Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Arnhem, 19 de Enero de 2005

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak19 de Enero de 2005
Uitgevende instantie:Rechtbank Arnhem

Rechtbank Arnhem

Sector civiel recht

Zaak-/rolnummer: 113848 / HA ZA 04-960

Datum vonnis: 19 januari 2005

Vonnis

in de zaak van

  1. [eiser],

  2. [eiseres],

    beiden wonende te [woonplaats],

    eisers in conventie,

    verweerders in (voorwaardelijke) reconventie,

    procureur mr. J.C.N.B. Kaal,

    advocaat mr. drs. C.M.H. Kloppers,

    beiden te Arnhem,

    tegen

  3. [gedaagde 1],

  4. [gedaagde 2],

    beiden wonende te [woonplaats],

    gedaagden in conventie,

    eisers in (voorwaardelijke) reconventie,

    procureur en advocaat mr. M.E. Bosman te Velp.

    Het beslag en het verloop van de procedure

    Na daartoe verkregen verlof van de voorzieningenrechter op 15 april 2004 is op 16 april 2004 op verzoek van [eiser] c.s. conservatoir beslag gelegd op een aantal onroerende zaken van [gedaagde] c.s.. Voorts hebben [eiser] c.s. krachtens verleend verlof op dezelfde datum conservatoir derdenbeslag gelegd onder de naamloze vennootschap ABN AMRO Bank N.V. te Amsterdam en onder de coˆperatie Coˆperatieve Rabobank Arnhem en omstreken U.A. te Arnhem. De beschikking van de voorzieningenrechter en de verschillende exploten van beslaglegging zijn bij exploot van 19 april 2004 aan [gedaagde] c.s. betekend. Op 18 mei 2004 hebben [eiser] c.s. de inleidende dagvaarding aan de ABN AMRO Bank en de Rabobank overbetekend.

    Voor het verloop van de procedure tot het tussenvonnis van 11 augustus 2004 wordt naar dat vonnis verwezen. Ingevolge dat vonnis heeft een comparitie van partijen plaatsgevonden, waarvan het proces-verbaal zich bij de stukken bevindt. Ter comparitie hebben [eiser] c.s. een conclusie van antwoord in (voorwaardelijke) reconventie genomen. Vervolgens hebben [eiser] c.s. een akte na comparitie van partijen verzocht en hebben [gedaagde] c.s. eveneens een akte na comparitie verzocht tevens akte overlegging productie. Tegen dit laatste is namens [eiser] c.s. bij brief bezwaar gemaakt. Ten slotte is vonnis bepaald.

    De vaststaande feiten

    1.1 Op 31 augustus 1984 zijn [gedaagde] c.s. eigenaar geworden van het woonhuis met schuur, ondergrond, erf en tuin c.a. gelegen aan de [adres] te [woonplaats], kadastraal bekend gemeente [woonplaats], sectie C, nummers 1558 en 1748. Eind 1989, begin 1990 is de woning ingrijpend verbouwd. Tijdens deze verbouwingswerkzaamheden is geconstateerd dat zich in de woning boktor bevond. De boktor is medio 1990 door Rentokil Pestcontrol met succes bestreden; daartoe is de woning toen gedurende drie dagen in plastic ingepakt geweest.

    1.2 [gedaagde] c.s. hebben deze woning op enig moment te koop aangeboden via Zimmerman makelaars te Velp.

    1.3 Bij schriftelijke koopovereenkomst van 23 en 24 oktober 2003 hebben [eiser] c.s. de woning van [gedaagde] c.s. gekocht voor een koopsom van € 655.000,-. De koopovereenkomst bevat onder meer de volgende bepalingen:

    5.1 De onroerende zaak zal aan koper in eigendom worden overgedragen in de staat waarin deze zich bij het totstandkomen van deze overeenkomst bevindt met alle daarbij behorende rechten en aanspraken, zichtbare en onzichtbare gebreken, heersende erfdienstbaarheden en kwalitatieve rechten, en vrij van hypotheken, beslagen en inschrijvingen daarvan.

    5.3 De onroerende zaak zal bij de eigendomsoverdracht de feitelijke eigenschappen bezitten die nodig zijn voor een normaal gebruik als: woonruimte. (...) Verkoper staat niet in voor andere eigenschappen dan die voor een normaal gebruik nodig zijn, noch voor de afwezigheid van gebreken die dat normale gebruik belemmeren en die aan koper kenbaar zijn op het moment van het tot stand komen van deze koopovereenkomst.

  5. Koper heeft het recht deze overeenkomst zonder rechterlijke tussenkomst te binden indien uit een bouwkundig rapport mocht blijken dat het bij deze door hem gekochte onroerend goed ernstige bouwkundige gebreken vertoont welke hem bij het aangaan van deze overeenkomst niet bekend waren, mits hij hiervan koper of diens makelaar uiterlijk 10 november 2003 schriftelijk in kennis stelt.

    1.4 Op 30 oktober 2003 heeft een bouwkundige van Vereniging Eigen Huis op verzoek van [eiser] c.s. de woning bouwtechnisch onderzocht. Dit onderzoek betrof een visuele inspectie waarbij geen zaken zijn weggebroken. Het daarvan opgemaakte rapport bevat onder meer de volgende opmerkingen:

    Bouwkundige onderdelen binnen: zolder/vliering

    (...)

    1.21 houtrot/insecten: niet visueel waargenomen;

    Bouwkundige onderdelen binnen: eerste verdieping

    (...)

    3.21 houtrot/insecten: niet visueel waargenomen;

    Bouwkundige onderdelen binnen: begane grond

    (...)

    4.02 dragende wanden: Bekleed - Scheurvorming; (...)

    4.18 Aanbouw: breuk en onthecht (vloerverwarming) P.M. (...)

    4.21 houtrot/insecten: niet visueel waargenomen;

    Bouwkundige onderdelen buiten: dak/gevels/enz.

    (...)

    5.14 lateien scheurvormingen; (...)

    5.20 fundering nte - Geen visuele indicatie mogelijke gebreken; Kruipruimte/kelder

    8.05 vloer (incl. constructie) beton, type: Roestende liggers bovenkelder woonhuis P.M.; (...)

    8.09 houtrot/insecten niet visueel waargenomen.

    Overzicht kostenramingen

    Soms is het voor een bouwkundige niet mogelijk een schatting van de herstelkosten van een gebrek te geven. Om aan te geven dat hierbij wel degelijk kosten kunnen worden verwacht zijn zgn P.M.-kosten opgenomen. Van een aantal van deze posten kan een schatting van de kosten worden gemaakt, tussen ruime marges. Onderstaand overzicht geeft een samenvatting van de kostenramingen (totaal 1) en de kostenramingen van de P.M.-posten (totaal 2) en de P.M.-posten waarbij geen ramingen mogelijk zijn. (...) totaal 1: € 550,-; totaal 2: € 11.500,- a € 19.400,-;

    Overzicht P.M.-posten waarbij geen kosten zijn genoemd: P.M.-kosten: (...) 8.05 (...)

    1.5 Bij notariÎle akte van 12 februari 2004 is de woning geleverd.

    1.6 Tijdens verbouwingswerkzaamheden in de woning is de vloer op de eerste etage gedeeltelijk opengebroken, waarbij duidelijk werd dat in het verleden sprake is geweest van aantasting van de vloer(delen) door boktor.

    1.7 In opdracht van de aannemer van [eiser] c.s. heeft Semplonius Adviesburo op 1 april 2004 een rapport opgemaakt van de schade aan de woning. Het rapport bevat onder meer de volgende bevindingen:

    "4.0 Oorzaak en gevolgen

    De aantasting van de houtconstructie is vrijwel zeker te wijten aan insecten. De woning is hiervoor in het verleden behandeld. Tijdens de inspectie zijn geen insecten meer gevonden, zodat kan worden aangenomen dat de uitgevoerde behandeling doeltreffend is geweest. De balklaag en beschieting zijn echter dusdanig aangetast dat aan de sterkte en stijfheid, die vereist worden volgens het Bouwbesluit, niet meer kan worden voldaan.

    De spantconstructie, in samenhang met de muurplaten, is dermate aangetast dat gesteld kan worden dat de stabiliteit niet meer volledig is gewaarborgd. Dit komt tot uiting in het verschuiven van het dakvlak in de richting van de daklijn. Deze vervorming heeft scheurvorming van de houten gordingen in de lengte richting tot gevolg. Tevens worden de muurplaten naar buitengedrukt wat de scheurvorming in het metselwerk veroorzaakt. Deze scheurvorming is duidelijk zichtbaar in het binnen metselwerk. De scheurvorming in het buitenmetselwerk is slechts ten dele zichtbaar, omdat het metselwerk opnieuw is gevoegd.

    De scheurvorming in de betonvloer van de begane grond wordt hoogst waarschijnlijk veroorzaakt door het zetten van de fundering. Het...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT