Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, 5 de Septiembre de 2006

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 5 de Septiembre de 2006
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Gravenhage

Rechtbank 's-Gravenhage

sector bestuursrecht

derde afdeling, enkelvoudige kamer

Reg. nr. AWB 05/7541 MAW

UITSPRAAK

als bedoeld in artikel 8:77

van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

UITSPRAAK IN HET GEDING TUSSEN

[eiser], wonende te [woonplaats], eiser,

en

de Commandant Luchtstrijdkrachten, verweerder.

  1. PROCESVERLOOP

    1. Eiser, thans majoor bij de Koninklijke Luchtmacht, heeft gesolliciteerd naar de functie van Senior Auditmedewerker (hierna: de geambieerde functie).

    2. Bij besluit van 11 juli 2005 is eiser meegedeeld dat deze functie, overeenkomstig het advies van de selectiecommissie, niet aan hem wordt toegewezen.

    3. Tegen dit besluit heeft eiser bij brief van 27 juli 2005 bezwaar ingediend.

    4. Tegen het uitblijven van een besluit op zijn bezwaar heeft eiser bij brief van 21 oktober 2005 beroep ingesteld.

    5. Bij besluit van 6 januari 2006 is het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.

    6. De rechtbank heeft het beroep met toepassing van artikel 6:20, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb), geacht mede te zijn gericht tegen het besluit van 6 januari 2006 2006.

    7. De gronden van het beroep zijn door eiser nader aangevuld.

      Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

    8. De openbare behandeling van het beroep heeft plaatsgevonden op

      24 augustus 2006. Eiser is aldaar in persoon verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde H. Zijlstra. Verweerder heeft zich doen vertegenwoordigen door zijn gemachtigde mr. A.M. Rentema-Westerhof.

  2. OVERWEGINGEN

    1.1 Allereerst stelt de rechtbank vast dat verweerder de ingevolge artikel 7:10 van de Awb gestelde termijn voor het beslissen op het bezwaarschrift ruimschoots heeft overschreden, zodat sprake is van het niet tijdig nemen van een besluit als bedoeld in artikel 6:2 van de Awb. Omdat verweerder enige tijd na het ingestelde beroep wel een beslissing op het bezwaar van eiser heeft genomen, te weten bij besluit van 6 januari 2006, heeft eiser geen belang meer bij het beroep tegen het niet tijdig nemen van een beslissing op bezwaar.

    Het beroep van eiser zal dan ook, voor zover het is gericht tegen het uitblijven van een beslissing op bezwaar, niet-ontvankelijk worden verklaard.

    1.2. De rechtbank ziet wel aanleiding verweerder te veroordelen in de door eiser gemaakte proceskosten. Met toepassing van het Besluit proceskosten bestuursrecht wordt 1 punt toegekend voor de door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand bij het indienen van een beroepschrift, waarbij, aangezien het beroep zich richtte tegen het niet tijdig beslissen, als wegingsfactor 0,25 (zeer licht) wordt gehanteerd.

    1. ...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT