Hoger beroep van Gerechtshof Amsterdam (Nederland), 14 de Mayo de 2013

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak14 de Mayo de 2013
Uitgevende instantie:Gerechtshof Amsterdam (Nederland)

arrest

___________________________________________________________________ _ _

GERECHTSHOF AMSTERDAM

Afdeling civiel recht en belastingrecht

team III (familie- en jeugdrecht)

zaaknummer : KG 200.116.542/01

zaaknummer rechtbank : 523402/KG ZA 12-1101

arrest van de meervoudige familiekamer van 14 mei 2013 (bij vervroeging)

inzake

[…],

wonende te […],

APPELLANTE in principaal appel,

GEÏNTIMEERDE in incidenteel appel,

advocaat: mr. O.H.A. Mo-Ajok te Amsterdam,

tegen:

[…],

wonende te […],

GEÏNTIMEERDE in principaal appel,

APPELLANT in incidenteel appel,

advocaat: mr. I.M.C.A. Reinders Folmer te Amsterdam.

  1. Het geding in hoger beroep

    Partijen worden hierna de vrouw en de man genoemd.

    De vrouw is bij dagvaarding van 5 november 2012 in hoger beroep gekomen van een vonnis van de voorzieningenrechter in de rechtbank Amsterdam van 12 oktober 2012, in kort geding gewezen tussen de man als eiser in conventie, tevens verweerder in reconventie en de vrouw als gedaagde in conventie tevens eiseres in reconventie.

    Partijen hebben daarna de volgende stukken ingediend:

    - memorie van grieven conform dagvaarding;

    - memorie van antwoord, tevens memorie van grieven in incidenteel appel, met producties;

    - memorie van antwoord in incidenteel appel;

    De vrouw heeft in principaal appel geconcludeerd dat het hof het bestreden vonnis zal vernietigen en opnieuw rechtdoende, bij arrest, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:

    1. primair: de man zal veroordelen om met onmiddellijke ingang, dan wel op een andere door het hof in goede justitie vast te stellen termijn, de woning met verdere aanhorigheden, ondergrond, erf en tuin gelegen te [a], plaatselijk gemerkt [straatnaam], te ontruimen en te verlaten met al het zijne en diegenen die zijdens de man in het pand verblijven, en de voornoemde woning met verdere aanhorigheden, erf en tuin met afgifte van de sleutels ter vrije en algehele beschikking van de vrouw te stellen, op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag dat de man in gebreke zal blijven aan het arrest te voldoen en met machtiging van de vrouw om, indien de man in gebreke blijft om aan het ten deze te wijzen arrest te voldoen, zelf de ontruiming te bewerkstelligen op kosten van de man, desnoods met behulp van de sterke arm van justitie en politie;

    2. subsidiair: de man zal verbieden terug te keren in de woning gelegen te [a], plaatselijk gemerkt [straatnaam], zolang de vrouw deze woning bewoont en de financiële lasten vanaf datum bewoning betaalt, één en ander op straffe van verbeurte van een dwangsom van € 1.000,- voor iedere dag dat de man dit verbod overtreedt;

    3. meer subsidiair: voor het geval de man in de woning zal mogen blijven wonen hem zal veroordelen aan de vrouw een gebruiksvergoeding van € 1.050,- per maand te betalen, althans een nadere door het hof naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid vast te stellen vergoeding vanaf de datum van het feitelijk uiteengaan, althans vanaf september 2010, totdat de verdeling van de gemeenschap zal zijn geëffectueerd, alsmede de man zal veroordelen een bedrag van € 20.000,-, althans een door het hof in goede justitie te bepalen bedrag, zal betalen aan de vrouw bij wijze van voorschot op de in de nog te entameren bodemprocedure te vorderen gebruiksvergoeding op grond van de artikelen 3:166 lid 3 juncto 3:169 BW, te vermeerderen met de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW vanaf september 2010, althans vanaf datum dagvaarding (naar het hof begrijpt in hoger beroep), tot aan de dag der algehele voldoening;

    4. nog meer subsidiair: de man zal veroordelen in de kosten van beide instanties.

    De man heeft in principaal appel geconcludeerd tot bekrachtiging van het vonnis waarvan beroep en niet-ontvankelijk verklaring van de vrouw in haar hoger beroep, dan wel tot verwerping van het hoger beroep van de vrouw als zijnde ongegrond en onbewezen. In incidenteel appel heeft de man geconcludeerd tot vernietiging van het vonnis waarvan beroep behoudens de beslissing neergelegd sub 6.1 en 6.2 van het dictum en de vrouw uitvoerbaar bij voorraad...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT