Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Utrecht, 8 de Agosto de 2007

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 8 de Agosto de 2007
Uitgevende instantie:Rechtbank Utrecht

vonnis

RECHTBANK UTRECHT

Sector handels- en familierecht

zaaknummer / rolnummer: 217637 / HA ZA 06-2007

Vonnis van 8 augustus 2007

in de zaak van

[eiseres],

wonende te [woonplaats],

eiseres,

procureur mr. I.M. Jebbink,

tegen

de stichting

STICHTING VRIENDEN VAN HET BARTHOLOMEUS GASTHUIS,

gevestigd te Utrecht,

gedaagden,

procureur mr. W.J.M. van Tongeren.

Partijen zullen hierna [eiseres] en De Stichting genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het tussenvonnis van 18 oktober 2006

    - het proces-verbaal van comparitie van 31 januari 2007

    - de conclusie van repliek

    - de conclusie van dupliek.

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. De feiten

    2.1. [Eiseres] is een nicht van [betrokkene], geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] (verder te noemen: [betrokkene]).

    2.2. Bij testament van 6 maart 1985 heeft [betrokkene] [eiseres] tot zijn enige en universele erfgename benoemd.

    2.3. [Betrokkene] was verslaafd aan alcohol, leed aan het syndroom van Korsakov en was niet in staat om zelfstandig te wonen.

    2.4. Van 2 februari 2001 tot 13 juli 2004 is [betrokkene] bewoner geweest in het Bartholomeus Gasthuis. Vanaf 13 juli 2004 is [betrokkene] opgenomen geweest in het Christelijk Sanatorium.

    2.5. Bij testament van 10 juli 2002 heeft [betrokkene] zijn eerdere testament herroepen en De Stichting benoemd tot zijn enige erfgenaam. Verder heeft hij -kort gezegd- voor het geval de erfstelling van De Stichting nietig of vernietigbaar blijkt te zijn, de Stichting Agnes van Leeuwenberg tot zijn enige erfgenaam benoemd. De Stichting Agnes van Leeuwenberg heeft laten weten dat zij geen aanspraak zal maken op de erfenis.

    2.6. Op 17 september 2004 is [betrokkene] overleden.

  3. Het geschil

    3.1. [Eiseres] vordert - na vermindering van eis - naar de rechtbank begrijpt, vernietiging van het testament van 10 juli 2002 van [betrokkene], met veroordeling van De Stichting in de proceskosten.

    3.2. [Eiseres] legt aan haar vordering ten grondslag dat er sprake is van een verboden beschikking in de zin van artikel 59 van boek 4 van het Burgerlijk Wetboek (verder aan te duiden als 4:59 BW) en dat De Stichting te vereenzelvigen is met het Bartholomeus Gasthuis.

    3.3. De Stichting voert verweer. Zij beroept zich op verjaring en betwist de gestelde vereenzelviging.

    3.4. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

  4. De beoordeling

    Met betrekking tot het beroep op verjaring.

    4.1. Volgens artikel 4:54 BW verjaart...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT