Eerste aanleg - meervoudig van Centrale Raad van Beroep, 2 de Mayo de 2013

Datum uitspraak 2 de Mayo de 2013
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

11/5423 WUV

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

Uitspraak in het geding tussen:

Partijen:

de erven van [ betrokkene] te Australië (appellanten)

de Raad van bestuur van de Sociale verzekeringsbank (verweerder)

PROCESVERLOOP

[ betrokkene] (betrokkene) heeft beroep ingesteld tegen het besluit van verweerder van

26 mei 2011, kenmerk BZ01277054 (bestreden besluit). Dit betreft de toepassing van de Wet uitkeringen vervolgingsslachtoffers 1940-1945 (Wuv).

Op 12 februari 2012 is betrokkene overleden. Het geding is voortgezet door appellanten.

Verweerder heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 28 maart 2013. Appellanten zijn, met voorafgaand bericht, niet verschenen. Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door A.T.M. Vroom-van Berckel.

OVERWEGINGEN

  1. Op grond van de gedingstukken en het verhandelde ter zitting gaat de Raad uit van de volgende hier van belang zijnde feiten en omstandigheden.

    1.1. Betrokkene, geboren [in] 1930, heeft in juni 2010 verzocht om een periodieke uitkering en voorzieningen op grond van de Wuv. Bij besluit van 24 november 2010 is betrokkene erkend als vervolgde in de zin van de Wuv. Aanvaard is dat de psychische klachten van betrokkene in verband staan met de vervolging. De lichamelijke klachten van betrokkene zijn als niet-causaal beoordeeld. Aan betrokkene zijn een vergoeding voor de kosten van huishoudelijke hulp en een tegemoetkoming in de kosten van deelname aan het maatschappelijk verkeer toegekend. De aanvraag is afgewezen voor zover deze zag op toekenning van een periodieke uitkering. Verweerder heeft in dat verband het standpunt ingenomen dat de psychische klachten van betrokkene niet hebben geleid tot een verminderd functioneren ten opzichte van zijn leeftijdgenoten.

    1.2. Betrokkene heeft tegen het besluit van 24 november 2010 bezwaar gemaakt. Dit bezwaar is bij het bestreden besluit ongegrond verklaard.

  2. Betrokkene heeft in beroep naar voren gebracht dat zijn psychische klachten wel degelijk tot een verminderd functioneren ten opzichte van zijn leeftijdgenoten hebben geleid en dat hem daarom ten onrechte geen periodieke uitkering is toegekend. Hij heeft in dat verband melding gemaakt van een verkrachting gedurende zijn internering, waarover hij nooit eerder met iemand heeft gesproken.

  3. De Raad overweegt het volgende.

    3.1. Van verminderd functioneren ten opzichte van leeftijdgenoten in het kader van de Wuv is volgens het beleid van verweerder sprake als...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT