Cassatie van Supreme Court (Netherlands), 28 de Agosto de 2012

Datum uitspraak28 de Agosto de 2012
Uitgevende instantie:Supreme Court (Netherlands)

28 augustus 2012

Strafkamer

S 11/05293 J

JABG/IV

Hoge Raad der Nederlanden

Arrest

op het beroep in cassatie tegen een arrest van het Gerechtshof te Arnhem, zitting houdende te Leeuwarden, van 20 september 2011, nummer 24/003108-10, in de strafzaak tegen:

[Verdachte], geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum] 1992, ten tijde van de betekening van de aanzegging uit anderen hoofde gedetineerd in de Penitentiaire Inrichting "Flevoland, locatie Almere-Binnen" te Almere.

  1. Geding in cassatie

    Het beroep is ingesteld door de verdachte. Namens deze heeft mr. V.C. van der Velde, advocaat te Almere, bij schriftuur een middel van cassatie voorgesteld. De schriftuur is aan dit arrest gehecht en maakt daarvan deel uit.

    De Advocaat-Generaal Aben heeft geconcludeerd tot vernietiging van de bestreden uitspraak en tot terugwijzing van de zaak naar het Gerechtshof te Arnhem, zitting houdende te Leeuwarden, teneinde op het bestaande hoger beroep opnieuw te worden berecht en afgedaan.

  2. Beoordeling van het middel

    2.1. Het middel klaagt dat het Hof in strijd met art. 359, tweede lid tweede volzin, Sv heeft verzuimd in het bijzonder de redenen op te geven waarom het is afgeweken van een door de verdediging naar voren gebracht uitdrukkelijk onderbouwd standpunt.

    2.2.1. Ten laste van de verdachte is bewezenverklaard dat:

    hij op 06 december 2009 te Almere, in de gemeente Almere, aan een persoon genaamd [het slachtoffer], opzettelijk zwaar lichamelijk letsel (een gebroken oogkas) heeft toegebracht, door deze opzettelijk met kracht in het gezicht te stompen of te slaan.

    2.2.2. Deze bewezenverklaring steunt op de volgende bewijsmiddelen:

    "1. een proces-verbaal van aangifte met nummer PL2540 2009088833-1, d.d. 7 december 2009 in de wettelijke vorm opgemaakt door de opsporingsambtenaar [verbalisant 1], - zakelijk weergegeven - inhoudende:

    als verklaring van aangeefster [het slachtoffer]:

    Op 6 december 2009 werd in Almere geweld tegen mij gepleegd. Ik wens aangifte te doen tegen een persoon met de voornaam [verdachte], een blanke jongen van ongeveer 17 jaar oud. In de nacht van zaterdag op zondag (het hof begrijpt: van 5 op 6 december 2009) was ik uit in Almere. Ik kwam [betrokkene 1], [betrokkene 2] en [verdachte] tegen.

    Ik heb een vuistslag gekregen en kwam kennelijk knock-out op de grond te vallen. Ik voel nu pijn op mijn gelaatsstreek. Ik ben voor het door mij opgelopen letsel in het Flevoziekenhuis behandeld. Een MRI-scan heeft uitgewezen dat mijn linker oogkas een breuk heeft opgelopen ten gevolge van het op mijn gelaat toegepaste geweld.

  3. een schriftelijk stuk, te weten een 'aanvraag medische informatie', voorzien van proces-verbaalnummer 2009088833-1, gedateerd op 10 december 2009, waarop (onder het kopje "Geneeskundige verklaring") is ingevuld:

    Medische informatie betreffende: [het slachtoffer]

    Omschrijving van het letsel: niet zichtbaar letsel: breuk van het bot, oogkas linker oog

  4. een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer PL2542 2009088833-31, d.d. 9 december 2009 in de wettelijke vorm opgemaakt door de opsporingsambtenaar [verbalisant 3], - zakelijk weergegeven - inhoudende:

    als verklaring van [betrokkene 3]:

    Op 6 december 2009 om ongeveer 03:15 uur hoorde ik buiten bij mij in de straat, de [a-straat] te Almere, geschreeuw. Ik hoorde een meisje schreeuwen. Ik zag dat het meisje en een jongen aan elkaar begonnen te duwen en trekken. Ik zag dat de jongen een slaande beweging maakte met zijn vuist in de richting van het hoofd van het meisje. Nog geen tel later zag ik dat het meisje op de grond lag en ik zag dat de jongen over haar heen zat. Ik zag toen dat de jongen weer een slaande beweging maakte met zijn rechtervuist in de richting van het gezicht van het meisje.

  5. een proces-verbaal van verhoor getuige met nummer PL2540 2009088833-34, d.d. 15 december 2009 in de wettelijke vorm opgemaakt door de opsporingsambtenaar [verbalisant 1], - zakelijk weergegeven - inhoudende:

    als verklaring van [betrokkene 1]:

    Ik heb begrepen dat u mij nader wilt verhoren in verband met het incident waarbij [het slachtoffer] als slachtoffer is betrokken geweest.

    Ik zag tijdens de schermutselingen tussen [het slachtoffer] en mij dat [verdachte] oog in oog tegenover [het slachtoffer] kwam te staan en dat zij vervolgens met elkaar gingen worstelen. Ik zag toen dat [het slachtoffer] op de grond lag en dat [verdachte] over haar heen stond. Ik zag dat [verdachte] zijn tot vuist gebalde rechterhand naar de gelaatstreek van [het slachtoffer] uithaalde. Ik zag dat [verdachte] dit kennelijk opzettelijk en met kracht deed.

  6. een proces-verbaal van verhoor verdachte met nummer PL2541 2009088833-20, d.d. 6 december 2009 in de wettelijke vorm opgemaakt door de opsporingsambtenaar [verbalisant 2], - zakelijk weergegeven - inhoudende:

    als...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT