen aan de vader het eenhoofdig (ouderlijk) gezag zal toekomen over de minderjarige;

    2. te bepalen dat de hoofdverblijfplaats van de minderjarige zal zijn bij de vader;

    3. vast te stellen, met ingang van 1 januari 2012, een omgangsregeling waarbij de minderjarige gemiddeld drie dagen per week bij de moeder verblijft, een en ander uit te werken in een ‘week op/week af’ schema, met een cyclus van 7 weken, waarbij voorts de minderjarige de helft van de schoolvakanties en feestdagen bij moeder zal verblijven, een en ander overeenkomstig het door de vader opgestelde schema voor 2012, zoals omschreven in productie 53, dan wel een zodanig schema c.q. een zodanige regeling als het hof juist en redelijk zal achten in het belang van de minderjarige, welk schema op inhoudelijk mutatis mutandis gelijke wijze zal hebben te gelden in elk opvolgend kalenderjaar na 2012, en zulks alles steeds met een overdrachtsregeling, zoals door de rechtbank reeds tussen partijen is bepaald bij (echtscheidings)beschikking van 4 november 2010;

    4. indien het hof van oordeel mocht zijn dat, alvorens te beslissen over en met betrekking tot hiervoor door de vader aan het hof verzochte beslissingen sub I t/m III, eerst forensisch onderzoek noodzakelijk is, alsdan aan partijen op te dragen forensisch diagnostisch onderzoek te laten uitvoeren door Fora de Bascule dan wel een andere deskundige instelling om het hof te rapporteren en adviseren of in het belang van de minderjarige:

      - gezamenlijk of eenhoofdig gezag over en in het belang van de minderjarige geboden is;

      - voorts, indien eenhoofdig gezag over en in het belang van de minderjarige geboden is, wie alsdan van de beide partijen met het eenhoofdig gezag over en in het belang van de minderjarige moet worden opgedragen en welke omgangsregeling dan heeft te gelden tussen de minderjarige en de partij die dan niet wordt belast met het eenhoofdig gezag over de minderjarige;

    5. de beslissing in de bestreden beschikking, waarbij bepaald is aan de vader vervangende toestemming te verlenen om de minderjarige in te schrijven voor basisschool te bekrachtigen en vervolgens daarop aanvullend te bepalen dat indien de moeder mocht worden belast met het eenhoofdig gezag over de minderjarige, zij alsdan zonder de voorafgaande schriftelijke instemming van de vader de minderjarige niet kan en/of mag inschrijven bij een andere (basis)school, en zulks met uitvoer bij voorraad verklaring van deze bepaling;

    6. de beslissing in de bestreden beschikking waarbij uitvoerbaar bij voorraad is bepaald dat de moeder minimaal een week voor zij met de minderjarige naar de Verenigde Staten van Amerika vertrekt controleerbare ticketinformatie dient te verschaffen aan de vader te bekrachtigen en vervolgens daarop aanvullend te bepalen dat zulks heeft te geschieden op straffe van een door de moeder aan de vader te verbeuren dwangsom van € 100.000,- per reis, dat de moeder dit mocht nalaten dan wel niet juist mocht uitvoeren, en zulks tot een maximum van € 1.500.000,- en met uitvoerbaar verklaring van deze bepaling;

    7. de moeder te veroordelen om aan de vader te vergoeden alle juridische kosten, die hij heeft moeten betalen voor (onnodige en nutteloze) gerechtelijke procedures, zoals omschreven in de pleitnota van de advocaat van de man d.d. 25 augustus 2011 en onderhavig verzoekschrift en financieel onderbouwd in productie 53, dan wel subsidiair zodanig bedrag al het hof in goede justitie juist en redelijk acht.

    8. en zulks met veroordeling van de moeder in de proceskosten in eerste aanleg en/of in de proceskosten in deze procedure in hoger beroep.

  3. De moeder bestrijdt zijn beroep en verzoekt het hof principaal bij beschikking de vader niet-ontvankelijk te verklaren, althans zijn verzoeken af te wijzen, zo nodig met verbetering en/of aanvulling van de gronden, met veroordeling van de vader in de kosten van het hoger beroep.

    Voorts verzoekt de moeder het hof in incidenteel appel de bestreden beschikking te vernietigen met betrekking tot de vastgestelde omgangsregeling, de opgelegde dwangsom...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT