Hoger beroep van Council of State (Netherlands), 28 de Noviembre de 2012
Datum uitspraak | 28 de Noviembre de 2012 |
Uitgevende instantie: | Council of State (Netherlands) |
201109224/1/A2.
Datum uitspraak: 28 november 2012
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellante], wonend te Hoogvliet, gemeente Rotterdam,
tegen de uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 7 juli 2011 in zaak nr. 10/5272 in het geding tussen:
[appellante]
en
de Belastingdienst/Toeslagen.
Procesverloop
Bij besluit van 2 juni 2010 heeft de Belastingdienst/Toeslagen een voorschot kinderopvangtoeslag voor 2010 aan [appellante] verstrekt van in totaal € 11.919,00.
Bij besluit van 19 oktober 2010 heeft de Belastingdienst/Toeslagen het voorschot kinderopvangtoeslag op nihil vastgesteld.
Bij besluit van 9 november 2010 heeft de Belastingdienst/Toeslagen een besluit op bezwaar genomen.
Bij uitspraak van 7 juli 2011 heeft de rechtbank het door [appellante] daartegen ingestelde beroep gegrond verklaard, het besluit van 9 november 2010 vernietigd en het bezwaar tegen het besluit van 19 oktober 2010 alsnog niet-ontvankelijk verklaard. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft [appellante] hoger beroep ingesteld.
De Belastingdienst/Toeslagen heeft een verweerschrift ingediend.
De zaak is door een meervoudige kamer van de Afdeling verwezen naar een enkelvoudige.
Bij tussenuitspraak van 18 juli 2012 heeft de Afdeling de Belastingdienst/Toeslagen opgedragen om binnen zes weken na verzending ervan het daarin omschreven gebrek te herstellen. Deze tussenuitspraak is aangehecht.
Bij besluit van 3 september 2012 heeft de Belastingdienst/Toeslagen een nieuw besluit op bezwaar genomen.
[appellante] heeft hierop gereageerd.
De Afdeling heeft bepaald dat een onderzoek ter zitting achterwege blijft en het onderzoek gesloten.
Overwegingen
1. In de tussenuitspraak heeft de Afdeling overwogen dat de Belastingdienst/Toeslagen de brief van [appellante] van 4 oktober 2010 ten onrechte heeft aangemerkt als een bezwaar tegen het nadien genomen besluit van 19 oktober 2010 en derhalve ten onrechte bij besluit van 9 november 2010 daarop heeft beslist, zodat dat laatste besluit moet worden vernietigd. Voorts heeft de Afdeling overwogen dat de rechtbank heeft nagelaten de brief van 21 december 2010, waarbij [appellante] beroep had ingesteld, aan te merken als een bezwaarschrift tegen het besluit van de Belastingdienst/Toeslagen van 19 oktober 2010 en de rechtbank deze brief met toepassing van artikel 6:15 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) ter behandeling als bezwaarschrift aan de Belastingdienst/Toeslagen had dienen door te sturen.
De Afdeling heeft de...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT