Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 2 de Octubre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 2 de Octubre de 2012
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

GERECHTSHOF TE AMSTERDAM

TWEEDE MEERVOUDIGE BURGERLIJKE KAMER

ARREST

in de zaak van:

[ APPELLANT ],

wonend te [ woonplaats ],

APPELLANT,

advocaat: mr. P.A.C. de Vries te Arnhem,

t e g e n

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

DEXIA NEDERLAND B.V. (voorheen Dexia Bank Nederland N.V.),

gevestigd te Amsterdam,

APPELLANTE,

advocaat: mr. J.M.K.P. Cornegoor te Amsterdam.

  1. Het geding in hoger beroep

    Partijen worden hierna [ appellant ] en Dexia genoemd.

    Bij dagvaarding van 19 april 2011 is [ appellant ] in hoger beroep gekomen van een vonnis van de rechtbank Amsterdam, sector kanton, locatie Amsterdam, hierna: de kantonrechter, van 19 januari 2011, in deze zaak onder zaak-/rolnummer 1170940 DX EXPL 10-200 gewezen tussen [ appellant ] als eiser en Dexia als gedaagde.

    [ appellant ] heeft drie grieven tegen het bestreden vonnis aan¬gevoerd, zijn eis verminderd, bewijs aangeboden en producties in het geding gebracht, met conclusie dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en opnieuw rechtdoende, zover mogelijk uitvoerbaat bij voorraad, voor recht zal verklaren dat zijn echtgenote de overeenkomst WinstVerDriedubbelaar juist en tijdig (buitengerechtelijk) heeft vernietigd en Dexia zal veroordelen tot betaling van € 12.926,46, te vermeerderen met de wettelijks rente vanaf 22 december 2005 alsmede Dexia zal opdragen de registratie van [ appellant ] bij het Bureau Krediet Registratie te Tiel ongedaan te maken op straffe van een dwangsom en Dexia zal veroordelen in de kosten van beide instanties.

    Dexia heeft geantwoord en bewijs aangeboden met conclusie dat het hof bij arrest voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad het bestreden vonnis zal bekrachtigen met veroordeling van [ appellant ] in de kosten van het hoger beroep.

    Ten slotte is arrest gevraagd op de stukken van beide instanties, waarvan de inhoud als hier ingevoegd wordt beschouwd.

  2. Grieven

    Voor de inhoud van de grieven wordt verwezen naar de memorie van grieven.

  3. Feiten

    De kantonrechter heeft in het bestreden vonnis onder 2, 2.1 tot en met 2.4, een aantal feiten als in deze zaak vaststaand aangemerkt. Daaromtrent bestaat geen geschil, zodat ook het hof van die feiten zal uitgaan.

  4. Ontvankelijkheid van het hoger beroep

    4.1 Dexia heeft primair naar voren gebracht dat het door [ appellant ] ingestelde hoger beroep niet-ontvankelijk is, omdat de appel¬dagvaarding is uitgebracht aan Dexia Bank Nederland B.V. en niet aan Dexia Nederland B.V., de rechtsopvolgster onder algemene titel van Dexia Bank Nederland N.V. Dexia betoogt dat op basis van de inhoud van de appeldagvaarding weliswaar voorstelbaar was dat sprake was van een eenvoudige vergissing, maar dat ook voorstelbaar was dat [ appellant ] daadwerkelijk beoogde de rechts¬voorgangster van Dexia in recht te betrekken, bijvoorbeeld omdat hij meende dat de juridische fusie waarbij Dexia Bank Nederland N.V. als rechtspersoon is verdwenen niet aan hem kon worden tegengeworpen, hij de rechtsgeldigheid van de fusie betwistte of anderszins meende dat Dexia Bank Nederland N.V. was blijven voortbestaan. Dienaangaande geldt het volgende.

    4.2 De door Dexia genoemde mogelijke bedoelingen van [ appellant ] liggen, mede gezien de procedure in eerste aanleg, niet voor de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT