Voorlopige voorziening van Council of State (Netherlands), Voorzitter, 24 de Mayo de 2013

Datum uitspraak24 de Mayo de 2013
Uitgevende instantie:Voorzitter

201212068/3/R2.

Datum uitspraak: 24 mei 2013

AFDELING

BESTUURSRECHTSPRAAK

Uitspraak van de voorzitter van de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State op een verzoek om het treffen van een voorlopige voorziening (artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht) in het geding tussen:

[verzoeker], wonend te Voorthuizen, gemeente Barneveld,

en

de raad van de gemeente Barneveld,

verweerder.

Procesverloop

Bij besluit van 20 november 2012, kenmerk 12-90, heeft de raad het bestemmingsplan "Rijksweg 1" (hierna: het plan) vastgesteld.

Tegen dit besluit heeft [verzoeker] beroep ingesteld.

[verzoeker] heeft de voorzitter verzocht een voorlopige voorziening te treffen.

De voorzitter heeft het verzoek ter zitting behandeld op 17 april 2013, waar [verzoeker], vertegenwoordigd door mr. G.J. Hingstman, en de raad, vertegenwoordigd door mr. G.C. de Kruijff en M.M. van 't Veld, beiden werkzaam bij de gemeente, zijn verschenen. Voorts is ter zitting [belanghebbenden] vertegenwoordigd door mr. M. Klijnstra, advocaat te Amsterdam, als partij gehoord.

Overwegingen

  1. Het oordeel van de voorzitter heeft een voorlopig karakter en is niet bindend in de bodemprocedure.

  2. Het plan voorziet in een juridisch-planologisch kader voor de bouw van een bedrijfsgebouw ten behoeve van een automotorenrevisiebedrijf aan de [locatie] te Voorthuizen (hierna: het perceel). Daartoe is in het plan aan het perceel de bestemming "Bedrijf-Niet-agrarisch" met de aanduiding 'garage' met de specificatie 'reparatie van specifieke auto-onderdelen' en de aanduiding milieucategorie 2 toegekend.

  3. [verzoeker] betoogt dat het voorziene bedrijfsgebouw niet past in het landelijk gebied. In dit verband voert [verzoeker] aan dat de raad terug komt op zijn eerdere besluit het plan niet vast te stellen omdat het plan niet passend werd geacht in het landelijk gebied. Volgens [verzoeker] heeft de raad in het bestreden besluit onvoldoende gemotiveerd dat de voorziene bouwmogelijkheid nu wel passend kan worden geacht binnen het landelijk gebied.

    3.1. De raad stelt zich op het standpunt dat het voorziene bedrijfsgebouw past in het landelijk gebied, nu het perceel al in het voorgaande bestemmingsplan "Buitengebied 2000" als niet-agrarisch bedrijf bestemd is en ook als zodanig in gebruik is genomen.

    3.2. De voorzitter overweegt dat het perceel in het voorgaande bestemmingsplan "Buitengebied 2000" de bestemming "Niet-agrarische bedrijven" met de aanduiding 'automobielbedrijf' had. Niet in geschil is dat het perceel als zodanig in gebruik is genomen. [verzoeker] heeft niet aannemelijk gemaakt dat de afmetingen van het in het plan voorziene...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT