Eerste aanleg - enkelvoudig van Rechtbank Leeuwarden, 20 de Diciembre de 2012

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak20 de Diciembre de 2012
Uitgevende instantie:Rechtbank Leeuwarden

RECHTBANK LEEUWARDEN

Sector bestuursrecht

zaaknummers: AWB 11/1699 en 11/1719

uitspraak van de enkelvoudige kamer van 20 december 2012 in de zaken tussen

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Terschellinger Stoomboot Maatschappij b.v., te West-Terschelling,

eiseres in de zaak met zaaknummer 11/1699 (hierna: TSM)

(gemachtigde: mr. J.M. Neefe, advocaat te Rotterdam),

en

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid Eigen Veerdienst Terschelling b.v., te Formerum,

eiseres in de zaak met zaaknummer 11/1719 (hierna: EVT)

(gemachtigde: [A], werkzaam in eigen dienst),

en

het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Terschelling,

verweerder (hierna: het college)

(gemachtigden: mr. W.R. van der Velde, advocaat te Groningen, en P. de Bos en F. Stiemsma, beiden werkzaam bij de gemeente Terschelling).

EVT heeft als derde-partij deelgenomen aan het geding met zaaknummer 11/1699. TSM heeft als derde-partij deelgenomen aan het geding met zaaknummer 11/1719.

Procesverloop

Bij besluit van 17 augustus 2010 heeft het college EVT vergunning verleend voor het innemen van ligplaats met het motorschip ms. "Stortemelk" (hierna: de Stortemelk) op een plek in de haven van West-Terschelling, die op de bij deze uitspraak gevoegde kaart is aangeduid als plek 2 (hierna: plek 2).

Bij ongedateerd besluit, verzonden op 15 juni 2011 (hierna: het bestreden besluit), heeft het college de bezwaren van TSM en EVT tegen het besluit van 17 augustus 2010 ongegrond verklaard.

TSM en EVT hebben beroep ingesteld tegen het bestreden besluit.

Daarnaast heeft TSM de voorzieningenrechter verzocht een voorlopige voorziening te treffen. Dit verzoek is geregistreerd onder zaaknummer 11/1698. Bij uitspraak van 1 december 2011 heeft de voorzieningenrechter dit verzoek toegewezen en het bestreden besluit en de aan EVT verleende ligplaatsvergunning voor de Stortemelk voor plek 2 geschorst totdat de rechtbank uitspraak heeft gedaan op het beroep van TSM met zaaknummer 11/1699.

Bij uitspraak van 11 november 2011 heeft de rechtbank het beroep van EVT met zaaknummer 11/1719 kennelijk niet-ontvankelijk verklaard, omdat de gronden van het beroep niet tijdig zijn ingediend.

Bij uitspraak van 3 april 2012 heeft de rechtbank het verzet van EVT tegen de uitspraak van 11 november 2011 gegrond verklaard. Hiermee is de uitspraak van 11 november 2011 komen te vervallen. Daarop heeft de rechtbank het onderzoek in de procedure met zaaknummer 11/1719 voortgezet in de stand waarin het zich bevond.

De rechtbank heeft de zaken met de zaaknummers 11/1699 en 11/1719 ter behandeling gevoegd met elkaar en met de zaken met de zaaknummers 11/1594, 11/2576, 11/3157 en 11/3218.

TSM heeft een schriftelijke uiteenzetting over de zaak met zaaknummer 11/1719 gegeven.

EVT heeft per brief van 12 september 2012 een aantal (nadere) stukken in het geding gebracht.

Het onderzoek ter zitting in de gevoegde zaken heeft plaatsgevonden op 27 september 2012. EVT heeft zich laten vertegenwoordigen door haar gemachtigde. Namens het college is wethouder T. de Jong verschenen, bijgestaan door voornoemde gemachtigden. Namens TSM zijn haar directeuren [directeuren] verschenen, bijgestaan door voornoemde gemachtigde.

Na de behandeling ter zitting heeft de rechtbank de zaken met de zaaknummers 11/1699 en 11/1719 afgesplitst van de overige voormelde zaken. In de overige zaken zal afzonderlijk van deze zaken uitspraak worden gedaan.

Overwegingen

  1. TSM onderhoudt een veerverbinding tussen Harlingen en Terschelling. TSM maakt op Terschelling gebruik van de wal- en havenfaciliteiten, die eigendom zijn van de Staat der Nederlanden (hierna: de Staat) en de gemeente Terschelling (hierna: de gemeente). De verhouding tussen TSM, de Staat en de gemeente is geregeld in het op 19 december 2007 tussen deze partijen gesloten openbare dienstcontract (hierna: het ODC). Het ODC voorziet onder meer in een zogenaamde "medegebruikregeling" op grond waarvan op de gebruikte (rijks)aanleginrichtingen ook voor derden aanlegmogelijkheden beschikbaar dienen te zijn, voor zover en in de mate dat dit de door TSM op grond van het ODC te verrichten veerdienst niet in gevaar brengt of hindert en het de uitoefening van het ODC niet belemmert (hierna: de medegebruikregeling).

  2. EVT onderhoudt sinds augustus 2008 ook een veerverbinding tussen Harlingen en Terschelling. Zij maakt hierbij gebruik van de Stortemelk. Tot eind 2009 maakte zij daarnaast gebruik van het motorschip ms. "Willem Barentsz" (hierna: de Willem Barentsz). EVT beschikt over een ligplaatsvergunning voor een plek in de haven van West-Terschelling, die op de bij deze uitspraak gevoegde kaart is aangeduid als plek 3 (hierna: plek 3). Plek 3 valt onder de medegebruikregeling en wordt ook gebruikt door TSM. Naast de privaatrechtelijke beperkingen die voortvloeien uit de medegebruikregeling gelden voor het gebruik door EVT van plek 3 ook een aantal nadere beperkingen die zijn opgenomen in de huurovereenkomst met de Dienst Domeinen. Deze beperkingen houden onder meer in dat EVT geen gebruik kan maken van plek 3 rondom de tijden waarop TSM gebruik maakt van de naastgelegen plek 2. Plek 2 valt niet onder het ODC en de medegebruikregeling.

  3. Bij besluit van 17 augustus 2010 heeft het college EVT ligplaatsvergunning verleend voor de Stortemelk voor plek 2. Aan deze vergunning heeft het college een aantal voorschriften verbonden.

  4. Bij het bestreden besluit heeft het college deze ligplaatsvergunning in stand gelaten en daaraan de volgende voorschriften toegevoegd:

  5. Teneinde aan te tonen of het afmeren van het ms. Stortemelk aan het ponton op plek 2 daadwerkelijk wel of niet kan, dient EVT met het ms. Stortemelk een proefligging uit te voeren.

  6. Deze proefligging zal onder leiding van een door het college van burgemeester en wethouders aan te wijzen onafhankelijke deskundige dienen plaats te vinden.

  7. Het resultaat van de proefligging moet zijn dat er voor eens en voor altijd duidelijkheid komt of het afmeren van voornoemd schip aan de aanleginrichting voor plek 2 veilig en verantwoord kan of niet en welke aanpassingen het schip of ponton moeten ondergaan om het veilig en verantwoord afmeren wel mogelijk te maken.

  8. Indien uit de proefligging blijkt dat het afmeren van het ms. Stortemelk niet veilig en verantwoord mogelijk is en er ook geen aanpassingen aan schip of aanleginrichting mogelijk zijn om dat te bewerkstelligen, dan trekken wij alsnog de ligplaatsvergunning voor het ms. Stortemelk voor plek 2 in.

  9. Op grond van artikel 1.3, eerste lid, van de Havenverordening Terschelling 2006 (hierna: de Havenverordening) kan het college vergunningen en ontheffingen verlenen en...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT