Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank 's-Gravenhage, 20 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak20 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank 's-Gravenhage

beschikking

RECHTBANK 'S-GRAVENHAGE

Sector civiel recht

zaaknummer / rekestnummer: 402512 / HA RK 11-520

Beschikking van 20 december 2012

in de zaak van

[verzoekster],

wonende te [woonplaats], Suriname,

wettig vertegenwoordigd door haar vader [vader], wonende te [woonplaats], en haar moeder [moeder], wonende te [woonplaats], Suriname,

verzoekster,

advocaat mr. M.G.C. van Riet te Amsterdam

en

DE STAAT DER NEDERLANDEN

(Ministerie van Veiligheid en Justitie,

Immigratie- en Naturalisatiedienst),

zetelende te Den Haag,

belanghebbende,

vertegenwoordigd door mr. J.E.A. Pesch.

Verzoekster wordt hierna aangeduid met '[verzoekster]' en belanghebbende met 'de IND'.

  1. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - het op 7 september 2011 ingekomen verzoekschrift;

    - de brieven van de IND van 21 november 2011, 3 oktober 2012 en 29 november 2012;

    - de brieven van mr. Van Riet van 6 januari 2012, 18 mei 2012, 20 en 24 november 2012 en 14 december 2012;

    - de brief van de officier van justitie van 8 november 2012.

    1.2. [verzoekster] gaat akkoord met het afdoen van het verzoek buiten zitting indien het verzoek wordt toegewezen. De IND en de officier van justitie hebben geen behoefte aan een mondelinge behandeling van het verzoek.

  2. De feiten

    2.1. De rechtbank gaat uit van de volgende niet weersproken feiten. [verzoekster] is geboren op [geboortedatum] 1997 te [woonplaats] uit het huwelijk van [moeder] en haar echtgenoot [A]. Bij uitspraak van het Kantongerecht in het eerste kanton te Paramaribo van 9 maart 2010 is de ontkenning van de wettigheid van [verzoekster] door [A] gegrond verklaard. De uitspraak is op 23 september 2010 in de registers van de burgerlijke stand te Paramaribo ingeschreven.

    2.2. Op 28 september 2010 is [verzoekster] in Paramaribo erkend door [vader], van Nederlandse nationaliteit. De erkenner was op dat moment gehuwd met een andere vrouw dan de moeder van [verzoekster].

    2.3. Bij beschikking van deze rechtbank van 27 december 2011 is vastgesteld dat tussen de erkenner en [verzoekster] een nauwe persoonlijke betrekking bestaat.

  3. Het verzoek en het standpunt van de IND en de officier van justitie

    3.1. [verzoekster] verzoekt de rechtbank vast te stellen dat zij in het bezit is van de Nederlandse nationaliteit. Ter onderbouwing van haar verzoek voert zij aan dat zij op 28 september 2010 door een Nederlander is erkend en dat uit een rapport van het academisch ziekenhuis Paramaribo van 10 mei 2011 blijkt dat de erkenner met aan...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT