Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Roermond, 15 de Noviembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak15 de Noviembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Roermond

RECHTBANK ROERMOND

Bestuursrecht

zaaknummer: AWB 12 / 459

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 15 november 2012 in de zaak tussen

[eiser], te Venlo, eiser

(gemachtigde: mr. J.H.M. Verstraten),

en

het College van Burgemeester en Wethouders van de gemeente Venlo, verweerder

(gemachtigde: mr. M.F.M. van den Aker),

Procesverloop

Bij besluit van 23 februari 2012 (het bestreden besluit) heeft verweerder het bezwaar van eiser tegen de uitbetaling aan eiser van bijzondere bijstand ongegrond verklaard.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 september 2012. Partijen hebben zich laten vertegenwoordigen door hun gemachtigden.

Overwegingen

  1. Namens eiser heeft zijn bewindvoerder bij verweerder aanvragen ingediend voor bijzondere bijstand voor de kosten van bewindvoering en voor de eigen bijdrage CAK. Op beide aanvragen heeft de bewindvoerder aangegeven dat de bijstand dient te worden uitbetaald op zijn bank/gironummer.

  2. Bij besluiten van 14 oktober 2011 en 19 december 2011 heeft verweerder de gevraagde bijzondere bijstand toegekend.

  3. Bij brief van 23 december 2011 heeft de bewindvoerder bezwaar gemaakt bij verweerder en meegedeeld dat bij de uitbetaling van de bijstand een onjuist bankrekeningnummer (het bankrekeningnummer van eiser) is gebruikt in plaats van het op de aanvragen vermelde nummer. Eiser staat onder bewindvoering en alle uitbetalingen moeten naar het door de bewindvoerder opgegeven bankrekeningnummer, hetgeen ook bij verweerder bekend is. De bewindvoerder heeft verweerder verzocht dit te corrigeren en alsnog alle uitbetalingen op het juiste bankrekeningnummer te verrichten.

  4. Bij het bestreden besluit heeft verweerder erkend dat de uitvoering van de betaling onzorgvuldig is geweest aangezien bij verweerder bekend was dat de bijstand naar de rekening van de bewindvoerder diende te worden overgemaakt. Verweerder heeft zich op het standpunt gesteld dat geen sprake is van onverschuldigde betaling als bedoeld in artikel 6:230 (lees 6:203) van het Burgerlijk Wetboek (BW) aangezien eiser rechthebbende is en het juiste bedrag aan bijstand is uitbetaald. Het toekennen en verstrekken van de bijzondere bijstand levert geen ongeldige rechtshandeling op in de zin van artikel 1:439 van het BW aangezien dit artikel niet van toepassing is op de betaalbaarstelling van bijzondere bijstand. Van zowel de bewindvoerder als van eiser mag...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT