Hoger beroep van Council of State (Netherlands), 20 de Abril de 2005

Datum uitspraak20 de Abril de 2005
Uitgevende instantie:Council of State (Netherlands)

200405129/1.

Datum uitspraak: 20 april 2005

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid "Nassau Beheer Breda B.V.", gevestigd te Breda,

appellante,

tegen de uitspraak van de rechtbank Breda van 11 mei 2004 in het geding tussen:

appellante

en

het college van burgemeester en wethouders van Breda.

1. Procesverloop

Op 2 april 2002 zijn namens het college van burgemeester en wethouders van Breda (hierna: het college) de bouwwerkzaamheden op het adres [locaties] te Breda stilgelegd. Het besluit tot stillegging van de bouwwerkzaamheden is op 3 april 2002 op schrift gesteld.

Bij besluit van 21 maart 2003 heeft het college het daartegen door appellante gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

Bij uitspraak van 11 mei 2004, verzonden op 13 mei 2004, heeft de rechtbank Breda (hierna: de rechtbank) het daartegen door appellante ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

Tegen deze uitspraak heeft appellante bij brief van 22 juni 2004, bij de Raad van State ingekomen op 23 juni 2004, hoger beroep ingesteld. De gronden zijn aangevuld bij brief van 20 juli 2004. Deze brieven zijn aangehecht.

Bij brief van 9 augustus 2004 heeft het college van antwoord gediend.

Na afloop van het vooronderzoek zijn nadere stukken ontvangen van partijen. Deze zijn aan de andere partij toegezonden.

De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 3 januari 2005, waar appellante, vertegenwoordigd door mr. Y.H. van Ballegooijen, advocaat te Breda, en door ir. E.F.C.L. Boon, en het college, vertegenwoordigd door mr.drs. R.M.J.F. Meeuwis en ing. G.W.W. Janssen, beiden ambtenaar van de gemeente, zijn verschenen.

Na de zitting heeft het college op 4 januari 2005 op verzoek van de Afdeling een nader stuk toegezonden. Appellante heeft hierop bij brief van 20 januari 2005 gereageerd.

Partijen hebben toestemming gegeven voor het achterwege laten van een hernieuwd onderzoek ter zitting.

2. Overwegingen

2.1. In het besluit van 21 maart 2003 is aangegeven dat de stillegging van de bouwwerkzaamheden is gegrond op artikel 100 van de Woningwet en artikel 11.1 van de Bouwverordening van de gemeente Breda.

2.2. Ingevolge artikel 100, eerste lid, aanhef en onder b, van de Woningwet voorziet het gemeentebestuur in het bouw- en woningtoezicht, dat in elk geval tot taak heeft het binnen de gemeente uitoefenen van toezicht op de naleving van de bij of krachtens deze wet gegeven voorschriften.

Ingevolge artikel 100, tweede lid, van de Woningwet zijn met de in het eerste lid...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT