Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, 28 de Diciembre de 2006

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak28 de Diciembre de 2006
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Gravenhage

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

SECTOR STRAFRECHT

MEERVOUDIGE KAMER

(VERKORT VONNIS)

parketnummer 09/535533-06

's-Gravenhage, 28 december 2006

De rechtbank 's-Gravenhage, rechtdoende in strafzaken, heeft het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officier van justitie tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] 1985 te [geboorteplaats],

adres: [adres],

thans gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting Zuid West,

Huis van Bewaring De Torentijd,

te Middelburg.

De terechtzitting.

Het onderzoek is gehouden ter terechtzitting van 14 december 2006.

De verdachte, bijgestaan door zijn raadsman mr E.J.W. Schuijlenburg, advocaat te Leiden, is ter terechtzitting verschenen en gehoord.

Er hebben zich vijf benadeelde partijen gevoegd.

De officier van justitie mr Kramer heeft gevorderd dat verdachte terzake van het hem bij dagvaarding onder 4 primair en 9 telastgelegde wordt vrijgesproken, dat hij van het hem onder 4 subsidiair telastgelegde wordt schuldig verklaard zonder oplegging van straf of maatregel, en dat hij terzake van het hem bij dagvaarding onder 1, 2, 3, 5 primair, 6 primair, 7 primair en 8 primair telastgelegde wordt veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 30 maanden, met aftrek van de tijd in voorarrest doorgebracht, waarvan 10 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van 2 jaren (of langer), en als bijzondere voorwaarde verplicht Reclasseringscontact, ook als dit zou inhouden deelnemen aan een behandeling bij De Waag.

De officier van justitie heeft geconcludeerd tot toewijzing van de vorderingen van de benadeelde partijen in de volgende zin:

- [benadeelde partij 1] ten bedrage van € 8.093,39;

- [benadeelde partij 2]. ten bedrage van € 10.468,73;

- [benadeelde partij 3] ten bedrage van € 850,-.

De officier van justitie heeft geconcludeerd tot niet-ontvankelijk verklaring van de benadeelde partijen:

- [benadeelde partij 4], en

- [benadeelde partij 5]

Voorts heeft de officier van justitie gevorderd dat de rechtbank aan verdachte de verplichting zal opleggen tot betaling aan de staat van bedragen groot

- € 8.093,39, subsidiair 161 dagen hechtenis ten behoeve van [benadeelde partij 1];

- € 10.468,73, subsidiair 187 dagen hechtenis ten behoeve van [benadeelde partij 2].;

- € 850,00, subsidiair 17 dagen hechtenis ten behoeve van [benadeelde partij 3].

De officier van justitie heeft tenslotte gevorderd dat de blijkens de lijst van inbeslaggenomen, niet teruggegeven voorwerpen - hierna te noemen beslaglijst, waarvan een fotokopie, gemerkt C, aan dit vonnis is gehecht - onder verdachte inbeslaggenomen voorwerpen zullen worden teruggegeven aan de beslagene.

De telastlegging.

Aan de verdachte is telastgelegd - na wijziging van de telastlegging ter terechtzitting - hetgeen is vermeld in de ingevoegde fotokopie van de dagvaarding, gemerkt A, en van de vordering wijziging telastlegging, gemerkt A1.

Vrijspraak.

De rechtbank acht op grond van het onderzoek ter terechtzitting niet wettig en overtuigend bewezen hetgeen de verdachte bij dagvaarding onder 4 primair, 7 primair en 9 is telastgelegd, zodat hij daarvan dient te worden vrijgesproken.

De bewijsmiddelen.

De rechtbank grondt haar overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.

De bewezenverklaring.

Door de voormelde inhoud van vorenstaande bewijsmiddelen - elk daarvan, ook in zijn onderdelen, gebruikt voor het bewijs van datgene waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft - staan de daarin genoemde feiten en omstandigheden vast. Op grond daarvan is de rechtbank tot de overtuiging gekomen en acht zij wettig bewezen, dat de verdachte de op de dagvaarding onder 1, 2, 3, 4 subsidiair, 5 primair, 6 primair, 7 subsidiair en 8 primair telastgelegde feiten heeft begaan, met dien verstande, dat de rechtbank bewezen acht - en als hier ingelast beschouwt, zulks met verbetering van eventueel in de telastlegging voorkomende type- en taalfouten, zoals weergegeven in de bewezenverklaring, door welke verbetering de verdachte niet in de verdediging is geschaad - de inhoud van de telastlegging, zoals deze is vermeld in de fotokopie daarvan, gemerkt B.

Strafbaarheid van het bewezenverklaarde en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT