Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 5 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 5 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF ’s-GRAVENHAGE

Sector Civiel recht

Uitspraak : 5 december 2012

Zaaknummer : 200.103.880/01

Rekestnummer rechtbank : 85123 FA RK 10-7094/88199

[verzoeker],

wonende te [woonplaats],

verzoekster , tevens incidenteel verweerster, in hoger beroep,

hierna te noemen: de vrouw,

advocaat mr. V.K.S. Deetman te Dordrecht,

tegen

[verweerder],

wonende te [woonplaats],

verweerder , tevens incidenteel verzoeker, in hoger beroep,

hierna te noemen: de man,

advocaat mr. A. Elias te Oisterwijk.

PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

De vrouw is op 13 maart 2012 in hoger beroep gekomen van de beschikking van 14 december 2011 van de rechtbank Dordrecht (hierna: de bestreden beschikking).

De man heeft op 23 mei 2012 een verweerschrift ingediend.

Bij het hof zijn voorts de volgende stukken ingekomen:

van de zijde van de vrouw:

- op 13 juli 2012 een brief van 11 juli 2012 met bijlagen;

van de zijde van de man:

- op 17 oktober 2012 een brief van 16 oktober 2012 met bijlagen.

De zaak is op 19 oktober 2012 mondeling behandeld ten overstaan van mr. Labohm, raadsheer-commissaris.

Ter zitting waren aanwezig:

- de advocaat van de vrouw;

- de man, bijgestaan door zijn advocaat;

De vrouw is, hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen, niet verschenen.

PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN

Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de tussenbeschikking van 9 maart 2011 van de rechtbank Dordrecht (hierna ook: de tussenbeschikking) en naar de bestreden beschikking.

Bij de bestreden beschikking heeft de rechtbank - voor zover hier van belang - de wijze van verdeling van de huwelijksgemeenschap gelast zoals neergelegd in rechtsoverweging 3.23 f, g, k, l, m, n, o, en p van de tussenbeschikking en zoals neergelegd in rechtsoverweging 2.2 onder a, b, c, d, e, en j van de eindbeschikking.

Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daartegen in hoger beroep niet is opgekomen.

BEOORDELING VAN HET HOGER BEROEP

In geding brengen van stukken

  1. Het hof overweegt vooreerst dat het de brief met bijlagen van 16 oktober 2012 van de zijde van de man bij de behandeling van het hoger beroep in aanmerking zal nemen nu de inhoud daarvan weinig omvangrijk en makkelijk te doorgronden is.

    Het geschil

  2. In geschil zijn ter zake van de verdeling van de huwelijksgemeenschap:

    de woning te Curaçao;

    de naamloze vennootschap: N.V. [bedrijfsnaam] te Suriname;

    de onderneming van de vrouw in Nederland;

    de nalatenschap van de moeder van de vrouw;

    de inboedel.

    Het verzoek van de vrouw

  3. De vrouw verzoekt bij beschikking, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de opgenomen eindbeslissing in de bestreden beschikking, althans de eindbeslissing waarbij de rechtbank de wijze gelast van de verdeling van de huwelijksgemeenschap zoals neergelegd in rechtsoverweging 3.23 van de beschikking van 9 maart 2011 en rechtsoverweging 2.2 onder a, b, c, d, en j van de bestreden beschikking (beiden met hetzelfde kenmerk) te vernietigen, en voor zover mogelijk:

    - te bepalen dat tot de bestanddelen van de huwelijksgoederengemeenschap behoren de bestanddelen genoemd in overweging 3.23 van de beschikking van 9 maart 2012, onder e tot en met p en

    - de verzoeken van de man betrekking hebbende op de bestanddelen a tot en met d genoemd in overweging...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT