Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Arnhem, 28 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak28 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Arnhem

RECHTBANK ARNHEM

Sector strafrecht

Parketnummer : 05/700847-12 en 05/701523-12 (ttz gev)

Datum zitting : 18 december 2012

Datum uitspraak : 28 december 2012

TEGENSPRAAK

Vonnis van de meervoudige kamer in de zaak van

de officier van justitie in het arrondissement Arnhem

tegen

naam : [verdachte]

geboren op : [geboortedatum]

adres : [adres]

plaats : [woonplaats]

thans gedetineerd in PI [adres].

raadsvrouw : mr. A. Kilic-Sahin, advocaat te Lent.

  1. De inhoud van de tenlastelegging

    Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering nadere omschrijving tenlastelegging, onder parketnummer 05/700847-12 ten laste gelegd dat:

  2. hij in of omstreeks de periode van 10 mei 2012 tot en met 29 mei 2012 te

    Arnhem en/of Ommen, (telkens)

    door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een

    andere feitelijkheid [slachtoffer1] heeft gedwongen tot het ondergaan van handelingen

    die (mede) bestonden uit het seksueel binnendringen van het lichaam van die

    [slachtoffer1], te weten zijn, verdachtes, penis brengen in haar vagina, welk geweld of

    andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld of andere feitelijkheid

    hierin heeft/hebben bestaan dat verdachte (telkens) opzettelijk

    genoemde [slachtoffer1] van hem, verdachte, afhankelijk heeft gemaakt (door haar te

    isoleren en/of haar contacten met vrienden en familie te verbreken en/of met

    hem, verdachte, te trouwen) en/of

    voorbij is gegaan aan de door genoemde [slachtoffer1] gedane uitingen dat zij genoemde

    handelingen niet wilde en/of

    genoemde [slachtoffer1] heeft vastgepakt en/of vastgehouden en/of heeft geduwd (op bed

    en/of tegen douchecabine) en/of

    genoemde [slachtoffer1] de woorden: "het maakt nu niet meer uit, jij bent nu van mij. Ik

    zeg wat jij wel en niet moet doen", in elk geval woorden van gelijke aard of

    strekking, heeft toegevoegd;

  3. hij op of omstreeks 10 april 2012 te Arnhem,

    door geweld of een andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of een

    andere feitelijkheid [slachtoffer2] heeft gedwongen tot het plegen en/of dulden van

    ontuchtige handelingen, bestaande uit het opzettelijk ontuchtig betasten van

    haar borsten en/of billen, in elk geval haar lichaam, en/of zoenen op haar

    mond, en welk geweld of andere feitelijkheid en/of welke bedreiging met geweld

    of andere feitelijkheid bestond uit het opzettelijk gewelddadig en/of dreigend

    genoemde [slachtoffer2] bij haar armen vast te pakken en/of

    (vervolgens) tegen een muur te drukken en/of bij haar kin vast te pakken en/of

    tegen zich aan te trekken;

  4. hij in of omstreeks de periode van 19 april 2012 tot en met 10 mei 2012 te Arnhem opzettelijk mishandelend een persoon

    (te weten [slachtoffer1]), tegen haar gezicht, in elk geval haar hoofd, heeft geslagen,

    waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;

    Aan verdachte is, na een door de rechtbank toegewezen vordering wijziging tenlastelegging, onder parketnummer 05/701523-12 ten laste gelegd dat:

  5. hij op in of omstreeks de periode van 10 mei 2012 tot en met 30 mei 2012 te Arnhem

    en/of Ommen, althans in Nederland, [slachtoffer1], door geweld of enige andere

    feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere feitelijkheid

    gericht tegen die [slachtoffer1] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te doen, niet te

    doen of te dulden, hierin bestaande dat

    verdachte die [slachtoffer1] gedwongen heeft (alleen) met hem, verdachte, contact te

    hebben en/of een relatie te hebben en/of te trouwen,

    welk geweld of andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of andere

    feitelijkheid heeft/hebben bestaan uit het opnemen van contact met de ouders

    van die [slachtoffer1] en/of (vervolgens) die ouders te vertellen over een eerdere

    (seksuele) relatie van die [slachtoffer1] (schending familie-eer);

  6. hij op of omstreeks 10 april 2012 te Arnhem opzettelijk mishandelend een

    persoon (te weten [slachtoffer2]), tegen haar gezicht, in elk geval tegen het hoofd,

    heeft geslagen, waardoor deze letsel heeft bekomen en/of pijn heeft

    ondervonden;

  7. hij op of omstreeks 10 april 2012 te Arnhem, (telkens) [slachtoffer2], door geweld of

    enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere

    feitelijkheid gericht tegen die [slachtoffer2] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te

    doen, niet te doen of te dulden, hierin bestaande dat

    hij verdachte die [slachtoffer2] heeft gedwongen

    (alleen) met hem, verdachte, contact te hebben en/of

    naar hem, verdachte, toe te komen en/of

    haar telefoon en/of (whats-app) code/wachtwoord af te geven,

    welk geweld of andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of andere

    feitelijkheid (telkens) heeft/hebben bestaan uit het tegen die [slachtoffer2] bezigen van

    de woorden "Als je geen contact met mij hebt, ga ik naar je ouders om te

    zeggen dat je met veel jongen omgaat" (schending familie-eer) en/of "ik ga je

    ooms opzoeken en condoleren" en/of "geef de telefoon, anders maak ik je af",

    in elk geval woorden van gelijke aard of strekking;

  8. hij op of omstreeks 08 mei 2012 te Arnhem, [slachtoffer3], (telkens) door geweld of

    enige andere feitelijkheid en/of door bedreiging met geweld of enige andere

    feitelijkheid gericht tegen die [slachtoffer3] wederrechtelijk heeft gedwongen iets te

    doen, niet te doen of te dulden, hierin bestaande dat verdachte die [slachtoffer3] heeft gedwongen

    (alleen) met hem, verdachte, contact te hebben en/of een relatie te hebben

    en/of het wachtwoord van haar telefoon af te geven,

    welk geweld of andere feitelijkheid en/of bedreiging met geweld of andere

    feitelijkheid (telkens) heeft/hebben bestaan uit het tegen die [slachtoffer3] bezigen

    van de woorden "Als je niet luistert dan bel ik je vader om te zeggen: "seks

    gedaan met je dochter, ik heb daar beelden van" en ik zal ze opsturen naar je

    vader" (schending familie-eer), in elk geval woorden van gelijke aard of

    strekking en/of tegen die [slachtoffer3] te schreeuwen dat ze het wachtwoord van de

    telefoon moest geven;

  9. hij op of omstreeks 08 mei 2012 te Arnhem met het oogmerk van wederrechtelijke

    toe-eigening heeft weggenomen een mobiele telefoon (BlackBerry), in elk geval

    enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [slachtoffer3], in elk geval aan een

    ander of anderen dan aan verdachte

    althans dat

    hij op of omstreeks 08 mei 2012 te Arnhem opzettelijk een mobiele telefoon

    (BlackBerry), in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan

    [slachtoffer3], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte, welk goed

    verdachte anders dan door misdrijf te weten als houder, onder zich had,

    wederrechtelijk zich heeft toegeëigend.

  10. Het onderzoek ter terechtzitting

    De zaak is op 18 december 2012 ter terechtzitting onderzocht. Daarbij is verdachte verschenen. Verdachte is bijgestaan door mr. A. Kilic-Sahin, advocaat te Lent.

    Als benadeelde partij heeft zich schriftelijk in het geding gevoegd:

    • [slachtoffer1)

    Namens de benadeelde partij is als uitdrukkelijk gemachtigde ter terechtzitting verschenen:

    • [gemachtigde]

    De officier van justitie, mr. T. Henniphof, heeft geëist dat verdachte ter zake van alle ten laste gelegde feiten zal worden veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van 4 jaren, waarvan 1 jaar voorwaardelijk met een proeftijd van 3 jaren en met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht. Als bijzondere voorwaarde heeft de officier van justitie gevorderd dat aan verdachte een contactverbod met de aangeefster wordt opgelegd.

    Ten aanzien van het beslag (Bijlage I) heeft de officier van justitie gevorderd dat de beslagnummers 1 t/m 5, 7, 13 en 14 worden onttrokken aan het verkeer en dat de beslagnummers 6, 8 en 9 t/m 12 aan verdachte wordt teruggegeven.

    Verdachte en zijn raadsman hebben het woord ter verdediging gevoerd.

  11. De beslissing inzake het bewijs

    a. Bewijsuitsluiting

    Door de raadsvrouw is aangevoerd dat de strafzaak tegen verdachte is gaan lopen op het moment dat door [slachtoffer2] aangifte is gedaan op 12 april 2012. Naar aanleiding hiervan heeft verdachte zich op 29 mei 2012 op het politiebureau gemeld. [slachtoffer1] is op 30 mei 2012 als getuige gehoord. Op deze dag is door de verbalisanten tweemaal een gesprek met [slachtoffer1] gevoerd, waarbij zij hebben aangegeven dat verdachte geen goede jongen voor haar zou zijn en dat zij terug naar haar ouders moest gaan. Op 1 juni 2012 is door [slachtoffer1] aangifte gedaan tegen verdachte. Door de verbalisanten is in strijd met de Aanwijzing opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik gehandeld. Van meerdere informele gesprekken die met [slachtoffer1] zijn gevoerd is geen proces-verbaal opgemaakt, zodat geen controle mogelijk is hoe deze gesprekken zijn verlopen. [slachtoffer1] is beïnvloed door verbalisanten. Gelet hierop is de raadsvrouw van oordeel dat de verklaringen van [slachtoffer1] dienen te worden uitgesloten van het bewijs wegens onherstelbare ernstige vormverzuimen.

    De rechtbank deelt het standpunt van de raadsvrouw niet.

    De ‘Aanwijzing opsporing en vervolging inzake seksueel misbruik’ (2010A026), van 1 november 2010 en in werking getreden op 1 januari 2011, bevat regels met betrekking tot de opsporing en vervolging van seksueel misbruik in het algemeen én in afhankelijkheidsrelaties, alsmede regels voor de bejegening van slachtoffers van zedendelicten. De bejegening van slachtoffers van zedenmisdrijven vergt deskundigheid. De opsporing moet geschieden door een deskundig rechercheur, die tevens overwegend belast is met zedenzaken.

    Gezien de complexiteit van misbruik in afhankelijkheidsrelaties is het wenselijk de aanloop tot een aangifte te omschrijven aan de hand van onderwerpen die aan de orde moeten komen in het informatieve gesprek (intakegesprek). In dit gesprek worden mede de consequenties van het doen van een aangifte besproken. Het informatieve gesprek en de aangifte kunnen samenvallen.

    In verband met het mogelijke tijdsverloop tussen het informatieve gesprek en een aangifte dient er tenminste een schriftelijk verslag van het informatieve gesprek te worden gemaakt. In dat verslag...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT