Hoger beroep van Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands), 21 de Enero de 2009

Sprekergepubliceerd
Datum uitspraak21 de Enero de 2009
Uitgevende instantie:Court of Appeal of 's-Gravenhage (Netherlands)

GERECHTSHOF 's-GRAVENHAGE

Familiesector

Uitspraak : 21 januari 2009

Zaaknummer : 105.012.800/01

Rekestnummer : 371-R-08

Rekestnr. rechtbank : FA RK 06-7594

[appellant]

wonende te [woonplaats]

verzoekster tevens verweerster in incidenteel hoger beroep,

hierna te noemen: de vrouw,

advocaat mr. A.A.M. Ruys,

tegen

[geïntimeerde],

wonende te [woonplaats]

verweerder tevens verzoeker in incidenteel hoger beroep,

hierna te noemen: de man,

advocaat mr. P.T. Verburg.

PROCESVERLOOP IN HOGER BEROEP

De vrouw is op 7 maart 2008 in hoger beroep gekomen van een beschikking van de rechtbank 's-Gravenhage van 10 december 2007.

De man heeft op 29 mei 2008 een verweerschrift tevens houdende incidenteel appel ingediend.

De vrouw heeft op 23 juli 2008 een verweerschrift op het incidenteel appel ingediend.

Van de zijde van de vrouw zijn bij het hof op 15 april 2008, 16 april 2008, 22 juli 2008, 17 oktober 2008, 28 oktober 2008 en 29 oktober 2008 aanvullende stukken ingekomen.

Van de zijde van de man zijn bij het hof op 24 oktober 2008 en 3 november 2008 aanvullende stukken ingekomen.

Op 7 november 2008 is de zaak mondeling behandeld. Verschenen zijn: de vrouw, bijgestaan door haar advocaat, en de advocaat van de man. De man is, hoewel daartoe behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. De aanwezigen hebben het woord gevoerd, de raadslieden van partijen onder meer aan de hand van de bij de stukken gevoegde pleitnotities.

HET PROCESVERLOOP IN EERSTE AANLEG EN VASTSTAANDE FEITEN

Voor het procesverloop en de beslissing in eerste aanleg verwijst het hof naar de bestreden beschikking.

Bij die beschikking is - uitvoerbaar bij voorraad - onder meer de echtscheiding uitgesproken en is bepaald dat de man met ingang van de dag waarop de beschikking van echtscheiding zal zijn ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand voor de verzorging en opvoeding van na te noemen minderjarige aan de vrouw, die de minderjarige verzorgt en opvoedt, zal betalen een bedrag van € 775,- per maand en bij vooruitbetaling te voldoen. Voorts is het verzoek tot partneralimentatie van de vrouw afgewezen.

Het hof gaat uit van de door de rechtbank vastgestelde feiten, voor zover daar in hoger beroep geen grief tegen is gericht.

In hoger beroep is voorts komen vast te staan dat de echtscheidingsbeschikking op 11 februari 2008 is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand te 's-Gravenhage.

BEOORDELING VAN HET PRINCIPALE EN HET INCIDENTELE HOGER BEROEP

  1. In geschil zijn de bijdrage in het levensonderhoud ten behoeve van de vrouw en de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige [kind], geboren [in 1992] te [woonplaats], hierna: de minderjarige.

  2. De vrouw verzoekt de bestreden beschikking te vernietigen en, opnieuw beschikkende, het echtscheidingsconvenant gedeeltelijk te vernietigen met betrekking tot de in het convenant vastgelegde kosten voor levensonderhoud van de vrouw en de bijdrage die de man aan de vrouw dient te betalen inzake de kosten voor haar levensonderhoud vast te stellen zoals door de vrouw verzocht met ingang van 24 juni 2006, danwel in goede justitie te bepalen ingangsdatum en de bijdrage van de man voor de kosten van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT