Hoger beroep van Council of State (Netherlands), Gravenhage, February 25, 2013
Datum uitspraak | 2013-02-25 |
Uitgevende instantie: | 's-Gravenhage |
201113468/1/V4.
Datum uitspraak: 25 februari 2013
RAAD VAN STATE
AFDELING
BESTUURSRECHTSPRAAK
Uitspraak met toepassing van artikel 8:54, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: de Awb) op het hoger beroep van:
de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel,
appellant,
tegen de uitspraak van de rechtbank 's Gravenhage, nevenzittingsplaats Rotterdam, van 1 december 2011 in zaak nr. 11/13913 in het geding tussen:
[de vreemdeling]
en
de minister voor Immigratie en Asiel.
Procesverloop
Bij besluit van 25 maart 2011 heeft de minister voor Immigratie en Asiel een aanvraag van de vreemdeling om haar een verblijfsvergunning asiel voor onbepaalde tijd te verlenen, afgewezen. Dit besluit is aangehecht.
Bij uitspraak van 1 december 2011 heeft de rechtbank het daartegen door de vreemdeling ingestelde beroep gegrond verklaard, dat besluit vernietigd en bepaald dat de minister voor Immigratie en Asiel een nieuw besluit op de aanvraag neemt met inachtneming van hetgeen in de uitspraak is overwogen. Deze uitspraak is aangehecht.
Tegen deze uitspraak heeft de minister voor Immigratie, Integratie en Asiel, thans: de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie (hierna: de staatssecretaris), hoger beroep ingesteld. Het hogerberoepschrift is aangehecht.
De vreemdeling heeft een verweerschrift ingediend.
Vervolgens is het onderzoek gesloten.
Overwegingen
1. Onder de staatssecretaris wordt tevens verstaan: diens rechtsvoorgangers.
2. In zijn grieven klaagt de staatssecretaris dat de rechtbank, in het kader van het beroep van de vreemdeling op artikel 29, eerste lid, aanhef en onder c, van de Vreemdelingenwet 2000 (hierna: de Vw 2000), ten onrechte heeft overwogen dat de staatssecretaris zich ten onrechte op het standpunt heeft gesteld dat de vreemdeling niet aannemelijk heeft gemaakt dat haar ouders zijn overleden bij de aanval op Gatumba op 13 augustus 2004, als gevolg van de handelingen van de Forces Nationales pour la Libération (hierna: de FNL), de Mayi-Mayi en de ex-FAR/Interahamwe. De staatssecretaris betoogt dat de rechtbank aldus niet heeft onderkend dat de vreemdeling heeft verklaard dat haar ouders niet in het vluchtelingenkamp in Gatumba verbleven en dat zij niet weet wie verantwoordelijk zijn voor hun dood. Voorts voert de staatssecretaris aan dat de namen van de ouders van de vreemdeling niet op de lijst van slachtoffers zijn vermeld. Bovendien was de aanval op 13 augustus 2004 volgens de staatssecretaris met name op Congolese Tutsi's...
Om verder te lezen
PROBEER HET UIT