Cassatie van Supreme Court (Netherlands), 23 de Diciembre de 2005

Datum uitspraak23 de Diciembre de 2005
Uitgevende instantie:Supreme Court (Netherlands)

23 december 2005

Eerste Kamer

Nrs. C04/173HR en C04/215HR

JMH

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

in de zaak C04/173HR van:

FORTIS BANK (NEDERLAND) N.V.,

gevestigd te Rotterdam,

EISERES tot cassatie,

advocaat: mr. R.S. Meijer,

t e g e n

de stichting STICHTING VOLENDAM,

gevestigd te Volendam,

VERWEERSTER in cassatie,

advocaat: mr. E. Grabandt.

e n

in de zaak C04/215HR van:

de stichting STICHTING VOLENDAM,

gevestigd te Volendam,

EISERES tot cassatie,

advocaat: mr. E. Grabandt.

t e g e n

1. FORTIS BANK (NEDERLAND) N.V.,

gevestigd te Rotterdam,

VERWEERSTER in cassatie,

advocaat: mr. R.S. Meijer,

2. [Verweerder 2],

voorheen wonende te [woonplaats], thans zonder bekende woon- of verblijfplaats,

3. [Verweerder 3],

wonende te [woonplaats],

VERWEERDERS in cassatie,

niet verschenen.

1. Het geding in feitelijke instanties

Stichting Volendam - verder te noemen: de Stichting - heeft bij exploot van 3 februari 1999 onder rolnummer 53688 (hierna: de hoofdzaak) Generale Bank N.V., de rechtsvoorgangster van Fortis Bank (Nederland) N.V. - verder te noemen: de Bank - en [verweerder 3] - en bij exploot van 5 februari 1999 [verweerder 2] - gedagvaard voor de rechtbank te Haarlem en gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, voor recht te verklaren dat de Bank, [verweerder 3] en [verweerder 2] toerekenbaar tekort zijn geschoten, alsmede onrechtmatig jegens de Stichting hebben gehandeld op de gronden zoals in het lichaam van de dagvaarding gesteld, alsmede hen hoofdelijk, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot vergoeding van schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, kosten rechtens.

De Bank heeft bij incidentele conclusie gevorderd [verweerder 3] en [verweerder 2] in vrijwaring te mogen oproepen; [verweerder 3] heeft op zijn beurt bij incidentele conclusie gevorderd de Bank en [verweerder 2] in vrijwaring te mogen oproepen.

De rechtbank heeft onder rolnummer 59445 (hierna: de vrijwaringszaak) de beide incidentele vorderingen bij vonnis van 27 juli 1999 toegewezen.

[Verweerder 3] en [verweerder 2] zijn bij exploot van 24 september 1999 in vrijwaring opgeroepen. Daarbij heeft de Bank gevorderd gelijktijdig met het in de hoofdzaak uit te spreken vonnis [verweerder 3] en [verweerder 2] te veroordelen om aan de Bank te betalen al hetgeen waartoe zij als gedaagde in de hoofdzaak ten behoeve van de Stichting mocht worden veroordeeld, subsidiair te verklaren voor recht dat [verweerder 3] en [verweerder 2] hoofdelijk zijn gehouden tot vergoeding van de door de Bank geleden schade, met hun hoofdelijke veroordeling tot vergoeding van die schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet, alles zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad en met kosten.

[Verweerder 3] en [verweerder 2] hebben in de vrijwaringzaak de vordering bestreden.

De Bank heeft in de hoofdzaak voor antwoord primair geconcludeerd tot niet-ontvankelijkheid, subsidiair de vordering bestreden; [verweerder 3] en [verweerder 2] hebben in de hoofdzaak ieder afzonderlijk de vordering bestreden.

Na pleidooi heeft de Stichting in de hoofdzaak de grondslag van haar eis gewijzigd en gevorderd bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, te verklaren voor recht dat de Bank, [verweerder 3] en [verweerder 2] toerekenbaar tekort zijn geschoten, alsmede onrechtmatig jegens de Stichting hebben gehandeld op de gronden als in het lichaam van de dagvaarding gesteld, alsmede op gronden van het door de Stichting gestelde in de conclusie van repliek en het pleidooi van 15 november 2001, alsmede hen hoofdelijk, des dat de een betalende de ander zal zijn bevrijd, te veroordelen tot vergoeding van schade, nader op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet.

De Bank, [verweerder 3] en [verweerder 2] hebben zich tegen deze eiswijziging verzet.

De rechtbank heeft bij vonnissen van 5 februari 2002, hersteld bij vonnis van 19 maart 2002 wat betreft de proceskostenveroordeling, in de hoofdzaak het verzet tegen de wijziging van eis ongegrond verklaard en zowel in de hoofdzaak als in de vrijwaringszaak de vorderingen afgewezen.

Tegen het vonnis van 5 februari heeft de Stichting in de hoofdzaak (rolnummer 654/02) en de Bank in de vrijwaringszaak (rolnummer 662/02) ieder afzonderlijk hoger beroep ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De Bank heeft in de hoofdzaak voorwaardelijk incidenteel hoger beroep ingesteld. [Verweerder 2] is in hoger beroep zowel in de hoofdzaak als in de vrijwaringszaak niet verschenen.

De Stichting heeft in de hoofdzaak haar eis voorwaardelijk gewijzigd. De Bank heeft zich tegen deze voorwaardelijke eiswijziging verzet.

Het hof heeft bij rolbeschikking van 20 februari 2003 het verzet daartegen ongegrond verklaard.

Bij arrest van 19 februari 2004 heeft het hof:

in de hoofdzaak:

in het principaal hoger beroep:

- het vonnis waarvan beroep vernietigd, voor zover daarbij de door de Stichting gevorderde verklaring voor recht is afgewezen en zij in de gedingkosten van [verweerder 3], [verweerder 2] en de Bank is veroordeeld, en in zoverre opnieuw rechtdoende:

- voor recht verklaard dat [verweerder 2] onrechtmatig jegens de beleggers heeft gehandeld door zijn gedragingen als in rov. 4.17 van dit arrest gemeld;

- voor recht verklaard dat [verweerder 3] onrechtmatig jegens de beleggers heeft gehandeld door zijn gedragingen als in rov. 4.25 van dit arrest gemeld;

- voor recht verklaard dat de Bank onrechtmatig jegens de beleggers heeft gehandeld door haar gedragingen als in rov. 4.29 en 4.30 gemeld;

- de proceskosten tussen partijen gecompenseerd en

- het beroepen vonnis voor het overige bekrachtigd;

in het incidenteel hoger beroep:

- het vonnis waarvan beroep bekrachtigd en

- de Bank veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep aan de zijde van de Stichting;

in de vrijwaringszaak:

- het vonnis waarvan beroep bekrachtigd en

- de Bank veroordeeld in de kosten van het geding in hoger beroep aan de zijde van [verweerder 3].

Het arrest van het hof is aan dit arrest gehecht.

2. Het geding in cassatie

Tegen het arrest van het hof heeft zowel de Bank (onder rolnummer C04/173) als de Stichting (onder rolnummer C04/215) beroep in cassatie ingesteld. De cassatiedagvaardingen zijn aan dit arrest gehecht en maken daarvan deel uit.

Zowel de Stichting als de Bank hebben respectievelijk in de zaken met rolnummers C04/173 en C04/215 telkens geconcludeerd tot verwerping van het beroep.

Tegen de niet verschenen [verweerder 3] en [verweerder 2] is verstek verleend.

De zaak is voor de Bank en de Stichting toegelicht door hun advocaten en voor de Bank mede door mr. J.H.M. van Swaaij, advocaat bij de Hoge Raad.

De conclusie van de Advocaat-Generaal D.W.F. Verkade strekt in de zaak met rolnummer C04/173 tot vernietiging van het arrest van het hof, doch uitsluitend voor zover het hof in het incidenteel appel de Bank in de kosten van het hoger beroep heeft veroordeeld, en in de zaak met rolnummer C04/215 tot vernietiging en verwijzing.

De advocaat van de Bank heeft bij brief van 30 september 2005 op die conclusie gereageerd.

3. Uitgangspunten in cassatie

3.1 In cassatie kan van het volgende worden uitgegaan.

(i) Op 24 juni 1999 is een juridische fusie van kracht geworden waarbij de Generale Bank Nederland N.V. de verdwijnende vennootschap was en VSB Bank N.V. de verkrijgende vennootschap. In het kader van die fusie is de naam gewijzigd in Fortis Bank (Nederland) N.V.

(ii) [verweerder 2] was tot ongeveer 1993 als beleggingsadviseur werkzaam bij beleggingsbank Stroeve en nadien tot begin 1996 bij het effectenkantoor International Assets Advisory Corporation.

(iii)Op 19 februari 1996 heeft [verweerder 2] een B.V. in oprichting met de naam Safe Haven B.V. i.o. (hierna Safe Haven) doen inschrijven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel met als bedrijfsomschrijving: 'geven van adviezen voor beleggingen'.

(iv) De Bank heeft in maart 1996 op verzoek van [verweerder 2] een betaalrekening (met het rekeningnummer: [001]; verder te noemen 'de rekening') op naam van Safe Haven geopend bij het toenmalige kantoor van de Bank te Volendam. De Bank heeft daarbij de standaardprocedure voor het openen van een bankrekening gevolgd: controle van het register van de Kamer van Koophandel, registratie van het legitimatiebewijs van [verweerder 2] in het Verificatie Informatie Systeem en een toets door het Bureau Krediet Registratie. Ten behoeve van de verificatie van zijn handtekening is een kopie van het rijbewijs van [verweerder 2] gemaakt.

(v) [Verweerder 2] heeft in zijn hoedanigheid van directeur van Safe Haven met een aantal beleggers een adviseringsovereenkomst afgesloten. In totaal hebben 42 personen - onder wie [verweerder 3] - geld overgemaakt op de rekening. Deze personen - met uitzondering van [verweerder 3] - worden verder aangeduid als 'de beleggers'. De ontvangen gelden werden vervolgens doorgestort naar banken en financiÎle instellingen zoals Theodoor Gillisen, Sucden, Rabobank Bloemendaal, International Assets en Stroeve. Een gedeelte van de door de beleggers op de rekening gestorte gelden is via Sucden belegd in futures en is vervolgens verloren geraakt. Uiteindelijk is een door de beleggers gestort bedrag van ƒ 16.172.845,-- voor hen verloren gegaan.

(vi) In augustus 1998 heeft de Bank de rekening gesloten.

(vii) De beleggers hebben de Stichting opgericht. De statutaire doelstelling (art. 2 van de statuten) luidt:

"De stichting heeft ten doel: het zonder winstoogmerk behartigen van de (gelijksoortige) belangen, zowel in als buiten rechte, van hen, die aan [verweerder 2] handelend onder naam Safe Haven B.V. in oprichting en/of aan deze persoon en/of deze besloten vennootschap in oprichting gelieerde (rechts)personen gelden ter belegging hebben gegeven door storting c.q. overmaking op rekening [001] bij de Generale Bank N.V., kantoor Volendam, welke rekening ten name was gesteld van Safe Haven B.V. in oprichting, [a-straat 1] [plaats], en hierdoor schade hebben geleden, dan wel daardoor anderszins in hun...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT