Kort geding van Rechtbank Oost-Nederland, 22 de Enero de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak22 de Enero de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Oost-Nederland

RECHTBANK OOST-NEDERLAND

Team kanton en handelsrecht

Zittingsplaats Almelo

zaaknummer: C/08/134056 / KG ZA 12-275

datum vonnis: 22 januari 2013

Vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Oost-Nederland, rechtdoende in kort geding, in de zaak van:

  1. [eiser sub 1],

    wonende te [plaats],

    verder te noemen [eiser sub 1],

  2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    Privatescan B.V.,

    gevestigd te Hengelo,

    verder te noemen Privatescan,

  3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    Amsa Beheer B.V.,

    gevestigd te Hengelo,

    verder te noemen Amsa,

  4. [eiseres sub 4]

    wonende te [plaats],

    verder te noemen [eiseres sub 4],

    eisers,

    verder gezamenlijk (in het enkelvoud) te noemen [eiser sub 1 c.s.],

    advocaat: mr. P. Benders te Enschede,

    tegen

    de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid

    Prescan B.V.,

    gevestigd te Hengelo,

    gedaagde,

    verder te noemen Prescan,

    advocaat: mr. T. Geerlof te Rotterdam.

  5. Het procesverloop

    1.1. [Eiser sub 1 c.s.] heeft gevorderd als vermeld in de dagvaarding. Prescan heeft geconcludeerd voor antwoord en tevens een incidentele conclusie houdende exceptie van onbevoegdheid ingediend.

    1.2. De zaak is behandeld ter terechtzitting van 9 januari 2013. Ter zitting zijn verschenen [eiser sub 1] en [eiseres sub 4], mede namens Privatescan en Amsa, vergezeld van mr. P. Benders en mr. R.J. Leijssen. Namens Prescan is verschenen de heer [H], vergezeld van mr. T. Geerlof en mr. W.J.H. Leppink. De standpunten van beide partijen zijn toegelicht door middel van pleitnota’s. [Eiser sub 1 c.s.] heeft zijn eis gewijzigd in die zin dat hij niet langer opheffing van de conservatoire beslagen vordert.

    1.3. Het vonnis is bepaald op vandaag.

  6. De vaststaande feiten

    2.1. Bij vonnis van de rechtbank ’s-Gravenhage van 22 augustus 2012 (onder zaaknummer 403216 / HA ZA 11-2417) is [eiser sub 1] (in privé) – onder meer – bevolen om de mededeling ‘Privatescan is marktleider’ te staken en gestaakt te houden. Aan de veroordeling is een dwangsom verbonden van € 10.000 voor iedere overtreding, te vermeerderen met € 5.000,00 per dag dat de overtreding voortduurt, met een maximum aan in totaal te verbeuren dwangsommen van € 250.000,00. Door [eiser sub 1] is hoger beroep ingesteld tegen dit vonnis. Op dit hoger beroep is nog niet beslist.

    2.2. In elk geval van 25 oktober 2012 tot en met 19 november 2012 stond er op het LinkedIn profiel dat op naam staat van ‘[eiser sub 1]’ de zinsnede: ‘Privatescan is marktleider’.

    2.3. Op 21 november 2012 heeft Prescan [eiser sub 1] gesommeerd tot betaling van

    € 250.000,00 aan – volgens Prescan verbeurde - dwangsommen. Vervolgens heeft Prescan executoriaal (derden)beslag gelegd op diverse aan [eiser sub 1] toebehorende goederen, aandelen en vorderingsrechten.

  7. De standpunten van partijen

    Het standpunt van [eiser sub 1 c.s.]

    3.1. [Eiser sub 1 c.s.] vordert – na wijziging van eis - primair dat Prescan wordt bevolen de executie van de dwangsommen te staken en gestaakt te houden, voor zover deze executie betrekking heeft op de zin ‘Privatescan is markleider’ zoals deze is geplaatst op LinkedIn. Daarnaast vordert [eiser sub 1] dat de naar aanleiding van die dwangsommen door Prescan gelegde executoriale beslagen worden opgeheven dan wel dat Prescan wordt bevolen die beslagen op te heffen, onder verbeurte van een dwangsom. Daarbij vordert [eiser sub 1 c.s.] tevens dat Prescan wordt veroordeeld om medewerking te verlenen aan de ongedaanmaking van de (gevolgen van de) gelegde beslagen.

    Subsidiair vordert [eiser sub 1 c.s.] dat het Prescan wordt verboden om over te gaan tot inning en executie van de dwangsommen, althans de executie te schorsen totdat in hoger beroep op het vonnis van de Rechtbank ’s-Gravenhage is beslist. Meer subsidiair vordert [eiser sub 1 c.s.] de verbeurde dwangsommen te matigen tot nihil en nog meer subsidiair dat Prescan de executie tijdelijk moet staken en geen dwangsommen mag innen totdat door de rechtbank ’s-Gravenhage als dwangsommenrechter op de vordering van [eiser sub 1 c.s.] als bedoeld in artikel 611d Rv is beslist. Tot slot heeft [eiser sub 1 c.s.] gevorderd dat Prescan wordt veroordeeld in de proceskosten.

    3.2...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT