Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 30 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak30 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Sector Civiel recht

Zaaknummer : 200.096.391/01

Zaak- en rolnummer rechtbank : 84603 / HA ZA 09-2925

Arrest van 30 oktober 2012

inzake

TEN BRINKE ENTER PROJECTONTWIKKELING B.V.,

gevestigd te Varsseveld, gemeente Oude IJsselstreek,

appellante in het principaal hoger beroep, verweerster in het incidenteel hoger beroep,

hierna te noemen: Ten Brinke,

advocaat: mr. J.P. Heering te 's-Gravenhage,

tegen

POLS VASTGOED B.V.,

gevestigd te Dordrecht,

geïntimeerde in het principaal hoger beroep, appellante in het incidenteel hoger beroep,

hierna te noemen: Pols,

advocaat: mr. H.A.H.W. Meijer te Dordrecht.

Het geding

Bij exploot van 14 oktober 2011 is Ten Brinke in hoger beroep gekomen van het door de rechtbank Dordrecht tussen partijen gewezen vonnis van 31 augustus 2011. Bij memorie van grieven (met producties) heeft zij acht grieven aangevoerd, die door Pols bij memorie van antwoord zijn bestreden. Bij dit processtuk heeft Pols tevens in incidenteel appel twee grieven aangevoerd, die door Ten Brinke bij memorie van antwoord in incidenteel appel tegengesproken zijn. Ter zitting van 8 oktober 2012, waarvan proces-verbaal is opgemaakt, hebben partijen de zaak doen bepleiten, Ten Brinke door mr. B. Martens, advocaat te 's-Hertogenbosch, en Pols door mr. Meijer voornoemd. Tot slot hebben partijen arrest gevraagd.

Beoordeling van het hoger beroep

1 Ten Brinke heeft mede grieven aangevoerd tegen het tussen partijen gewezen tussenvonnis van 15 september 2010, zodat het hof ervan uitgaat dat het hoger beroep zich mede tot dat tussenvonnis uitstrekt. Ook Pols heeft een grief tegen het tussenvonnis geformuleerd.

2 De rechtbank heeft in het tussenvonnis sub 2.1 tot en met 2.5 de belangrijkste feiten geresumeerd. Partijen hebben daartegen geen bezwaren aangevoerd, zodat deze samenvatting ook het hof tot uitgangspunt dient. Met inachtneming hiervan gaat het in dit geding in hoofdzaak om het volgende.

2.1 Partijen hebben in augustus 2007 een koopovereenkomst gesloten betreffende een perceel onbebouwde grond (hierna: het perceel), gelegen nabij de Mijlweg in Dordrecht, in eigendom toebehorend aan Pols. Ten Brinke had de intentie het perceel te gebruiken voor de bouw van een bedrijfsruimte, bestemd voor verhuur en/of verkoop aan een derde. De levering zou plaatsvinden nadat alle vergunningen e.d. die voor de bouw en het gebruik van het door Ten Brinke beoogde bouwplan nodig waren, afgegeven en onherroepelijk geworden zouden zijn.

2.2 De Mijlweg ligt ten westen van de rijksweg A16 en loopt ter plaatse daaraan parallel. Het perceel is het meest noordelijke van een aantal door Pols tot ontwikkeling gebrachte percelen, die ontsloten zijn via een eveneens door Pols aangelegde parallelweg langs de Mijlweg. Deze parallelweg is aangesloten op de Kilkade, die uitweegt op de Mijlweg. Op het naastgelegen perceel (zuidzijde) is een Gamma-bouwmarkt gevestigd.

Aan de westzijde grenst het perceel deels aan de Wilhelminahaven en deels aan een kade, die bereikt kan worden via een aan de noordzijde grenzende, aan de gemeente Dordrecht toebehorende ontsluitingsweg (hierna: de kadeweg). Dit is, volgens mededeling van partijen, een openbare weg die bedoeld is voor scheepspersoneel dat via genoemde kade van en aan boord van schepen wil gaan die daar afgemeerd zijn. De...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT