Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 18 de Junio de 2013

Datum uitspraak18 de Junio de 2013
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

11/6827 WWB

Centrale Raad van Beroep

Enkelvoudige kamer

Uitspraak op het hoger beroep tegen de uitspraak van de rechtbank Amsterdam van 11 oktober 2011, 11/3951 (aangevallen uitspraak)

Partijen:

[Appellant] te [woonplaats] (appellant)

het college van burgemeester en wethouders van Amsterdam (college)

Datum uitspraak: 18 juni 2013

PROCESVERLOOP

Namens appellant heeft mr. M.Th.A.M. Mes, advocaat, hoger beroep ingesteld.

Het college heeft een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 7 mei 2013. Voor appellant is, met bericht vooraf, niemand verschenen. Het college heeft zich laten vertegenwoordigen door mr. R. Lo Fo Sang.

OVERWEGINGEN

  1. De Raad gaat uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.

    1.1. Appellant ontvangt sinds 29 augustus 2005 bijstand ingevolge de Wet werk en bijstand (WWB) naar de norm voor een alleenstaande. Op 2 maart 2011 is appellant in het kader van een politie-aktie aangehouden en geverbaliseerd als illegaal taxichauffeur (snorder). Op 17 maart 2011 is appellant vervolgens verhoord door de sociaal rechercheur [naam sociaal rechercheur], waarvan rapport is opgemaakt. Het college heeft hierin aanleiding gevonden bij besluit van 6 mei 2011 de bijstand van appellant over de maand maart 2011 in te trekken en de gemaakte kosten van bijstand over die periode tot een bedrag van € 873,71 van appellant terug te vorderen. Daaraan is ten grondslag gelegd dat appellant in maart 2011, zonder daarvan zelf melding te maken, werkzaamheden als snorder heeft verricht en daaruit oncontroleerbare inkomsten heeft genoten met als gevolg dat het recht op bijstand over die maand niet is vast te stellen. Bij besluit van 19 juli 2011 (bestreden besluit) heeft het college het bezwaar tegen het besluit van 6 mei 2011 ongegrond verklaard.

  2. Bij de aangevallen uitspraak heeft de rechtbank het beroep tegen het bestreden besluit ongegrond verklaard.

  3. In hoger beroep heeft appellant zich op de hierna te bespreken gronden tegen de aangevallen uitspraak gekeerd.

  4. De Raad komt tot de volgende beoordeling.

    4.1. Uit een door de politie Amsterdam-Amstelland opgemaakt proces-verbaal van verhoor van 2 maart 2011 blijkt dat appellant op 2 maart 2011 op zijn initiatief twee politie-agenten in burger in zijn auto heeft laten instappen, dat hij hen naar een door hen aangegeven plaats van bestemming heeft gebracht en dat hij hen na afloop van de rit om geld heeft gevraagd. In het gesprek met de...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT