Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 31 de Octubre de 2012

Datum uitspraak31 de Octubre de 2012
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

12/2893 WW

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Zwolle-Lelystad van 10 april 2012, 11/2374 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[A. te B.]

de Raad van bestuur van het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (Uwv)

Datum uitspraak 31 oktober 2012.

PROCESVERLOOP

Appellant heeft hoger beroep ingesteld.

Het Uwv heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 10 oktober 2012. Appellant en zijn gemachtigde, mr. J.G.M. Hovius, zijn verschenen. Het Uwv heeft zich laten vertegenwoordigen door drs. H. ten Brinke.

OVERWEGINGEN

1.1. Bij beslissing op bezwaar van 10 oktober 2008 heeft het Uwv, voor zover van belang, vastgesteld dat de uitkering van appellant op grond van de Werkloosheidswet (WW) per 3 februari 2003 moet worden gekort met 6,69 uur per week, ingaande 1 januari 2004 moet worden gekort met 12,42 uur per week en het van appellant terug te vorderen bedrag verlaagd tot € 8.641,28. Tegen dit besluit heeft appellant geen beroep ingesteld.

1.2. Uit een onderzoek van de Nationale ombudsman naar de handhaving door het Uwv in het project ‘Samenloop zelfstandigenaftrek en WW-uitkering’ is gebleken dat in een aantal gevallen de informatievoorziening aan zelfstandigen gebrekkig of onjuist is geweest. Op instigatie van de Tweede Kamer der Staten-Generaal en de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is in maart 2010 het zogeheten project herbeoordeling ZZP-dossiers gestart. In dat kader is op 16 juli 2010 een handleiding opgesteld met een bijlage met toetsingscriteria die worden gehanteerd bij de herbeoordeling van eerder ten aanzien van ZZP-ers genomen besluiten tot herziening, terugvordering en invordering van WW-uitkering en tot het opleggen van een boete (bijlage bij Kamerstukken II, 32 500-XV, nr. 5, hierna: Handleiding).

1.3. Bij brief van 9 maart 2010 heeft het Uwv appellant erop gewezen dat hij om herziening kan vragen als voor hem geldt dat hij door één of meer medewerkers van Uwv onjuist is voorgelicht. Naar aanleiding hiervan heeft appellant op 12 maart 2010 het Uwv om herziening verzocht van het besluit van 10 oktober 2008. Bij besluit van 7 september 2010 heeft het Uwv dit verzoek afgewezen. Appellant heeft tegen dit besluit bezwaar gemaakt op de grond dat in zijn geval juiste voorlichting over het invullen van uren op de werkbriefjes niet heeft plaatsgevonden.

1.4. Op 29 september 2011 heeft de zogenoemde Bezwaaradviescommissie ZZP advies uitgebracht. Naar het oordeel van deze commissie...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT