Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Alkmaar, 20 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak20 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Alkmaar

RECHTBANK ALKMAAR

Sector bestuursrecht

zaaknummer: AWB 12/687

uitspraak van de meervoudige kamer van 20 december 2012 in de zaak tussen

[naam], te [woonplaats], eiser,

(gemachtigde: mr. F. Westenberg),

en

Stichting Talent, Openbaar Basisonderwijs Hoorn, verweerster,

(gemachtigde: mr. S. Ideler-Ouwens).

Procesverloop

Bij brief van 28 september 2011 heeft verweerster eiser meegedeeld voornemens te zijn hem met ingang van 1 november 2011 te ontslaan, primair op grond van artikel 4.7, aanhef en onder g, van de CAO Primair Onderwijs (hierna: CAO), zijnde een ernstige mate van onbekwaamheid of ongeschiktheid voor het verrichten van zijn functie anders dan op grond van ziekte of arbeidsongeschiktheid en, subsidiair, op grond van artikel 4.7, aanhef en onder k, van de CAO, zijnde een andere reden van gewichtige aard, bestaande uit een onherstelbaar verstoorde arbeidsrelatie. Eiser heeft bij brief van 20 oktober 2011 zijn zienswijze tegen dit voornemen kenbaar gemaakt.

Bij besluit van 27 oktober 2011 heeft verweerster eiser per 1 november 2011 ontslagen, primair op grond artikel 4.7, aanhef en onder g, van de CAO en, subsidiair, op grond van artikel 4.7, aanhef en onder k, van de CAO.

Bij besluit van 7 februari 2012 (hierna: het bestreden besluit) heeft verweerster het bezwaar van eiser ongegrond verklaard.

Eiser heeft tegen het bestreden besluit beroep ingesteld.

Verweerster heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 25 oktober 2012. Eiser is verschenen, bijgestaan door zijn gemachtigde. Verweerster heeft zich laten vertegenwoordigen door haar gemachtigde. Voorts zijn verschenen [naam1], algemeen directeur van de Stichting Talent, en [naam2], personeelsfunctionaris bij de Stichting Talent.

De rechtbank heeft de termijn voor het doen van uitspraak verlengd.

Overwegingen

  1. De rechtbank dient primair te beoordelen of verweerster eiser met ingang van 1 november 2011 terecht op grond van een ernstige mate van onbekwaamheid of ongeschiktheid voor het verrichten van zijn functie anders dan op grond van ziekte of arbeidsongeschiktheid heeft ontslagen. Indien het antwoord op die vraag ontkennend wordt beantwoord, dient de rechtbank vervolgens te beoordelen of verweerster eiser subsidiair terecht op grond van een andere reden van gewichtige aard, bestaande uit een onherstelbaar verstoorde arbeidsrelatie ontslag heeft verleend.

    De feiten.

    2.1. Bij de beoordeling gaat de rechtbank uit van de volgende feiten en omstandigheden.

    2.2. Eiser heeft in Turkije het diploma leraar basisonderwijs behaald en heeft daar als groepsleerkracht gewerkt. In het kader van gezinshereniging is hij in 1982 naar Nederland gekomen.

    2.3. Met ingang van 1 januari 1985 is eiser aangesteld als leerkracht Onderwijs Allochtone Levende Talen (hierna: OALT). Als gevolg van overheidsmaatregelen is eiser per 1 augustus 2004 eervol ontslagen als OALT-leerkracht en per gelijke datum aangesteld als onderwijsassistent bij de openbare basisschool Jules Verne. Met ingang van 1 januari 2008 heeft verweerster het bevoegd gezag voor het openbaar basisonderwijs in Hoorn overgenomen van de Bestuurscommissie Openbaar Basisonderwijs Hoorn-Medemblik. Als onderwijsassistent ontving eiser tot 1 augustus 2009 van overheidswege een aanvulling op zijn loon.

    2.4. In 2004 heeft eiser, ter verbetering van zijn spreek- en schrijfvaardigheid, door verweerster gefaciliteerde privétrainingen Nederlands als Tweede Taal (hierna: NT2) gevolgd bij het Taalcentrum-VU. Ook is eiser in het kader van een omscholingstraject tot groepsleerkracht basisonderwijs in 2004 gestart met een tweejarige deeltijdopleiding Pabo. Het diploma van deze opleiding heeft hij op 28 augustus 2007 behaald.

    2.5. Uit verslagen van gesprekken tussen, onder meer, eiser, [naam3], directeur van de Jules Verneschool (hierna: [naam3]) en [naam2], personeelsfunctionaris van de Bestuurscommissie (hierna: [naam2]) gehouden op 18 januari 2006 en van 27 april 2007, blijkt dat [naam2] eiser heeft meegedeeld dat hij (naar verwachting) ook na het behalen van zijn Pabodiploma niet in aanmerking komt voor de functie van groepsleerkracht omdat zijn beheersing van de Nederlandse taal niet voldoende is.

    2.6. Bij brief van 8 april 2009 heeft verweerster eisers verzoek tot herstel van zijn rechtspositie als leerkracht afgewezen. Bij brief van 7 juli 2009 heeft verweerster op eisers verzoek van 25 juni 2009, inhoudende hem te benoemen als leerkracht zodra er een vacature is, geantwoord dat hij in dat geval niet automatisch zal worden benoemd en dat de redenen hiervoor inmiddels bij eiser bekend worden verondersteld.

    2.7. In de tweede helft van 2009 is een arbeidsconflict ontstaan tussen eiser en [naam3] en ook tussen eiser en verweerster. Het niet aanstellen van eiser als groepsleerkracht lag mede ten grondslag aan dit conflict. Bij brief van 27 november 2009 heeft verweerster eiser uitgenodigd voor een formeel gesprek om te onderzoeken of de verstoorde arbeidsrelatie kan worden hersteld en zo ja, wat hiervoor nodig is. Partijen zijn vervolgens overeengekomen hiervoor twee sporen te volgen: een mediationtraject en een potentieelonderzoek. Het potentieelonderzoek is, onder meer, gericht op de beoordeling van de vraag of eiser geschikt is voor de functie van onderwijsassistent of enige...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT