Eerste aanleg - meervoudig van Council of State (Netherlands), 2 de Junio de 2004

Datum uitspraak 2 de Junio de 2004
Uitgevende instantie:Council of State (Netherlands)

200306586/1.

Datum uitspraak: 2 juni 2004

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak in het geding tussen:

  1. de stichting "Stichting Geluidhinder Zandvoort", gevestigd te Zandvoort,

  2. de stichting "Stichting Duinbehoud", gevestigd te Leiden, en andere,

  3. het college van burgemeester en wethouders van Bloemendaal,

  4. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    "Exploitatie Circuit Park Zandvoort B.V.", gevestigd te Zandvoort,

    appellanten,

    en

    het college van gedeputeerde staten van Noord-Holland,

    verweerder.

  5. Procesverloop

    Bij besluit van 12 augustus 2003, kenmerk 2001-44511, heeft verweerder krachtens artikel 8.24, eerste lid, van de Wet milieubeheer voorschriften gewijzigd die zijn verbonden aan de krachtens artikel 8.4, eerste lid, van deze wet aan appellante sub 4 verleende vergunning van 12 september 1997, kenmerk 97-515197, zoals gewijzigd bij besluit van 9 november 2001, kenmerk 2001-31494 (hierna: de revisievergunning). Dit besluit is op 29 augustus 2003 ter inzage gelegd.

    Tegen dit besluit hebben appellante sub 1 bij brief van 3 oktober 2003, bij de Raad van State ingekomen op 6 oktober 2003, appellanten sub 2 bij brief van 8 oktober 2003, bij de Raad van State ingekomen op 9 oktober 2003, appellant sub 3 bij brief van 9 oktober 2003, bij de Raad van State ingekomen op 10 oktober 2003, en appellante sub 4 bij brief van 2 oktober 2003, bij de Raad van State ingekomen op 3 oktober 2003, beroep ingesteld. Appellante sub 1 heeft haar beroep aangevuld bij brief van 5 november 2003. Appellante sub 4 heeft haar beroep aangevuld bij brief van 28 oktober 2003.

    Bij brief van 4 december 2003 heeft verweerder een verweerschrift ingediend.

    De Stichting Advisering Bestuursrechtspraak voor Milieu en Ruimtelijke Ordening heeft een deskundigenbericht uitgebracht, gedateerd 5 februari 2004. Partijen zijn in de gelegenheid gesteld daarop te reageren.

    Na afloop van het vooronderzoek zijn nadere stukken ontvangen van appellanten sub 1 en 4. Deze zijn aan de andere partijen toegezonden.

    De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 20 april 2004, waar appellante sub 1, vertegenwoordigd door T.C. Vermeij en C. Bleijs, gemachtigden, appellanten sub 2, vertegenwoordigd door

    drs. M.J.P.M. Janssen, gemachtigde, appellant sub 3, vertegenwoordigd door drs. J.J. van den Boomgaard, ambtenaar van de gemeente,

    appellante sub 4, vertegenwoordigd door prof. mr. N.S.J. Koeman, advocaat te Amsterdam, en J.C. Ernst, gemachtigde, en verweerder, vertegenwoordigd door mr. R.T. de Grunt, H.J. Janssen en C.P. Horstman, ambtenaren van de provincie, zijn verschenen. Ook is daar als partij gehoord het college van burgemeester en wethouders van Zandvoort, vertegenwoordigd door J.A. Sandbergen, ambtenaar van de gemeente.

  6. Overwegingen

    2.1. Ingevolge artikel 20.6, tweede lid, van de Wet milieubeheer kan tegen een besluit als het onderhavige beroep worden ingesteld door:

    1. degenen die bedenkingen hebben ingebracht tegen het ontwerp van het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT