Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Utrecht, 6 de Agosto de 2003

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 6 de Agosto de 2003
Uitgevende instantie:Rechtbank Utrecht

V O N N I S

van de rechtbank Utrecht, enkelvoudige kamer voor de behandeling van burgerlijke zaken, in de zaak van:

de naamloze vennootschap Nederlands Omroepproductie Bedrijf N.V.,

gevestigd te Hilversum,

e i s e r e s,

procureur: mr. J.L.M. Groenewegen,

- t e g e n -

de coˆperatie Coˆperatieve Centrale Raiffeisen-Boerenleenbank B.A. - Rabobank Nederland,

kantoorhoudende te Utrecht,

g e d a a g d e,

procureur: mr. W.J.B. Witte.

Partijen zullen hierna worden aangeduid als respectievelijk "het NOB" en "de Rabobank".

  1. Het verloop van de procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit de volgende processtukken:

    - dagvaarding van 1 mei 2002;

    - conclusie van antwoord;

    - tussenvonnis waarbij een comparitie van partijen is gelast;

    - proces-verbaal van comparitie van partijen, waaruit onder andere blijkt dat tijdens de comparitiezitting geen minnelijke regeling is tot stand gekomen;

    - conclusie van repliek;

    - conclusie van dupliek.

    1.2. Na de conclusie van dupliek, waarbij de Rabobank een tweetal niet eerder in het geding gebrachte producties heeft overgelegd, heeft het NOB op de voet van artikel 2.12. van het Landelijk Rolreglement gelegenheid gehad om kenbaar te maken of het naar aanleiding van die producties een akte wenste te nemen. Het NOB heeft van deze gelegenheid geen gebruik gemaakt.

    1.3. Ten slotte hebben partijen aan de rechtbank verzocht vonnis te wijzen.

  2. De feiten

    2.1. Het NOB heeft in opdracht van de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Vekoma Manufacturing B.V., hierna "Vekoma", bepaalde werkzaamheden verricht betrekking hebbende op de aankleding van door Vekoma gebouwde pretparkinstallaties, tegen een door het NOB en Vekoma overeengekomen prijs.

    2.2. In verband met de betaling voor die werkzaamheden heeft de Rabobank op 23 april 2001 een viertal documentaire kredieten gesteld, telkens op verzoek van Vekoma en ten gunste van het NOB. Hiertoe zijn evenzoveel "Letters of Credit" afgegeven, waarin onder andere de documenten zijn genoemd op vertoon waarvan betaling door de Rabobank aan het NOB zou plaatsvinden.

    2.3. Op deze "Letters of Credit" zijn van toepassing de "International Chamber of Commerce Uniform Customs and Practice for Documentary Credits", laatstelijk herzien in 1993, hierna "de UCP-bepalingen".

    2.4. Onder drie van de hierboven bedoelde "Letters of Credit" heeft betaling door de Rabobank aan het NOB plaatsgevonden, onder de vierde niet. De vierde "Letter of Credit", genummerd LM072341ZUI, hierna "de LoC", gold voor een bedrag van

    ƒ 641.574,63 en had, na te zijn verlengd, een geldigheidsduur tot en met 31 augustus 2001 (de "expiry date").

    2.5. De LoC vermeldt als documenten die bij het inroepen ervan dienden te worden aangeboden:

    "+1. Signed commercial invoice for the L/C [LoC, rechtb.] amount.

    +2. Certificate of acceptance dated not later than 09.06.2001 [later gewijzigd in 10.08.2001, rechtb.], issued and signed by beneficiary [het NOB, rechtb.] and signed by applicant [Vekoma, rechtb.].

    +3. Punchlist indicating the items that have to be solved by applicant, the time needed to solve the items and the value that corresponds with this work to be done, issued and signed by beneficiary and signed by applicant.

    +4. Unconditional retention bond for the amount of the value of the punchlist and valid till 30 days after the time needed to solve the outstanding punchlist items as indicated in the punchlist."

    2.6. De Rabobank (de "Issuing Bank" onder de UCP-bepalingen) heeft ten behoeve van de uitvoering van de LoC (en de andere "Letters of Credit") een andere bank ingeschakeld, namelijk de naamloze vennootschap ABN AMRO Bank N.V., hierna "de ABN AMRO" (de "Advising Bank" onder de UCP-bepalingen), tevens de huisbankier van het NOB.

    2.7. Het NOB heeft - naar tijdens de in deze zaak gehouden comparitiezitting is komen vast te staan - op 20 augustus 2001 documenten gepresenteerd aan de ABN AMRO teneinde daarmee betaling onder de LoC te verkrijgen. De ABN AMRO heeft de desbetreffende documenten doorgestuurd aan de Rabobank, die vervolgens betaling heeft geweigerd.

    2.8. De Rabobank heeft hiertoe op 27 augustus 2001 een "SWIFT"-bericht gestuurd aan de ABN AMRO, waarin melding wordt gemaakt van de volgende "discrepancies":

    "1. Te late aanbieding documenten.

  3. Unconditional retention bond niet aangeboden."

    De ABN AMRO heeft hierop het NOB in kennis gesteld van de weigering van de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT