Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Breda, 14 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak14 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Breda

RECHTBANK BREDA

Sector strafrecht

parketnummer: 02/800583-12

vonnis van de meervoudige kamer d.d. 14 december 2012

in de strafzaak tegen

[verdachte]

geboren op [datum en plaats]

gedetineerd in het huis van bewaring De Boschpoort te Breda

raadsman mr. H.J.A.M. Tinga, advocaat te Roosendaal

1 Onderzoek van de zaak

De zaak is inhoudelijk behandeld op de zitting van 30 november 2012, waarbij de officier van justitie, mr. Smale, en de verdediging hun standpunten kenbaar hebben gemaakt.

Omdat verdachte de Nederlandse taal niet beheerst, wordt hij op de zitting bijgestaan door [naam tolk] zijnde een in het register als bedoeld in artikel 2 van de Wet beëdigde tolken en vertalers ingeschreven tolk in de Franse taal. Wat op de zitting is besproken of voorgelezen, is door de tolk vertaald.

2 De tenlastelegging

De tenlastelegging is als bijlage aan dit vonnis gehecht. De tenlastelegging is gewijzigd overeenkomstig artikel 314a van het Wetboek van Strafvordering.

De verdenking komt er, kort en feitelijk weergegeven, op neer dat verdachte:

  1. heeft geprobeerd om verbalisanten [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te doden, althans zwaar lichamelijk letsel toe te brengen;

  2. 18.140 gram hennep heeft vervoerd, dan wel aanwezig heeft gehad.

    3 De voorvragen

    De dagvaarding is geldig.

    De rechtbank is bevoegd.

    De officier van justitie is ontvankelijk in de vervolging.

    Er is geen reden voor schorsing van de vervolging.

    4 De beoordeling van het bewijs

    4.1 Het standpunt van de officier van justitie

    De officier van justitie acht wettig en overtuigend bewezen dat verdachte geprobeerd heeft om de verbalisanten [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] te doden. Zij komt tot deze conclusie op grond van de verklaringen van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2], de (getuigen)verklaringen van verbalisanten [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2], de aangetroffen sporen en bevindingen van de politie, de foto’s van de schade aan de auto van verdachte en de auto van [slachtoffer 1] en [slachtoffer 2] en de verklaring van de verdachte bij de politie. Ook acht de officier van justitie feit 2 wettig en overtuigend bewezen. Zij baseert zich daarbij op het proces-verbaal van bevindingen, het proces-verbaal van bemonstering en de bekennende verklaring van verdachte.

    4.2 Het standpunt van de verdediging

    De verdediging is van mening dat de rechtbank niet tot een bewezenverklaring kan komen van feit 1. De verdediging wijst daarbij op diverse inconsistenties in de processen-verbaal van de vier verbalisanten waardoor deze buiten beschouwing moeten worden gelaten. Ook de schade-interpretatie bevat tegenstrijdigheden en kan niet als bewijsmiddel worden gebruikt. Verdachte was niet de veroorzaker van het ongeval, maar is juist aangereden door de verbalisanten, noch had hij de opzet die voor een poging doodslag dan wel zware mishandeling vereist is. Omdat onduidelijk is hoe het ongeval is ontstaan, is er naar de mening van de verdediging geen sprake van een begin van uitvoering. De verdediging heeft gewezen op de toepasselijkheid van het Porsche-arrest in deze zaak en voert aan dat het niet waarschijnlijk is dat verdachte het verlies van zijn eigen leven op de koop toe heeft willen nemen, zodat ook van voorwaardelijk opzet geen sprake is.

    De verdediging refereert zich voor wat betreft de bewezenverklaring van feit 2 aan het oordeel van de rechtbank, gelet op de bekennende verklaring van verdachte.

    4.3 Het oordeel van de rechtbank

    feit 1

    Op 14 juni 2012 waren verbalisanten [slachtoffer 2], [slachtoffer 1], [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] belast met een controle in het kader van de landelijke Etoile-actie. De verbalisanten waren in burger gekleed en reden in onopvallende dienstvoertuigen. [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] reden in een grijze Toyota Avensis , welke door [slachtoffer 2] werd bestuurd. [slachtoffer 1] zat als bijrijder rechts voorin . [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] reden in een grijze Audi A3 die door [naam verbalisant 1] werd bestuurd. [naam verbalisant 2] zat als bijrijder rechts voorin . Omstreeks 21.20 uur stonden [slachtoffer 2], [slachtoffer 1], [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] met hun dienstvoertuigen op parkeerplaats Spuitendonk op de Rijksweg A58 te Wouw. Toen zij een Renault Megane met Frans kenteken [( - - )] – die naar later bleek door verdachte werd bestuurd – zagen rijden, zijn [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] achter deze auto aangereden . Ook verbalisanten [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] zijn achter de Renault aangereden met de bedoeling de auto aan een controle te onderwerpen . Vervolgens zijn [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] voor de Renault gaan rijden en hebben de in het voertuig aanwezige politietransparant met de tekst ‘stop politie’ en de blauwe flitslampen aan de achterzijde van het voertuig aangezet. [naam verbalisant 1] en [naam verbalisant 2] hebben vervolgens vaart verminderd tot 100 km/u. [slachtoffer 2] en [slachtoffer 1] zijn op dat moment links naast de Renault gaan rijden zodat, wanneer de bestuurder niet aan...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT