Voorlopige voorziening van Rechtbank Groningen, Sector kanton, 6 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 6 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Sector kanton

RECHTBANK GRONINGEN

Sector kanton

Locatie Winschoten

Zaak\rolnummer: 564999 VV EXPL 12-44

Vonnis in kort geding d.d. 6 december 2012

inzake

[naam],

wonende te Veendam,

eiser, hierna [A] te noemen,

gemachtigde mr. J.S. Mennega, jurist bij FNV Bondgenoten,

tegen

[naam], h.o.d.n. [naam] Autoschade-herstel,

wonende te Winschoten,

gedaagde, hierna [B] te noemen,

gemachtigde mr. D.S. Verkerk, jurist bij ARAG Rechtsbijstand.

PROCESGANG

Op de in de inleidende dagvaarding (met producties) genoemde gronden heeft [A] gevorderd dat [B] bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, bij wijze van voorlopige voorziening wordt veroordeeld:

  1. tot het herstellen van het dienstverband tussen partijen binnen drie dagen na dagtekening van het vonnis onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag dat [B] na betekening van het vonnis in gebreke blijft aan het vonnis te voldoen;

  2. tot betaling van het gebruikelijke salaris ingaande de datum dat de arbeidsovereenkomst zal zijn hersteld;

  3. tot tewerkstelling van [A] in zijn functie van autoschadehersteller op de gebruikelijke voorwaarden binnen drie dagen na dagtekening van het vonnis, onder verbeurte van een dwangsom van € 1.000,00 voor iedere dag dat [B] na betekening van het vonnis in gebreke blijft aan het vonnis te voldoen;

  4. tot betaling van een voorschot op schadevergoeding, in alle redelijkheid vast te stellen op een bedrag van € 5.000,00;

  5. tot betaling van de wettelijke rente over het sub 2 gevorderde vanaf de dag dat dit is verschuldigd;

  6. in de kosten van de procedure.

[B] heeft een conclusie van antwoord (met producties) ingediend.

De mondelinge behandeling heeft plaatsgevonden op 22 november 2012. Partijen zijn met hun gemachtigden ter zitting verschenen. Voorts is de heer [C] ter zitting verschenen. Partijen hebben op de zitting hun wederzijdse standpunten (nader) uiteengezet, [A] mede aan de hand van de door zijn gemachtigde opgestelde aantekeningen. Van het verhandelde is door de griffier aantekening gehouden. Beide partijen hebben voorafgaand aan de mondelinge behandeling producties in het geding gebracht.

Het vonnis is bepaald op heden

OVERWEGINGEN

De feiten

De kantonrechter gaat uit van de navolgende feiten.

1.1 [B] houdt zich bezig met autoschadeherstel en restauratie van auto’s, motoren, fietsen en bromfietsen.

1.2 [A], geboren [eind 1973], is op 20 augustus 2007 in dienst getreden bij [B]. Laatstelijk was hij werkzaam in de functie van autoschadehersteller tegen een salaris van € 2.986,22 bruto per maand exclusief vakantietoeslag.

1.3 [B] heeft het UWV Werkbedrijf op 31 juli 2012 verzocht toestemming te verlenen om de arbeidsovereenkomsten met [A] en [C], een collega van [A], op te zeggen op bedrijfseconomische gronden.

1.4 Het UWV Werkbedrijf heeft deze toestemming verleend bij beschikkingen van 28 september 2012.

1.5 Bij brief van 28 september 2012 heeft [B] het dienstverband opgezegd met ingang van 1 november 2012.

1.6 Bij brief van 2 november 2012 heeft [A] aan [B] laten weten dat hij zich op het standpunt stelt dat het ontslag kennelijk onredelijk is en aangekondigd dat hij aanspraak zal maken op herstel van het dienstverband.

1.7 [C] heeft, voor zover hier van belang, het volgende schriftelijk verklaard:

“ (…)Wat schetst mijn verbazing als op mijn 2e vakantiedag dhr. [B] bij mij thuis aanbelt en met de woorden komt: ik hoop dat ik wat wisselgeld voor jou bij mij heb. Ik begreep niet wat hij bedoelde en nodigde hem uit om binnen te komen. Dit was overigens de 1e keer dat hij...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT