Eerste aanleg - meervoudig van Rechtbank Noord-Nederland, 12 de Junio de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak12 de Junio de 2013
Uitgevende instantie:Rechtbank Noord-Nederland

vonnis

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht

Locatie Leeuwarden

zaaknummer / rolnummer: C/17/119165 / HA ZA 12-107

Vonnis van 12 juni 2013

in de zaak van

  1. [X],

    wonende te [plaats],

  2. [Y],

    wonende [plaats],

    eisers,

    procederende met toevoeging,

    advocaat: mr. A. Kroondijk te Wolvega,

    tegen

    de naamloze vennootschap

    FRIESLAND BANK N.V.,

    gevestigd te Leeuwarden,

    gedaagde,

    procesadvocaat: mr. R.S. van der Spek te Leeuwarden,

    behandelend advocaat: mr. F.M.A. 't Hart te Amsterdam.

    Eisers zullen hierna afzonderlijk "[X]" en "[Y]" en gezamenlijk "[X] c.s." worden genoemd. Gedaagde zal hierna "Friesland Bank" genoemd worden.

  3. De procedure

    1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:

    - de dagvaarding

    - de conclusie van antwoord

    - het proces-verbaal van comparitie d.d. 22 november 2012

    - de brief van de advocaat van Friesland Bank d.d. 10 december 2012.

    1.2. Vervolgens is vonnis bepaald. De zaak is op de voet van artikel 15 lid 2 Rv ter verdere behandeling verwezen naar de meervoudige kamer voor handelszaken. De rechter ten overstaan van wie de comparitie heeft plaatsgevonden, maakt deel uit van deze kamer.

    1.3. De wet herziening gerechtelijke kaart is op 1 januari 2013 in werking getreden. De rechtbanken Assen, Groningen en Leeuwarden vormen met ingang van die datum tezamen de nieuwe rechtbank Noord-Nederland. Het rechtsgebied van deze rechtbank beslaat de provincies Drenthe, Fryslân en Groningen. De zaak wordt daarom verder behandeld en beslist door de rechtbank Noord-Nederland.

  4. De feiten

    2.1. [X] is werkzaam geweest als ZZP-er in de bouwwereld. Hij exploiteerde een onderneming in gipswanden, genaamd [Z], aanvankelijk samen met zijn echtgenote, met wie hij in gemeenschap van goederen is getrouwd, in de vorm van een vennootschap onder firma en later, vanaf 1 januari 2001, in de vorm van een eenmanszaak.

    2.2. [X] is vanaf de jaren '90 klant van Friesland Bank geweest. [X] heeft sindsdien zowel privé als zakelijk verschillende diensten van Friesland Bank afgenomen. Ook was [X] klant bij andere banken, zoals de Rabobank en Bank Bercoop. [X] heeft belegd in verschillende beleggingsproducten, waaronder aandelen, scheepvaartparticipaties en vastgoedparticipaties. In de jaren '90 heeft [X] zijn beleggingen onder meer door middel van tussenkomst van Friesland Bank gedaan. Een geschil tussen [X] en Friesland Bank over de dienstverlening van Friesland Bank heeft toen geleid tot een einde aan de relatie tussen partijen. Het geschil is voorgelegd aan de toenmalige Klachtencommissie DSI, die Friesland Bank in het gelijk heeft gesteld.

    2.3. [X] heeft op 25 maart 1999 een kredietaanvraag bij Friesland Bank gedaan. Uit de aan deze kredietaanvraag ten grondslag gelegde cijfers volgt een netto winst uit onderneming in 1996 van NLG 152.000,-, in 1997 van NLG 183.000,- en in het eerste half jaar van 1998 van NLG 125.000,-. Deze aanvraag heeft niet geleid tot een kredietverstrekking.

    2.4. [X] heeft in januari 2000 een hypotheekaanvraag bij Friesland Bank ingediend voor de nieuwbouw van een villa op een hem in eigendom toebehorend perceel grond aan het adres [adres]. Uit de aan deze aanvraag ten grondslag liggende financiële gegevens volgt een netto winst uit onderneming in 1998 van NLG 160.000,- en in het eerste halfjaar van 1999 van NLG 88.000,-. Voorts werd in deze gegevens een waarde van het effectendepot van NLG 640.000,- genoemd. Friesland Bank wenste uiteindelijk geen zaken met [X] te doen vanwege de procedure tussen partijen bij de Klachtencommissie DSI. [X] heeft daarop een hypotheekaanvraag bij Rabobank ingediend. Rabobank heeft aan [X] vervolgens een hypothecair krediet verstrekt.

    2.5. Vanwege ontevredenheid over de dienstverlening door Rabobank heeft [X] in de loop van 2001 geïnformeerd naar de mogelijkheid om terug te keren naar Friesland Bank. Friesland Bank heeft daarmee ingestemd. De hypothecaire geldlening en het effectendepot die [X] aanhield bij Rabobank zijn overgeboekt naar c.q. zijn hergefinancierd door Friesland Bank, waarbij de hypothecaire hoofdsom is verhoogd met een bedrag van ongeveer € 120.000,-.

    2.6. In opdracht van [X] c.s., ten behoeve van het verstrekken van inzicht aan Friesland Bank in de waarde van de woning van [X] c.s., heeft op eind juni 2001 een taxatie plaatsgevonden van deze woning door Makelaardij Wepan te Tolbert. Deze makelaar/taxateur heeft in zijn taxatierapport d.d. 30 juni 2001 de onderhandse verkoopwaarde van de woning, vrij van huur en gebruik, getaxeerd op een bedrag van

    f 1.350.000,- en de executiewaarde van de woning op een bedrag van f 1.125.000,-.

    2.7. Uiteindelijk hebben [X] c.s. omstreeks medio 2001 een aflossingsvrije hypothecaire geldlening (zonder einde looptijd) bij Friesland Bank afgesloten voor een bedrag van NLG 1.476.000 / € 669.780,-. Hiervan is een bedrag van € 546.857,- aangemerkt als lening eigen woning en een bedrag van € 122.923,- als box 3 geldlening. Ter zekerheid voor de geldlening is ten gunste van Friesland Bank op 5 juni 2011 een hypotheekrecht gevestigd op de woning van [X] c.s. voor een bedrag van € 918.904,94. Onder de aflossingsvrije hypotheek dienden [X] c.s. maandelijks slechts een bedrag aan rente te voldoen. Tot aflossing van de hypotheek zelf waren zij niet verplicht.

    2.8. Voorafgaand aan de verstrekking van de sub 2.7. bedoelde geldlening heeft Friesland Bank ten behoeve van [X] c.s. een zogeheten kredietadvies particulieren opgesteld. Ten aanzien van de toetsing van het inkomen van [X] c.s. geeft Friesland Bank het oordeel "positief". Ten aanzien van de toetsing van de vermogenspositie van [X] c.s. geeft Friesland Bank het oordeel "goed", gebaseerd op het accountantsrapport [Z] V.o.f. 2000, het taxatierapport van de woning van [X] c.s. en de opgave effectenportefeuille. De vermogenspositie in privé wordt in het kredietadvies op 840/m gesteld. Het vermogen bestaat volgens het kredietadvies uit effectenparticipaties. Onder het kopje terugbetalingscapaciteit is vermeld dat deze is onderbouwd met cijfers over het jaar 2000. Daarbij wordt uitgegaan van een inkomen uit onderneming van f 173.300,-. De terugbetalingscapaciteit van [X] c.s. wordt door Friesland Bank als "goed" aangemerkt. Onder het kopje zekerheden is vermeld dat arbeidsongeschiktheid 'naar genoegen is geregeld'. Friesland Bank vermeldt onder het kopje debiteur het oordeel "positief". In een toelichting in het kredietadvies stelt Friesland Bank onder meer:

    (…) De vermogenspositie in privé is met 840/m ruim voldoende. Merendeel hiervan zit in effecten. De dekkingspositie is met een tekort van 101 o.i. acceptabel. O.b.v. de totale zekerheden wordt thans 63% gefinancierd. Conform berekening voldoet men aan de gestelde terugbetalingscapaciteit. Hierbij wordt geen rekening gehouden met eventuele inkomsten uit de beleggingsportefeuille.

    Zakelijk: de heer en mevrouw [X] hadden tot 01-01-2001 een man/vrouw VOF. Thans weer een eenmanszaak. De activiteiten zijn hetzelfde: verlijmen en afwerken van gipswanden. De solvabiliteit is voldoende. De resultaten zijn over het algemeen voldoende. 1999 is een minder jaar geweest. De kerncijfers:

    '96 '97 '98 '99 '00

    Omzet 492 415 386 254 397

    BW 350 377 311 148 200

    Nettowinst 152 183 160 128 173

    Aflossing zal geschieden uit effecten. Men heeft dus enkel de rentelast. Opgemerkt dient te worden dat een fors deel tegen variabele rente wordt aangevraagd wat een renterisico met zich brengt. Bovendien is het vermelde tarief zeer scherp. Ter beoordeling in de lijn. Gezien geheel een acceptabele post. Positief advies. (…)

    2.9. [X] c.s. hebben op 4 juni 2001 een zogeheten Beleggers cliëntenprofiel ingevuld en ondertekend. Zij hebben daarbij onder meer (door het zetten van kruisjes in de betreffende vakjes) vermeld:

    - Op vraag A: Wilt u met of zonder advies beleggen?

    Met advies

    - Op vraag B: Denkt u uw geld binnen 2 jaar weer nodig te hebben?

    Nee

    - Op de vragenlijst sub C:

  5. Wanneer wilt u weer over het belegde geld kunnen beschikken?

    1. Over 5-10 jaar

  6. Welk bedrag heeft u momenteel beschikbaar voor beleggingen (inclusief uw huidige beleggingen)?

    +/- f 800.000

  7. Hoeveel % is dit van uw totale vermogen (huis, effecten, spaargeld en overig vermogen, minus hypotheek en overige schulden)

    1. 50-75%

  8. Hoeveel ervaring heeft u met beleggen?

    1. Veel. Ik beleg actief in aandelen, obligaties, beleggingsfondsen etc.

  9. Hoe is uw vermogen momenteel verdeeld?

    1. Niet in één categorie, maar redelijk gespreid.

  10. Wat wilt u met uw beleggingen bereiken?

    1. Combinatie van b en c (extra aanvulling op toekomstig inkomen en vermogen laten groeien)

  11. Belegt u voor een specifiek doel (pensioen, aflossing, hypotheek e.d.)?

    1. Ja

  12. Als ik beleg wil ik

    1. Een hoog rendement (+/- 8% p/j) en risico's zoveel mogelijk beperken. Ik accepteer een eventuele tussentijdse waardevermindering van +/- 8%.

  13. Bij beleggen kunnen uw beleggingen tussentijds minder waard worden. Welke tussentijdse waardedaling vindt u acceptabel?

    1. een daling van 8% in een jaar is acceptabel.

  14. Hoe reageert u op een plotselinge waardedaling van 10% van één van uw beleggingen?

    1. Het doet mij niet zoveel, op de lange termijn komt het wel goed.

  15. Wat is uw eigen bruto-inkomen?

    +/- f 150.000

    - Op de vragenlijst sub D - Indeling risicoklasse

    Score Risicoklasse Uitleg

    (…)

    17 t/m 24 punten Neutrale belegger U geeft de voorkeur aan een gemiddeld

    rendement, waarbij u accepteert dat er tussentijds dalingen van het vermogen

    mogelijk zijn.

    - Op de vragenlijst sub E - Kunt u zich vinden in het bovenstaande risicoprofiel en bijbehorende portefeuillevoorstel?

    Ja.

    2.10. [X] heeft een arbeidsongeschiktheidsverzekering afgesloten bij ASR Verzekeringen. Hierbij is [X] geadviseerd door de assurantietussenpersoon Wind Financieel Advies Groep te Heerenveen. Friesland Bank heeft [X] ter zake niet geadviseerd.

    2.11. Friesland Bank heeft [X] c.s. geadviseerd bij het doen van hun beleggingen. Het betrof hier géén huisproducten of huisfondsen van Friesland Bank.

    2.12. Als gevolg van dalende koersen op de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT