Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Almelo, 23 de Agosto de 2006

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak23 de Agosto de 2006
Uitgevende instantie:Rechtbank Almelo

vonnis

RECHTBANK ALMELO

Sector civiel recht

zaaknummer / rolnummer: 75019 / HA ZA 05-1169

Vonnis van 23 augustus 2006

in de zaak van

de naamloze vennootschap

BANK N.V.,

gevestigd te N,

eiseres,

procureur mr. A.D. Stellingwerf,

tegen

  1. J. Y,

    wonende te H,

  2. K . Y,

    wonende te H,

    gedaagden,

    procureur mr. P. Benders.

    Partijen zullen hierna Bank N.V. en Y c.s. genoemd worden.

    De procedure

    Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het tussenvonnis van 29 maart 2006

    - het proces-verbaal van comparitie van 27 april 2006

    - de akte overlegging stukken van Y c.s.

    - de akte uitlating eiseres van Bank N.V.

    - de akte uitlating gedaagden van Y c.s..

    Ten slotte is vonnis bepaald.

    Het geschil en de beoordeling

    In de hoofdzaak

  3. De rechtbank neemt hier over hetgeen dienaangaande in voormeld tussenvonnis is overwogen.

  4. Bij de verdere beoordeling zullen de navolgende uitgangspunten worden gehanteerd.

    In casu is in beginsel oud erfrecht zoals dat gold voor de invoering van het nieuwe Boek 4 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) van toepassing. Evenwel heeft een groot aantal bepalingen van Titel 6, afdelingen 2 en 3 op grond van de overgangswetgeving onmiddellijke werking gekregen, dan wel dienen zij zo veel mogelijk worden toegepast op ten tijde van de inwerkingtreding van het nieuwe Boek 4 nog niet afgewikkelde nalatenschappen. Voor zover in het oude recht sprake was van een afwijkende regeling zal de rechtbank dat hieronder aangeven.

    Ten aanzien van de beneficiaire erfgenaam geldt voorts de regel, dat de rechtspositie van de erflater op hem overgaat. Beneficiaire aanvaarding van een nalatenschap heeft uitsluitend tot gevolg, zulks in tegenstelling tot zuivere aanvaarding, dat het vermogen van de erflater niet met het vermogen van de erfgenaam wordt vermengd. De wetsvoorschriften betreffende de erfgenamen zijn mitsdien ook op een beneficiaire erfgenaam van toepassing, tenzij deze in strijd zijn met de bijzondere regels die betrekking hebben op de beneficiaire aanvaarding. Ten slotte dient in aanmerking te worden genomen dat de prestatie waarop Bank N.V. aanspraak maakt een deelbare prestatie is.

  5. Het meest ver strekkende verweer van Y c.s. is dat Bank N.V. de vordering jegens alle erfgenamen, dan wel de erfgenamen en de wettelijke vertegenwoordiger van de minderjarige erfgenaam had dienen in te stellen.

    Bank N.V. heeft aanvankelijk haar vordering gebaseerd op de artikelen 1146 en 1147 BW (oud), althans artikel 4:182 lid 2 BW. Thans stelt Bank N.V., zo blijkt uit de akte uitlating eiseres, dat, nu er geen scheiding meer kan worden aangebracht tussen de goederen van de nalatenschap en het overige vermogen van de erfgenamen, zij gerechtigd is de erfgenamen rechtstreeks aan te spreken, voor zover nodig ook in hun priv-vermogen. Bank N.V. baseert haar vordering thans op de artikelen 1086 BW (oud) en 4:184 lid 2 BW.

    Gelet op het feit dat voormelde...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT