Hoger beroep van Centrale Raad van Beroep, 9 de Julio de 2009

Datum uitspraak 9 de Julio de 2009
Uitgevende instantie:Centrale Raad van Beroep

08/3333 AW

Centrale Raad van Beroep

Meervoudige kamer

U I T S P R A A K

op het hoger beroep van:

Gedeputeerde Staten van de provincie Zeeland (hierna: appellanten),

tegen de uitspraak van de rechtbank Middelburg van 28 april 2008, 06/639 (hierna: aangevallen uitspraak),

in het geding tussen:

[Betrokkene], wonende te [woonplaats], (hierna: betrokkene)

en

appellanten

Datum uitspraak: 9 juli 2009

  1. PROCESVERLOOP

    Appellanten hebben hoger beroep ingesteld.

    Betrokkene heeft een verweerschrift ingediend.

    Het onderzoek ter zitting heeft, gevoegd met zaak 08/3332 AW, plaatsgevonden op 28 mei 2009. Appellanten hebben zich laten vertegenwoordigen door mr. F.W.C. van Geel, juridisch adviseur te Scheulder, en door drs. M.J.A. Piron en mr. W.J. Kruidenier, beiden werkzaam bij de provincie Zeeland. Betrokkene is verschenen.

    Na de behandeling ter zitting zijn de zaken gesplitst; thans wordt in de onderhavige zaak afzonderlijk uitspraak gedaan.

  2. OVERWEGINGEN

    1. Op grond van de gedingstukken en het verhandelde ter zitting gaat de Raad uit van de volgende in dit geding van belang zijnde feiten en omstandigheden.

      1.1. In 2004 is in het Interprovinciaal Overleg overeengekomen dat voor alle provincies het functiewaarderingssysteem Fuwaprov zal worden ingevoerd. Betrokkene vervulde tot 1 januari 2005 de functie van Coördinator wegenbouwprojecten. In verband met de invoering van Fuwaprov is hij bij besluit van 14 juni 2005 met ingang van 1 januari 2005 ingedeeld in de standaardfunctie Coördinator beleid B (hierna: CBB), gewaardeerd op salarisschaal 13.

      1.2. Betrokkene heeft in bezwaar gesteld dat de beschrijving en waardering van de functie CBB niet overeenkomen met zijn werkelijke functieuitoefening, en dat hij had moeten worden ingedeeld in de functie Coördinator beleid A (CBA, salarisschaal 14) of in de functie van Project-, c.q. programmamanager, die de provincie Zeeland volgens betrokkene ten onrechte niet uit het functieboek van Fuwaprov heeft overgenomen. Hangende de bezwaarschriftprocedure tegen het indelingsbesluit hebben appellanten vervolgens de functie CBA laten vervallen, omdat deze volgens appellanten onvoldoende onderscheidend was ten opzichte van de functie CBB. Daarbij is ten aanzien van die medewerkers die reeds in de functie CBA waren ingedeeld, de overgangsregeling getroffen dat zij hun functie mochten behouden. Bij besluit op bezwaar van 4 april 2006 (hierna: bestreden besluit) hebben appellanten, voor zover hier van belang, de indeling van...

Om verder te lezen

PROBEER HET UIT

VLEX uses login cookies to provide you with a better browsing experience. If you click on 'Accept' or continue browsing this site we consider that you accept our cookie policy. ACCEPT