Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Utrecht, 12 de Septiembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak12 de Septiembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Utrecht

vonnis

RECHTBANK UTRECHT

Sector handel en kanton

Handelskamer

zaaknummer / rolnummer: 320704 / HA ZA 12-351

Vonnis van 12 september 2012

in de zaak van

[eiser],

wonende te [woonplaats],

eiseres,

advocaat: mr. J.M.M. Pater,

tegen

de naamloze vennootschap

REAAL VERZEKERINGEN N.V.,

gevestigd te [vestigingsplaats],

gedaagde,

advocaat: mr. A. Gerritsen-Bosselaar.

Partijen zullen hierna [eiser] en Reaal Verzekeringen genoemd worden.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het tussenvonnis van 25 april 2012;

    - de akte overlegging producties van [eiser] ten behoeve van de comparitie;

    - het proces-verbaal van comparitie van 12 juli 2012.

    1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.

  2. Feiten

    2.1. Op 22 januari 1974 is via tussenpersoon Univé Flevoland tussen [eiser] en (de rechtsvoorganger(s)) van Reaal Verzekeringen een arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV) tot stand gekomen. Het verzekerd beroep was landbouwer/veehouder.

    Uit artikel 18 lid 1 van de polisvoorwaarden volgt dat bij een mate van arbeidsongeschiktheid van minder dan 25% geen arbeidsongeschiktheidsuitkering wordt toegekend.

    2.2. Op 26 juni 2001 heeft [eiser] zich per 13 december 2000 arbeidsongeschikt gemeld in verband met depressiviteit. Naar aanleiding van de melding en nader onderzoek is aan [eiser] als volgt arbeidsongeschiktheidsuitkering toegekend:

    - 22 december 2001-5 augustus 2002: 100%

    - 5 augustus 2002-17 september 2002: 60%

    - 17 september 2002-1 oktober 2002: 50%

    - 1 oktober 2002-1 november 2002: 40%

    - 1 november 2002-1 december 2002: 30%.

    Vanaf 1 december 2002 werd [eiser] minder dan 25% arbeidsongeschikt geacht en is zijn uitkering beëindigd. De brief van 15 oktober 2002 van Reaal Verzekeringen vermeldt hierover:

    “Met ingang van 1 december 2002 acht de medisch adviseur u tenslotte voor minder dan 25% arbeidsongeschikt.

    (…)

    Vooralsnog zullen wij uw uitkering per 1 december 2002 beëindigen en overgaan tot sluiting van uw dossier.

    Indien u het niet eens bent met bovengenoemde beslissing dient u de maatschappij hiervan binnen 30 dagen na dagtekening van dit schrijven in kennis te stellen.”

    2.3. Op 14 juli 2004 is [eiser] in staat van faillissement geraakt. Bij brief van 25 augustus 2006 aan Univé Flevoland zegt de curator van [eiser], mr. W. van der Kolk, de AOV op per datum faillissement, althans per eerstvolgende in aanmerking komende datum.

    2.4. Per 1 mei 2006 is de AOV beëindigd. Deze beëindiging is per brief van 7 september 2006 aan [eiser] bevestigd. Hierin schrijft Reaal Verzekeringen:

    “Ondanks herhaaldelijke verzoeken om voor bovengenoemde verzekering alsnog de premie te voldoen hebben wij geen reactie van u gekregen.

    Wij hebben daarom, conform de polisvoorwaarden behorend bij deze verzekering, de polis beëindigd wegens het niet ontvangen zijn van de verschuldigde premie door de maatschappij.”

    2.5. Nadien heeft enige correspondentie plaatsgevonden tussen Univé Flevoland en Reaal Verzekeringen over de beëindiging van de arbeidsongeschiktheidsuitkering. In haar brief van 16 januari 2008 aan Univé Flevoland schrijft Reaal Verzekeringen onder meer:

    “Onder verwijzing naar uw emailbericht van 12 december 2007 delen wij u mee dat verzekerde met ingang van 1 november 2004 heeft verzuimd de premies voor bovengenoemde verzekering te voldoen.

    (…)

    Op 30 augustus 2006 hebben wij van uw kantoor een brief van een advocatenbureau ontvangen welke destijds als curator van de heer [eiser]was aangesteld. (…)

    Naar aanleiding van bovengenoemde brief hebben wij de polis beëindigd en de niet te incasseren premies tegengeboekt.”

    2.6. In haar brief van 14 januari 2011 verzoekt de raadsvrouwe van [eiser] Reaal Verzekeringen haar beslissing tot beëindiging van de arbeidsongeschiktheidsuitkering te heroverwegen. Dit verzoek is door Reaal Verzekeringen afgewezen.

  3. Het geschil

    3.1. [eiser] vordert dat de rechtbank bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis bepaalt dat:

    1. Reaal Verzekeringen de uitkering voor arbeidsongeschiktheid ten onrechte dan wel op onjuiste gronden per 1 december 2002 heeft stopgezet;

    2. [eiser] met terugwerkende kracht, vanaf 1 december 2002, alsnog een uitkering conform de polisvoorwaarden voor de arbeidsongeschiktheid uitgekeerd krijgt, tot op de dag van vandaag dan wel een andere datum die de rechtbank in goede justitie meent juist te zijn, verhoogd met de wettelijke rente;

    3. Reaal Verzekeringen wordt veroordeeld in de betaling van immateriële schade van € 50.000,- dan wel een door de rechtbank te bepalen bedrag;

    4. Reaal Verzekeringen wordt veroordeeld in de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT