Hoger beroep van Court of Appeal of Leeuwarden (Netherlands), 15 de Junio de 2005

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak15 de Junio de 2005
Uitgevende instantie:Court of Appeal of Leeuwarden (Netherlands)

Arrest d.d. 15 juni 2005

Rolnummer 0400187

HET GERECHTSHOF TE LEEUWARDEN

Arrest van de eerste kamer voor burgerlijke zaken in de zaak van:

[appellant],

wonende te [woonplaats],

appellant in het principaal appel en geÔntimeerde in het incidenteel appel,

in eerste aanleg: eiser in conventie en verweerder in reconventie,

hierna te noemen: [appellant],

procureur: mr M.R. Bartels,

tegen

[geÔntimeerde] B.V.,

gevestigd te [plaats van vestiging],

geÔntimeerde in het principaal appel en appellante in het incidenteel appel,

in eerste aanleg: gedaagde in conventie en eiseres in reconventie,

hierna te noemen: [geÔntimeerde],

procureur: mr B.G. Kooi.

Het geding in eerste instantie

In eerste aanleg is geprocedeerd en beslist zoals weergegeven in het vonnis uitgesproken op 16 januari 2004 door de rechtbank Leeuwarden, sector kanton, locatie Leeuwarden, hierna aan te duiden als de kantonrechter.

Het geding in hoger beroep

Bij exploot van 14 april 2004 is door [appellant] hoger beroep ingesteld van genoemd vonnis met dagvaarding van [geÔntimeerde] tegen de zitting van 28 april 2004.

De conclusie van de memorie van grieven luidt:

het vonnis van 16 januari 2004 door de rechtbank te Leeuwarden sector kanton locatie Leeuwarden tussen partijen onder rolnummer 03-2667 gewezen vernietigt, en, opnieuw recht doende de vorderingen van appellant alsnog volledig toewijst en die van geÔntimeerde afwijst, met veroordeling van geÔntimeerde in de kosten van beide instanties.

Bij memorie van antwoord, waarbij tevens een productie is overgelegd, is door [geÔntimeerde] verweer gevoerd en incidenteel geappelleerd met als conclusie:

voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, dat appellant niet-ontvankelijk wordt verklaard in zijn beroep, althans dat het door appellant ingestelde beroep ongegrond wordt verklaard, voorts in het incidenteel appel het vonnis door de Rechtbank te Leeuwarden, sector Kanton van 16 januari 2004, rolnummer 129586/CV EXPL 03-2667 te vernietigen en opnieuw rechtdoende de vorderingen van geÔntimeerde toe te wijzen en die van appellant af te wijzen, ÈÈn en ander met veroordeling van appellant in de kosten van beide instanties.

[appellant] heeft een akte genomen welke heeft te gelden als een akte in het principaal appel, tevens memorie van antwoord in het incidenteel appel. De conclusie van deze akte luidt:

Verzocht wordt om de vorderingen van appellant alsnog volledig toe te wijzen en die van geÔntimeerde af te wijzen, dit met veroordeling van geÔntimeerde in de kosten van beide instanties.

Vervolgens heeft [geÔntimeerde] een door haar als antwoord-akte aangeduide akte genomen.

Tenslotte hebben partijen de stukken overgelegd en heeft het hof een dag bepaald voor het wijzen van arrest.

De grieven

[appellant] heeft in het principaal appel vier grieven opgeworpen. De grieven luiden als volgt:

'Grief 1:

Ten onrechte is in het bestreden vonnis aan het concurrentiebeding een ruime uitleg gegeven, zonder deze uitleg te motiveren.'

'Grief 2:

Ten onrechte is het concurrentiebeding geldig geacht ondanks dat het onredelijk bezwarend is bij ter beschikking gestelde arbeidskrachten.'

'Grief 3:

Ten onrechte heeft bij de beoordeling van de geldigheid van het concurrentiebeding geen belangenafweging plaatsgevonden.'

'Grief 4:

Ten onrechte is in het bestreden vonnis de wettelijke verhoging, de wettelijke rente en de incassokosten niet toegekend. Dit terwijl de hoofdsom wel is toegekend.'

[geÔntimeerde] heeft in het incidenteel appel vijf grieven opgeworpen. De grieven luiden als volgt:

'Grief I

Ten onrechte heeft de rechtbank de veroordeling van [appellant] niet uitvoerbaar bij voorraad verklaard.'

'Grief II

Ten onrechte heeft de rechtbank overwogen dat niet gesteld of gebleken is waaruit de overige schade van [geÔntimeerde] bestaat.'

'Grief III

Ten onrechte heeft de rechtbank overwogen dat [appellant] onweersproken heeft gesteld dat de nieuwe werkgever het leasecontract van [geÔntimeerde] wilde overnemen en dat de leasemaatschappij daartoe haar toestemming al had gegeven, maar dat [geÔntimeerde]...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT