Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Den Haag, 6 de Junio de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak 6 de Junio de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Den Haag

RECHTBANK DEN HAAG

Meervoudige Kamer

Rekestnummer: FA RK 13-1853

Zaaknummer: C/09/438672

Datum beschikking: 6 juni 2013

Internationale kinderontvoering

Beschikking op het op 8 maart 2013 ingekomen verzoek van:

[de vader],

de vader,

wonende te Venezuela,

advocaat: mr. A.J. van Steensel te Den Haag.

Als belanghebbende wordt aangemerkt:

[de moeder],

de moeder,

wonende te [woonplaats],

advocaat: mr. E.J.A. van den Hoogen te Oss.

Procedure

De rechtbank heeft kennisgenomen van de stukken, waaronder:

- het verzoekschrift;

- de brief d.d. 29 maart 2013, met bijlagen, van de zijde van de vader;

- de brief d.d. 12 april 2013 van de zijde van de moeder;

- de brief d.d. 16 april 2013, met bijlagen, van de zijde van de vader;

- het verweerschrift.

Op 18 april 2013 is de zaak ter terechtzitting van deze rechtbank behandeld. Hierbij zijn verschenen: de vader, vergezeld door de heer H. van Brandwijk, tolk in de Spaanse taal, en bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, bijgestaan door haar advocaat. Het betrof hier een regiezitting in het kader van crossborder mediation in internationale kinderontvoeringszaken met als behandelend rechter, tevens kinderrechter, mr. S.J. Hoekstra-van Vliet. Tijdens de regiezitting zijn partijen een contactregeling tussen de vader en de minderjarige overeengekomen voor de duur van de procedure. Deze contactregeling is neergelegd in een vaststellingsovereenkomst.

Op 18 april 2013 heeft de rechtbank een tussenbeschikking gegeven. In deze beschikking is de door partijen gesloten vaststellingsovereenkomst d.d. 18 april 2013 opgenomen en iedere verdere beslissing aangehouden.

Na de regiezitting hebben de vader en de moeder getracht door middel van crossborder mediation, gefaciliteerd door het Mediation Bureau, onderdeel van het Centrum Internationale Kinderontvoering, tot een minnelijke schikking te komen. Op 25 april 2013 heeft het Mediation Bureau de rechtbank bericht dat de mediation heeft geresulteerd in een vaststellingsovereenkomst met betrekking tot een internationale omgangsregeling, maar dat partijen het niet eens zijn geworden over de verblijfplaats van de minderjarige.

Bij brieven d.d. 26 april 2013 en 21 mei 2013 van de zijde van de vader zijn nadere producties overgelegd, waaronder genoemde vaststellingsovereenkomst.

De minderjarige is op 23 mei 2013 in raadkamer gehoord.

Op 23 mei 2013 is de behandeling ter terechtzitting van de meervoudige kamer voortgezet. Hierbij zijn verschenen: de vader, vergezeld door de heer H. van Brandwijk, tolk in de Spaanse taal, en bijgestaan door zijn advocaat, alsmede de moeder, bijgestaan door haar advocaat. Van de zijde van de vader zijn pleitnotities overgelegd.

Indien een verzoek of verweer gedeeltelijk of geheel is ingetrokken of aangepast, wordt in de beschikking uitsluitend melding gemaakt van het verzoek of verweer zoals dat thans luidt.

Daartoe is opgenomen de tekst 'zoals dat thans luidt' of 'thans nog'.

Verzoek en verweer

De vader heeft verzocht, met toepassing van artikel 13 van de Uitvoeringswet internationale kinderontvoering, de onmiddellijke terugkeer van na te melden minderjarige naar Venezuela te bevelen, althans de terugkeer van de minderjarige vóór een door de rechtbank in goede justitie te bepalen datum te bevelen, waarbij de moeder de minderjarige dient terug te brengen, dan wel - indien de moeder nalaat de minderjarige terug te brengen - te bepalen op welke datum de moeder de minderjarige met de benodigde geldige reisdocumenten aan de vader zal afgeven, zodat hij de minderjarige zelf mee...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT