Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Almelo, 4 de Junio de 2004

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 4 de Junio de 2004
Uitgevende instantie:Rechtbank Almelo

RECHTBANK ALMELO

Sector Bestuursrecht

Enkelvoudige Kamer

Registratienummer: 03 / 1155 WW44 AG1 A

UITSPRAAK

in het geschil tussen:

de Jan de Jongstichting te Schaijk e.a., eisers,

gemachtigde: mr. W.A.A. Wernink,

en

het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Almelo, verweerder.

Derde belanghebbende: Woningstichting St. Joseph te Almelo, vergunninghoudster,

gemachtigde: mr. W. van de Wetering, advocaat te Enschede.

  1. Aanduiding bestreden besluit

    Besluit van verweerder d.d. 12 december 2003. (verzonden 17 december 2003)

  2. De feiten en het verloop van de procedure

    Bij besluit van 8 juli 2003 (verzonden 10 juli 2003) heeft verweerder aan Woningstichting St. Joseph te Almelo een sloopvergunning verleend voor het slopen van de Willibrordkerk en het daarbij behorende klooster te Almelo op het perceel Windmolenbroeksweg 2 te Almelo. Vergunninghoudster wil ter plaatse een appartementencomplex realiseren.

    Voorts heeft verweerder bij besluit van of 14 augustus 2003 (verzonden 15 augustus 2003) besloten de Willibrordkerk niet aan te wijzen als gemeentelijk monument.

    Door de gemachtigden van eisers de Jan de Jong Stichting, respectievelijk mevr. R. de Jong te Schaijk en de Fondation ThÈodore Strawinksy, respectievelijk Mme. D. Strawinsky te GenËve (Zwitserland) zijn bezwaarschriften tegen beide besluiten ingediend.

    Tevens hebben eisers aan de voorzieningenrechter van de rechtbank Almelo gevraagd om een voorlopige voorziening te treffen inhoudende schorsing van de sloopvergunning totdat op hun verzoek om plaatsing van de Willibrordkerk op de gemeentelijke monumentenlijst onherroepelijk zal zijn beslist. Bij uitspraak van 29 augustus 2003 heeft de voorzieningenrechter de bestreden sloopvergunning geschorst tot zes weken nadat op het bezwaar van eisers tegen die sloopvergunning zal zijn beslist.

    Op 8 oktober 2003 heeft de gemeentelijke monumentencommissie advies uitgebracht en daarin te kennen gegeven dat de Willibrordkerk door zijn stedenbouwkundige, cultuurhistorische en architectuurhistorische waarden, alsmede zijn zeldzaamheid en gaafheid, zodanig van belang is dat bescherming als gemeentelijk monument zeker gerechtvaardigd is.

    Eisers zijn op 14 oktober 2003 gehoord door de Commissie van advies voor de bezwaarschriften. Deze commissie heeft op 12 november 2003 advies uitgebracht en heeft daarbij aan verweerder geadviseerd het bezwaarschrift van eisers ter zake van de weigering om de Willibrordkerk op de gemeentelijke monumentenlijst te plaatsen gegrond te verklaren.

    Bij besluit van 4 december 2003 heeft verweerder het bezwaar van eisers tegen de sloopvergunning ongegrond verklaard.

    Verweerder heeft voorts bij het bestreden besluit van 12 december 2003 (verzonden 17 december 2003) -in afwijking van het advies van de bezwarencommissie- het namens eisers ingediende bezwaarschrift tegen het niet aanwijzen van de Willibrordkerk als gemeentelijk monument eveneens ongegrond verklaard.

    Tegen beide besluiten is op 31 december 2003 namens eisers beroep ingesteld bij de rechtbank.

    Verweerder heeft op 23 januari 2004 de op de zaak betrekking hebbende stukken en een verweerschrift ingediend.

    Bij schrijven van 11 mei 2004, met bijlagen, heeft mr. W. van de Wetering de zienswijze van vergunninghoudster ten aanzien van het beroep van eisers kenbaar gemaakt.

    Het beroep is behandeld ter openbare zitting van de rechtbank van 24 mei 2004, waar eisers zijn verschenen bij gemachtigden mr. W.A.A. Wernink en K. De Jong, terwijl verweerder zich heeft doen vertegenwoordigen door D.W. Bethlehem en J.M.T. Merkenij, ambtenaren van de gemeente Almelo. Namens vergunninghoudster zijn ter zitting verschenen J. Kamst en mr. H.I. Kienhuis, advocaat te Enschede en kantoorgenote van mr. W. van de Wetering, voornoemd.

  3. Overwegingen

    In de eerste plaats dient de rechtbank te beoordelen of eisers als belanghebbende bij het bestreden besluit kunnen worden aangemerkt en om die reden ontvankelijk zijn in hun beroep. Dienaangaande merkt de rechtbank op dat de Jan de Jong Stichting blijkens haar statuten ten doel heeft het organiseren, coˆrdineren, en initiÎren van alle activiteiten gericht op de bevordering van de studie van het werk van de architect Jan de Jong (1917-2001), die het ontwerp voor de Willibrordkerk heeft gemaakt, en het beheer van diens auteursrechten en alle andere rechten en verplichtingen, en het verrichten van alle verdere handelingen die met het vorenstaande in de ruimste zin verband houden of daartoe...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT