Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 5 de Septiembre de 2008

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 5 de Septiembre de 2008
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

arrestnummer:

parketnummer: 23-001702-08

datum uitspraak: 5 september 2008

TEGENSPRAAK

ARREST VAN HET GERECHTSHOF TE AMSTERDAM

gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van de rechtbank Haarlem van 19 maart 2008 in de strafzaak onder parketnummer 15-801383-07 van het openbaar ministerie

tegen

(verdachte)

geboren te (geboorteplaats) op (geboortedatum),

ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens op het adres

(adres),

thans gedetineerd in (naam).

Onderzoek van de zaak

Dit arrest is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting in eerste aanleg van 5 maart 2008 en op de terechtzittingen in hoger beroep van 3 juni 2008 en 28 augustus 2008.

Het hof heeft kennis genomen van de vordering van de advocaat-generaal en van hetgeen door de verdachte en de raadsman naar voren is gebracht.

Tenlastelegging

Aan de verdachte is ten laste gelegd hetgeen vermeld staat in de inleidende dagvaarding. Van die dagvaarding is een kopie in dit arrest gevoegd. De daarin vermelde tenlastelegging wordt hier overgenomen.

Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, leest het hof deze verbeterd. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.

De ontvankelijkheid van het openbaar ministerie

De raadsman van verdachte heeft ter terechtzitting in hoger beroep betoogd dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk dient te worden verklaard in de vervolging. Hij heeft daartoe aangevoerd dat de verdediging op twee momenten de kans is ontnomen om de onschuld van verdachte te bewijzen.

Ten eerste heeft het openbaar ministerie het door de verdediging verzochte onderzoek naar de videobeelden op de luchthaven van Punta Cana te laat ingesteld, waardoor de bedoelde beelden reeds waren vernietigd en het onderzoek dus niet meer kon plaatsvinden. Volgens de verdediging konden de beelden de stelling van verdachte dat hij geen koffer had ingecheckt, bevestigen.

Voorts is naar de mening van de verdediging te vroeg ingegrepen in het drugstransport. Verdachte en de koffer hadden moeten worden gevolgd tot Rome, alwaar dan kon worden bezien of verdachte daadwerkelijk de koffer van de band zou halen en dus iets met het drugstransport te maken had. Door de drugs reeds op Schiphol te onderscheppen, heeft de marechaussee de kans verspeeld om een werkelijk bij het transport betrokkene te betrappen. De verdachte zou dan in het geheel niet in beeld zijn geweest.

Het hof overweegt hieromtrent als volgt.

Voorop staat dat...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT