Hoger beroep van Council of State (Netherlands), 9 de Julio de 2008

Datum uitspraak 9 de Julio de 2008
Uitgevende instantie:Council of State (Netherlands)

200708551/1.

Datum uitspraak: 9 juli 2008

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak op het hoger beroep van:

[appellanten], beiden wonend te [woonplaats],

tegen de uitspraak in zaak nr. 06/7519 van de rechtbank 's-Gravenhage van 18 oktober 2007 in het geding tussen:

[appellanten]

en

de burgemeester van Midden-Delfland.

  1. Procesverloop

    Bij besluit van 5 januari 2006 heeft de burgemeester van Midden-Delfland (hierna: de burgemeester) aan een medewerker van Bouw- en woningtoezicht en een medewerker van de brandweer Midden-Delfland een machtiging afgegeven om de woningen gelegen aan de [locatie 1] en [locatie 2] en de door de bewoners als [locatie 3] aangeduide woning te [plaats] zonder toestemming van de bewoners binnen te treden.

    Bij besluit van 2 augustus 2006 heeft de burgemeester het door van [appellanten] daartegen gemaakte bezwaar ongegrond verklaard.

    Bij uitspraak van 18 oktober 2007, verzonden op 29 oktober 2007, heeft de rechtbank 's-Gravenhage (hierna: de rechtbank) het door [appellanten] daartegen ingestelde beroep ongegrond verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.

    Tegen deze uitspraak hebben [appellanten] bij brief, bij de Raad van State ingekomen op 7 december 2007, hoger beroep ingesteld. De gronden van het hoger beroep zijn aangevuld bij brief van 2 januari 2008.

    De burgemeester heeft een verweerschrift ingediend.

    Na afloop van het vooronderzoek zijn nadere stukken ontvangen van [appellanten]. Deze zijn aan de andere partij toegezonden.

    De Afdeling heeft de zaak ter zitting behandeld op 16 mei 2008, waar [appellanten], in persoon, en de burgemeester, vertegenwoordigd door mr. T. Jansen en mr. J.A. van Luijk, beiden ambtenaar in dienst van de gemeente, zijn verschenen.

  2. Overwegingen

    2.1. Ingevolge artikel 12 van de Grondwet is het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner alleen geoorloofd in de gevallen bij of krachtens de wet bepaald, door hen die daartoe bij of krachtens de wet zijn aangewezen.

    Ingevolge artikel 2, eerste lid, van de Algemene wet op het binnentreden (hierna: de Awbi) is voor het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner een schriftelijke machtiging vereist, tenzij en voor zover bij wet aan rechters, rechterlijke colleges, leden van het openbaar ministerie, burgemeesters, gerechtsdeurwaarders en belastingdeurwaarders de bevoegdheid is toegekend tot het binnentreden in een woning zonder toestemming van de bewoner.

    Ingevolge artikel 3, tweede lid, is, voor zover de wet niet anders bepaalt, de burgemeester bevoegd tot het geven van een machtiging tot binnentreden in een woning gelegen binnen zijn gemeente voor andere doeleinden dan strafvordering.

    Ingevolge artikel 100, eerste lid, van de Woningwet, ten tijde hier van belang, voorzien burgemeester en wethouders in het bouw- en woningtoezicht, dat in elk geval tot taak heeft:

    1. ...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT