Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 28 de Febrero de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak28 de Febrero de 2013
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Kenmerken 11/00492, 11/00493 en 11/00494

28 februari 2013

uitspraak van de vierde meervoudige belastingkamer

op de hogere beroepen van partijen tegen de uitspraak in de zaken met kenmerken

AWB 10/2867 en 10/2868 van de rechtbank Haarlem (hierna: de rechtbank) in het geding tussen

X, belanghebbende,

en

de inspecteur van de Belastingdienst/Amsterdam,

de inspecteur.

  1. Ontstaan en loop van het geding

    1.1.1. De inspecteur heeft met dagtekening 10 december 2009 aan belanghebbende voor het jaar 2004 een navorderingsaanslag opgelegd in de inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen (hierna: IB) naar een belastbaar inkomen uit - uitsluitend - werk en woning van € 60.567 en een premie-inkomen van € 29.543, alsmede tegelijkertijd bij beschikking een vergrijpboete opgelegd van € 4.050.

    1.1.2. De inspecteur heeft met dagtekening 10 december 2009 aan belanghebbende voor het jaar 2005 een aanslag opgelegd in de IB naar een belastbaar inkomen uit werk en woning van € 64.547 en een belastbaar inkomen uit sparen en beleggen van € 8.501, een premie-inkomen van € 30.357, alsmede tegelijkertijd bij beschikking een vergrijpboete opgelegd van € 7.064 en een verzuimboete van € 113.

    1.2.1. Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de inspecteur bij uitspraak, gedagtekend

    6 mei 2010, de navorderingsaanslag 2004 en de boetebeschikking gehandhaafd.

    1.2.2. Na daartegen gemaakt bezwaar heeft de inspecteur bij uitspraak, gedagtekend

    6 mei 2010, de aanslag 2005 en de boetebeschikkingen gehandhaafd.

    1.3. Het beroep inzake de navorderingsaanslag 2004 is bij de rechtbank geregistreerd onder kenmerk AWB 10/2867 en het beroep inzake de aanslag 2005 onder kenmerk AWB 10/2868. Bij uitspraak van 28 april 2011 heeft de rechtbank de door belanghebbende ingestelde beroepen gegrond verklaard, de uitspraken op bezwaar vernietigd, de navorderingsaanslag IB 2004 en de vergrijpboetes 2004 en 2005 vernietigd, de aanslag IB 2005 verminderd tot een aanslag waarbij het inkomen uit werk en woning verminderd is tot € 49.297 en bepaalt dat die uitspraak in zoverre in de plaats treedt van het vernietigde besluit.

    1.4.1. De tegen deze uitspraak door de inspecteur ingestelde hogere beroepen (betreffende de zaken met kenmerken AWB 10/2867 en 10/2868) zijn bij het Hof binnengekomen bij faxbericht van 1 juni 2011 en aangevuld bij brief van 6 juni 2011. Belanghebbende heeft een verweerschrift ingediend.

    1.4.2. Belanghebbende heeft hoger beroep (betreffende de zaak met kenmerk AWB 10/2868) ingesteld bij faxbericht van 6 juni 2011, nader aangevuld bij brief van 21 juli 2011. De inspecteur heeft een verweerschrift ingediend.

    1.5. Op 20 november 2012 en 29 november 2012 zijn nadere stukken ontvangen van de inspecteur. Deze zijn in afschrift verstrekt aan de wederpartij.

    1.6. Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 11 december 2012. Van het verhandelde ter zitting is een proces-verbaal opgemaakt dat met deze uitspraak wordt meegezonden.

    1.7. Op 11 december 2012 heeft de inspecteur – op een door de voorzitter ter zitting gedaan verzoek - een kopie van het gehele verslag van het ‘woonplaatsonderzoek’ (zie onder 2.11) aan het Hof doen toekomen. Belanghebbende heeft hiervan per brief van 13 december 2012 een afschrift ontvangen en er niet meer op gereageerd.

    Partijen hebben afgezien van een nadere mondelinge behandeling.

  2. Feiten

    Het Hof vindt aanleiding de feiten als volgt zelfstandig vast te stellen.

    2.1. Belanghebbende is directeur en enig aandeelhouder van A Holding B.V. (verder ook A BV) en verricht voor deze vennootschap werkzaamheden.

    Belanghebbende had in 2005 een vordering op A BV van (gemiddeld) € 656.327.

    A BV houdt de aandelen in B B.V. (verder ook B BV) en A Administratiekantoor B.V. (verder ook A BV).

    A BV is een middelgroot financieel adviesbureau dat zich globaal richt op het financieel en bedrijfseconomisch begeleiden en adviseren van (startende) ondernemers en het verzorgen van fiscale aangiftes inkomstenbelasting, vennootschapsbelasting, omzetbelasting, loonbelasting en dividendbelasting.

    Het hoogst genoten loon van een werknemer van A BV bedroeg in 2005 € 81.449.

    B BV bezit onroerende zaken.

    2.2. Belanghebbende heeft een huurwoning in C aan de […]straat 22 (verder de C woning).

    2.3. Belanghebbende heeft in 2000 grond gekocht in D en daarop een woning laten bouwen (verder de D woning). De D woning is vanaf eind 2003 bewoonbaar en sedertdien verblijft belanghebbende er met tussenpozen.

    2.4. Belanghebbende heeft in zijn aangifte IB 2004 € 22.494 als ‘Betaalde rente en kosten eigen-woningschuld’ op zijn inkomen in aftrek gebracht.

    Het aangiftebiljet IB 2004 bevat onder meer de tekst:

    “Aangifte doen over het jaar 2004

    Dit voorblad vormt samen met bijgevoegde aangiftebladen uw aangifte inkomstenbelasting”

    Op onder andere het aangifteblad betreffende de eigen woning staat:

    “Stuur alleen ingevulde aangiftebladen terug naar de Belastingdienst”

    De aangiftebiljetten IB 2001 tot en met 2003 bevatten een vergelijkbare tekst.

    2.5. Met de aangifte IB 2004 heeft belanghebbende een document meegestuurd, getiteld “Berekening inkomstenbelasting en premieheffing 2004”. Op blad 2 van dit document staat:

    “Overzicht inkomsten eigen woning

    Huurwaarde eigen woning E 3.825

    Hypotheekrente en kosten van geldleningen voor de eigen woning E -22.494

    Totaal inkomsten eigen woning E -18.669

    Huurwaarde eigen woning

    Waarde . Huurw

    [..] D […] E 450.000 […] E 3.825”

    De bij de aangiftebiljetten inkomstenbelasting 2001 tot en met 2003 gevoegde documenten bevatten een vergelijkbare tekst.

    Op de tot de gedingstukken behorende kopieën van die documenten heeft de Belastingdienst een nummer afgedrukt, hetgeen inhoudt dat de Belastingdienst deze documenten (automatisch) gescand heeft.

    2.6. De aanslag IB 2004 is conform de ingediende aangifte vastgesteld.

    2.7. Naar aanleiding van de aangifte IB 2006 heeft de inspecteur vragen gesteld aan belanghebbende over zijn hoofdverblijf en de reden voor het in de aangifte in aanmerking nemen van hypotheekrente voor de D woning.

    2.8. Op 31 augustus 2009 is aan de D belastingautoriteiten een verzoek om informatie gezonden. Op 28 oktober 2009 kwam bij inspecteur het op 20 oktober 2009 gedateerde antwoord binnen. De inspectora dl Equipo de Informacion verstrekte onder meer de volgende informatie:

    - Belanghebbende is vanaf 2 augustus 2004 geregistreerd op het adres […], […], […]

    - Belanghebbende heeft nimmer aangifte in D gedaan.

    - Belanghebbende is de vertegenwoordiger en enige bestuurder van E, een onderneming de zich bezighoudt met vastgoed.

    - E is eigenaar van een onbebouwd perceel aan de […], […], […], […].

    - Belanghebbende is eigenaar van een onroerende zaak aan de […], […], […], […].

  3. 9. In een brief van 29 augustus 2008 aan de Belastingdienst schrijft belanghebbende, voor zover hier van belang, het volgende:

    “Ik heb mijn arbeidsovereenkomst met A administratiekantoor BV (voorheen de naam van A Holding) uit 1990 bijgevoegd en een aanhangsel dat ik in 2004 heb gemaakt. In de praktijk komt het er op neer dat ik maximaal zo’n 16 uur actief ben ten behoeve van A Holding BV. De Vastgoed tak wordt beheerd extern, (Post vastgoed beheer) en voor ontwikkelingen en verbouwingen heb ik iemand aangenomen. Dat wordt verloont in A Holding BV. Natuurlijk ben ik ook ondernemer en maak ik ook wel eens wat meer uren dan 16. Daarnaast zijn er ook weken dat ik er niet ben en geen enkel uur werk. Mijn kantoor functie wordt dan waargenomen door mijn secretaresse die al vanaf 1992 bij mij werkzaam is. (…)

    Mijn loon heeft betrekking op alle werkzaamheden ten behoeve van alle vennootschappen.

    (…)

    Voor wat de schaarse en hoogwaardige deskundigheid betreft bericht ik U dat nadat B […] BV verlies had geleden bij een tweetal verbouwingen, mijn mede aandeelhouder (In B Holding BV) en ik hebben besloten om de bouwbegeleiding en ontwerp daarvan volledig in eigen beheer te gaan doen. Normaal huur je daar aannemers en architecten voor in. Dit zijn werkzaamheden die ik niet kan uitvoeren en vereisen specialistische kennis. Het gaat hierbij om het maken van (bouw)tekeningen, bouw begrotingen en het begeleiden van het bouwproces ter plaatse. Deze kennis is schaars en vereist een deskundigheid die moeilijk te vinden is. Daarbij komt dat het verlonen bedrijfseconomisch goedkoper is dat het extern inhuren van deze kennis. Belangrijk in dit kader is het feit dat deze kennis zich vaak moeilijk laat verenigen in een persoon.

    Voor wat betreft mijn werkzaamheden bij A Holding BV kan ik u berichten dat deze bestaan uit het aankopen/verkopen van vastgoed, contacten met banken en andere financiële instellingen. Het aansturen van de verantwoordelijke personen bij A Holding BV. Meer de helikopterview dus. Medewerkers zijn niet zelfstandig bevoegd om vastgoed te kopen. Ik neem de eindbeslissingen. De ontwerpen, gesprekken met de gemeente(n) aannemers en het bezoeken van de bouwplaatsen doe ik niet zelf. Daar gaat ook de meeste tijd inzitten. De verkoop van projecten wordt altijd uitbesteed aan een makelaar (extern). Bij A administratiekantoor worden alle werkzaamheden door anderen uitgevoerd.”

    2.10. In een brief van 28 oktober 2008 aan de Belastingdienst schrijft belanghebbende, voor zover hier van belang, het volgende:

    “Met betrekking tot de alinea waarin u schrijft over B Holding BV bericht ik U dat de omschrijvingen zoals ik die heb gegeven in mijn schrijven van 29 augustus j.l. tevens betrekking hebben op B Holding BV. De gehele structuur van mijn groep betreft een aantal vennootschappen waarvan het merendeel is opgericht specifiek voor vastgoed en/of monumentaal vastgoed. A Holding BV is natuurlijk een holdingmaatschappij waar niet zo veel arbeid te verrichten is, dus alle arbeid heeft te maken m.b.t. de dochters die gezien kunnen worden als één geheel.”

    2.11. De inspecteur heeft in september/oktober 2009 een onderzoek naar de woonplaats van belanghebbende laten instellen. De onderzoekers kregen “inzage in de bankgegevens en creditcardoverzichten van 2005 tot...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT