Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Oost-Nederland, 23 de Enero de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak23 de Enero de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Oost-Nederland

vonnis

RECHTBANK OOST-NEDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Arnhem

zaaknummer / rolnummer: 233456 / HA ZA 12-618

Vonnis van 23 januari 2013

in de zaak van

[eisers]

eisers,

advocaat mr. T.A. Timmermans te Rhenen,

tegen

[gedaagde]

gedaagde,

advocaat mr. G. Loman te Assen.

Partijen zullen hierna [eiser] en [gedaagde] genoemd worden.

De procedure

Het verloop van de procedure blijkt uit:

- het tussenvonnis van 24 oktober 2012

- het proces-verbaal van comparitie van 29 november 2012.

Daarna is vonnis bepaald.

De vaststaande feiten

1.1. [eiser] c.s. drijven een agrarisch bedrijf. Zij houden melkvee. Daarnaast fokken zij stierkalveren op tot dekstieren. [gedaagde] exploiteert een melkveehouderij.

1.2. [eiser] c.s. hebben vanaf december 2000 regelmatig stierkalveren van [gedaagde] gekocht. In september 2009 hebben [eiser] c.s. drie stierkalveren gekocht van [gedaagde], waaronder het stierkalf [[naam kalf]. Dit kalf is op 30 oktober 2009 aan [eiser] c.s. geleverd. [eiser] c.s. hebben het kalf bijgeplaatst in hun ligboxenstal.

1.3. In de loop van de winter 2009/2010 werden [eiser] c.s. geconfronteerd met meer problemen met hun veestapel dan in andere jaren. Naar aanleiding daarvan zijn diverse onderzoeken binnen het bedrijf van [eiser] c.s. verricht en op 21 juni 2010 werd het Bovine Virus Diarre (BVD) op hun bedrijf geconstateerd. Uiteindelijk is aangetoond dat het virus afkomstig was van het stierkalf [[naam kalf].

1.4. De geconsulteerde dierenarts H.W. [dierenarts] te Veenendaal heeft daarover bij brief van 19 juli 2010 geschreven:

“Na geconsulteerd te zijn op het rundveebedrijf van de fam. [eiser] (…) naar aanleiding van een “abortus-storm” (tot op heden 15 koeien), hebben we een onderzoek ingesteld. Gebleken is dat een infectie met het BVD virus zeer waarschijnlijk de oorzaak is geweest van deze problematiek (zie bijlage).

Uit het bloed- en tankmelk onderzoek van 21-06-2010 kwam naar voren dat er één rund met BVD virus op het bedrijf aanwezig was, nl. NL 529010054. Dit dier, een stier geboren op 26-09-2009, is op 30-10-2009 aangekocht van J. en G. [gedaagde]. Om definitief aan te tonen dat dit een BVD drager is, is dit dier na 3 weken (13-07-2010) opnieuw onderzocht op BVD virus. Ook bij dit onderzoek bleek het dier BVD virus in het bloed te hebben. Hieruit concluderen wij dat dit een BVD drager betreft. Aangezien BVD dragers alleen maar als zodanig geboren kunnen worden en dus niet bij leven BVD drager kunnen worden door besmetting, is duidelijk geworden dat het dier reeds besmet was bij aankoop”.

1.5. Bij brief van 1 februari 2011 heeft de rechtsbijstandsverzekeraar van [eiser] c.s. [gedaagde] aansprakelijk gesteld voor de geleden/te lijden schade van [eiser] c.s. als gevolg van de levering door [gedaagde] van het besmette stierkalf.

1.6. [gedaagde] heeft zijn aansprakelijkheidsverzekeraar (Univé) ingeschakeld. In opdracht van Univé heeft A. Reijneveld, agrarisch expert, op 8 maart 2011 een expertiserapport uitgebracht en op 12 september 2012 een vervolg-expertiserapport. In het eerste rapport staat onder meer dat het bedrijf van [gedaagde] “niet officieel gecertificeerd vrij van BVD is” en dat de status met betrekking tot BVD binnen het bedrijf van [eiser] c.s. onbekend was en dat daartegen ook niet werd gevaccineerd.

1.7. Over het BVD-virus heeft Reijneveld onder andere in zijn eerste rapport het volgende geschreven:

“Op ongeveer 20-25% van de melkveebedrijven is het BVD virus actief, dat wil zeggen dat er viruscirculatie is. Dat hoeft niet per definitie te betekenen dat er ook een virusdrager loopt maar de kans is dan wel groot. Bij vleesbedrijven is dat percentage hoger, te weten circa 35%.

Omdat een BVD infectie (en dus ook BVD dragers) veel schade geven is er een bestrijdingsprogramma op vrijwillige basis. Dat programma houdt in het kort in dat door een compleet koppelonderzoek alle eventuele dragers uit de kudde worden verwijderd en vervolgens wordt die vrije status bewaakt. Dat kan d.m.v. virusonderzoek bij de kalveren vanaf 1 maand oud. De tweede mogelijkheid is door tweemaal per jaar onderzoek op afweerstoffen bij 5 dieren tussen 8 en 12 maanden. Deze bewaking heeft als doel een eventuele omslag z.s.m. te ontdekken. Dit BVD-virusvrij programma wordt aangeboden door de GD die ook de bewaking aansturen.

Gezien de grote schade die een BVD infectie geeft, wordt er steeds meer gebruik gemaakt van het bovenstaande programma om de bedrijven BVD vrij te krijgen. In de vakpers wordt er ook vrij veel aandacht aan BVD geschonken en er wordt voorlichting gegeven...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT